Hoofdstuk 1

65 8 11
                                    

Zodra ik de deur van het hotel open, word ik overspoeld door de drukte buiten. Niet dat ik het erg vind, dit was precies wat ik zocht. Een plek waar ik even vrij kan zijn, waar ik even iets anders kan doen dan ik anders doe. Een plek dat niet thuis is.

Het heeft best lang geduurd voor ik wist waar ik heen wou gaan, maar uiteindelijk ben ik er uit gekomen, Parijs. En hoewel ik niet verwacht had dat het hier zó druk zou zijn, heb ik het best naar mijn zin.

Gisteravond ben ik aangekomen in mijn hotel. Omdat ik helemaal uitgeput was van de reis hierheen, heb ik dus ook niets meer gedaan naast meteen onder de lakens gaan. Maar vandaag ga ik meer doen. Vandaag ga ik de Franse cultuur ontdekken. Te beginnen met... de Eiffeltoren. Of beter gezegd, de weg daarheen vinden. En wat is beter dan al mijn moed bij elkaar rapen om te vragen aan de mensen hier waar die is?

Een GPS gebruiken...

Die heb ik niet nodig. Mijn Frans is goed genoeg, toch?

'Excusez-moi? Pouvez-vous m'expliquer où se trouve la tour Eiffel?' vraag ik aan de eerste persoon die ik tegenkom. Zie je, mijn Frans is nog best goed.

'Desolée' zegt de vrouw die ik net aansprak. Misschien was die GPS toch geen slecht idee. Ik neem mijn smartphone uit mijn broekzak en open de GPS.

Fijn... Geen verbinding...

Hoe moet ik nu bij de Eiffeltoren raken? Dan toch maar vragen aan mensen? Ik stel dezelfde vraag als net aan iemand, maar die loopt gewoon door zonder omkijken.

'En wat zijn we weer eens beleefd' zucht ik bij mezelf. Ik plof neer op een rood geschilderd, houten bankje. Ik neem mijn smartphone en probeer nog eens de GPS te openen, maar weer heb ik geen verbinding. Uit mijn ooghoek zie ik iemand naast me op het bankje komen zitten, maar ik besteed er geen aandacht aan. Ik heb andere dingen aan mijn hoofd.

'Nederlands?' hoor ik iemand zeggen. Ik kijk even opzij en zie dat de jongen die naast me komen zitten heeft zich naar me toe heeft gebogen.

'Vlaams' antwoord ik. 'Hoe wist je het?' vraag ik.

'Ik hoorde je zuchten' zegt de jongen schouderophalend. Ik geef hem een vragende blik. 'Iets over "weer eens beleefd", als ik dat juist gehoord had.'

Oh ja, die zucht...

'Tja, ik vroeg iets aan een voorbijganger, maar die liep door zonder omkijken' leg ik kort uit.

'En mag ik weten wat je vroeg?' vraagt de jongen nieuwsgierig.

'Dat is het juist, ik kon het niet eens vragen' zeg ik lichtelijk geïrriteerd.

'Mag ik dan weten wat je wou vragen?' vraagt de jongen door.

'Mag ik dan weten waarom je dat zo graag wil weten?' vraag ik.

'Ik wil alleen maar een simpel gesprek voeren. Jij bent de eerste persoon die ik tegenkom die ook Nederlands spreekt' zegt de jongen. 'Nu jij'

'Al goed. Ik wou vragen waar de Eiffeltoren staat' zeg ik.

'En- waarom gebruik je geen GPS?' vraagt de jongen, alsof dat het meest logische is dat er bestaat.

'Dat heb ik al geprobeerd, ik heb geen verbinding' zeg ik. 

'Ik weet waar de Eiffeltoren is. Ik kan je brengen?' biedt hij aan.

'En hoe weet ik dat jij niet zo iemand bent die meisjes meelokt om ze dan te vermoorden? Ik ken je niet eens' zeg ik.

'Ik ben Jonathan. Ik ben net negentien jaar en ik woon hier twee maanden omdat mijn ouders besloten naar Frankrijk te verhuizen' zegt de jongen. 'Nu weet je wie ik ben'

Just not French... [NL]Where stories live. Discover now