Letter Eight.

2.6K 94 8
                                    

Madison Smith

9 October 2012

London, England

Dear Liam,

Het begon zo goed vanmorgen… Ik ging naar de lessen met een glimlach, en met mijn hoofd omhoog, en toen kwamen we bij de derde les, die ik moet delen met Talischa. Het was vreselijk, Liam, echt waar, ik kon wel huilen. We moesten een spreekbeurt doen, en vandaag was Talischa aan de beurt. Onze docent was ziek, dus het werd opgenomen. Dat is best vreemd, maar er kwam af en toe iemand langs om te kijken of we vragen hadden, maar goed. Ze hielt dus en spreekbeurt. En het begon zo,

“Ik houd mijn spreekbeurt over Madison Smith.”

Snap je waar dit heen gaat? Ik hoop van wel. Ze vertelde hoe vreselijk lelijk ik was, en dat ik iedereen in de weg stond. Ze heeft zelfs de moeite gedaan om een grafiek te maken van hoeveel mensen me aardig vinden. Ik heb me nog nooit zo slecht gevoelt…

Ik kan me de hele spreekbeurt nog precies herinneren, “Madison Smith is 17 jaar oud, en is geboren op 23 januari 1995. Dat was vast de ergste dag van haar ouders’ leven. De reden waarvoor ze in dit internaat is gezet, is omdat haar ouders haar lelijke gezicht niet meer wilde zien, en ons daarmee maar wilde lastigvallen. Een paar maanden geleden is haar vader gestorven, omdat hij Madison zat was, en het allemaal niet meer aan kon.”

Ik stop met schrijven en bijt hard op mijn lip. Hoe durft ze dat te zeggen? In godsnaam! Wat bezielt haar? Het verliezen van een dierbare is al erg genoeg, en dat mensen het dan ook nog in hun hoofd halen daar grapjes over te maken! Tranen vloeien over mijn wangen. Het belangrijkste is dat ik blijf geloven dat ik ben zoals ik ben, en dat is waarom ik ook knap, of mooi ben. Niemand heeft het recht me daar van te weerhouden.

Dat was het moment dat ik de klas uit rende, omdat ik het niet meer trok. En het ergste was nog dat iedereen aan het lachen was. Keihard. Want, wat zullen ze anders moeten doen als iemand huilend de klas uit rent?

Elke keer als ik me om draai en kijk, zie ik niemand. Ik voel me zo alleen… Ik weet niet hoelang ik dit ga trekken…Iedereen haat me! En als ik eerlijk ben, neem ik het ze ook niet kwalijk. Ik haat mezelf net zo erg. Erger, dat is zeker. Veel erger. Ik haat mezelf meer dan ieder ander. Dan het hele internaat bij elkaar. Ik wil niet meer leven, iets moet de pijn stoppen, Liam! Ik kan er niet meer tegen! Ik wil gillen, huilen, stampen, tot de pijn over gaat. Ik heb zoveel geprobeerd, je wil je niet eens weten… Niks werkt. Ik voel nog steeds de pijn, die me van binnen geheel kapot maakt.

Niemand gaat ooit begrijpen hoe ik me voel, hoe hard ze hun best ook doen. Pas als ze het zelf hebben meegemaakt snappen ze hoe het voelt van binnen.

Iets moet de pijn toch kunnen stoppen, Liam? Iemand moet me kunnen helpen… Ik wil dit niet meer!

Ik zucht en schuif mijn papier in mijn agenda, en loop mijn kamer uit. Op de hal, waar een paar seconden nog mensen stonden, verdwijnen met dicht geknepen neuzen hun kamers in. Achter mijn ogen branden tranen, maar ik bijt hard op mijn lip. Ik moet sterk zijn. Ik zal nooit voor hun huilen, ze zijn mijn tranen niet waart.

Als ik de deur van het trappenhuis open, komt een muffe geur me tegemoet. We hebben net gegeten, dus ik weet zeker dat er niemand is. Hopeloos laat ik mezelf zakken tegen de trapleuning en laat een zucht uit mijn mond ontsnappen. Met een angstige blik kijk ik voor me uit. Mijn blik is wazig, en ik let niet op wat er voor me gebeurt. Ik heb me altijd afgevraagd waarom iedereen me haat, maar ik begin het langzaam te snappen. Elke keer als ik in de spiegel kijk, zie ik zo’n lelijk meisje. Al het vet, de puistjes op mijn voorhoofd, mijn donkere ogen, mijn duffe, slappe haar, mijn merkloze kleding. I don’t fit in! Ik zal er nooit bij horen. Ik ben gewoon anders… Lelijker…

Twenty-Two Letters To LiamWhere stories live. Discover now