Hoofdstuk 32

4.8K 171 24
                                    

Timo POV:

Fay's moeder snikt nog een keer hevig en staat dan op uit haar stoel. "Met treuren geeft die een of andere Sem haar niet terug." Zegt ze wijs. Haar stem trilt nog steeds en ik weet mij niet echt een houding te geven. "We moeten het alleen nog aan mijn man, Vincent, en Bas vertellen." Ze slaat haar ogen naar de grond en zucht diep. "Al weet ik al hoe Vincent zal reageren." Ik knik meelevend en sta op uit mijn stoel. "Mevrouw?" begin ik twijfelend. "Noem mij maar Elise," glimlacht ze. "Elise," begin ik en glimlach flauw. Onbewust bal ik mijn vuisten als ik denk aan Sem. Ik ben woedend op hem. Waarom doet hij iemand dit aan. Psychopathische zak dat hij is. "Ik ga er voor zorgen dat Fay hier terug komt." Zeg ik vastberaden. "Het enige is dat ik niet weet waar hij is, maar aangezien het Sem is, zal het niet heel erg origineel zijn."

Fay POV:

Ik gooi mijn hele gewicht nog is tegen de deur aan. Het enige dat het mij oplevert is een pijnlijke steek in mijn hoofd. Kreunend grijp ik naar mijn hoofd en plof weer op het matras met gele plekken en vieze vlekken, die Timo waarschijnlijk even had opgehaald van de vuilnisbelt. Valerie hoest nog een paar keer. Het gehoest van haar wordt elke minuut erger. Mijn maag knort van de honger, maar dit geluid wordt overstemt door een open vliegende deur. Mijn maag draait om en met grote ogen staar ik naar het gedaante dat in de deuropening staat. Het is Sem. Ik herken hem aan zijn bruine haren die warrig overal heen staan en kleine stoppeltjes die op zijn kaaklijn staan. Ik kijk naar Valerie en zie dat die zich zo klein mogelijk maakt. Met een duivelse grijns staart hij ons aan. Het liefste was ik naar hem toe gekropen en had die smerige grijns van zijn gezicht afgekrabd. "Wat wil je?" sis ik naar hem en sta langzaam op om voor Valerie te gaan staan. Mijn stem is een beetje schor van het gillen. "De jongedame durft haar mond open te doen." Lacht Sem, maar zijn ogen blijven strak op Valerie gericht. Hij vind het blijkbaar leuk om iemand bang te maken. Mij krijgt hij niet snel klein. "Geef haar medicijnen Sem, ze is ziek." Zeg ik tussen mijn tanden door. Nu schieten zijn ogen weer naar mij en boos kijkt hij mij aan. "Ze hoest alleen een beetje. En wat kan dat jou schelen?" Arrogant kijk ik hem aan. "Ze is MIJN vriendin en ze heeft waarschijnlijk hetzelfde als mijn broertje had: Bronchitis." Plots loopt Sem op mij af en geeft mij met zijn vlakke hand een harde klap in mijn gezicht. Ik grijp gelijk naar de brandende plek op mijn gezicht en voel mijn bloed koken van woede. Sem lacht gemeen en brengt zijn gezicht bij mijn oor. "Ik zou niet zo brutaal zijn meisje," fluistert hij, "Ik heb namelijk meer speelgoed om jou pijn te doen als je weer een grote mond heb." Hij loopt weer langzaam drie stappen naar achter. "Wat ik wilde zeggen." Gaat hij verder. Zijn ogen zijn donker en zijn kaken lijken wel vastgeschroefd in die stomme gemene grijns van hem. "Ik ben Sem, zoals jullie al weten," Hij wijst naar zichzelf, "en ik help Timo jullie vast te houden hier." En kleine twinkeling van plezier verschijnt in zijn ogen. "Waarom zouden jullie ons vast willen houden?" vraag ik boos en onderbreek zijn verhaal. "Timo is vaak weg, dus jullie zullen hem eigenlijk niet zien. Hij is bezig met andere meisjes versieren en uiteindelijk opsluiten." Gaat hij verder zonder mijn vraag te beantwoorden. Opnieuw werpt hij mij een gemene lach toe. Het kleine beetje hoop dat ik had, dat het gelogen zou zijn dat Timo onze ontvoerder was, is nu helemaal uit mijn gebroken hart weggevaagd. Mijn handen tintelen en willen zo verschrikkelijk graag een klap in zijn gezicht geven. "Omdat Timo ook een beetje wil genieten dat jullie hier zijn, zal ik af en toe filmpjes naar hem sturen. Hij zal die vast en zeker waarderen." Ik kan mij niet meer inhouden en storm op hem af. Ik wil hem een klap in zijn gezicht geven, maar mijn hand wordt tegengehouden door zijn hand, die mijn arm gelijk omdraait en in de houdgreep zet. Sem staat nu achter mij en voel zijn adem in mijn nek. "Weet je nog dat ik je heb verteld dat je niet brutaal mag zijn tegen mij?" ik grom naar hem. "Dat geldt in dit geval nu ook voor mij aan te vallen. Je hebt geen schijn van kans tegen mij." Die laatste zin spuugt hij bijna uit. Ik voel dat hij wat uit zijn broeksband haalt en in mijn rug zet. "Houd je gedeisd, of ik ben genoodzaakt dit ding te gebruiken." Hij hoeft mij niet te vertellen wat hij in mijn rug prikt. Het is overduidelijk een pistool.

 

Comment,

Vote,

Follow

 

Xxx E -

De OntmoetingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu