'Oi! Evans kom je nog?' roept Sirius naar boven.
James geeft hem een elleboog,
'Geef haar de tijd, mate.'
Ik grijns, 'heel beleefd van je, James.' zeg ik, terwijl Lily de trap af komt.
'Thanks Potter.' zegt ze met een glimlach.
James geeft een zwakke glimlach terug.
Marlene rolt haar ogen, 'ach, zoek toch een kamer voor jullie zelf.' zegt ze.
Sirius grijnst.
'Heel grappig, McKinnon.' antwoordt James sarcastisch, maar hij word toch wel rood. 'Laten we nou maar gaan, m'n ouders verwachten ons al.'
'Lily en Marlene reizen met mij, Mary met Peter, Regulus en Dorcas met Sirius en Remus met Selene.' beslist James.
Aangezien ik, Marlene, Lily, Mary, Regulus, Dorcas en ik nog nooit bij James thuis zijn geweest kunnen we daar niet naartoe verschijnselen, dus moeten we elk met één van de jongens mee en aangezien Sirius en James de beste zijn in verschijnselen nemen zij elk twee mensen mee.
Ik pak mijn broers hand vast,
'Klaar?' vraagt James, waarop iedereen knikt, 'oké. 3...2..1 ga!'
Alles voor mijn ogen wordt zwart en ik sluit mijn ogen. Ik voel mezelf op de kop gaan en ik word spontaan misselijk.
Ik open mijn ogen weer en leun tegen Regulus aan voor steun. Hij helpt me overeind.
Net als ik weer volledig bijkom hoor ik een vrouw roepen,
'Och, kinderen, kom gauw binnen!' roept ze.
Ik draai me om om een jonge vrouw, met donkere haren te zien. Ze heeft lichte slag in haar haar. Regulus houdt mijn hand vast en met z'n alle volgen we James en Sirius richting de vrouw.
'Hey mam.' zegt James, die zijn moeder een kus op de wang geeft. De vrouw omhelst haar zoon stevig.
'Hoe is het euffie?' vraagt Sirius met een grijns en hij omhelst de vrouw ook.
De rest van ons geven de vrouw een ongemakkelijke hand en we stellen ons voor.
'Ik ben Lily Evans!' zegt Lily, die James' moeder een hand geeft.
'Ah ik zie wel waarom mijn zoon je zo leuk vind! Prachtige meid." zegt de vrouw glimlachend.
James rolt beschaamd zijn ogen,
'Jeez mam!' roept hij uit.
'Wat?' vraagt de vrouw, 'Ze is toch prachtig?'
James en Lily worden beide rood en de rest van het clubje lachen.
'Leuk uw te ontmoeten mevrouw Potter. Ik ben Selene Lupin!' zeg ik en ik schud ook de hand.
'Ach noem me maar Euphonia!' zegt ze en ze leidt ons allemaal naar binnen.
Ze wijst iedereen hun kamer aan. Het huis is reusachtig, waardoor iedereen zowat hun eigen kamer heeft.
Na de rondleiding neemt mevrouw Potter van ons afscheid, waardoor we het huis voor onszelf hebben.
'Ma en pa gaan op vakantie, dus daar hebben we geen last meer van.' zegt James.
'Ik mag je moeder wel.' grijnst Lily.
'Alleen maar omdat ze je knap vindt.'
antwoord Marlene.
'Zij is niet de enige, hé Potter?' grijnst Dorcas. James gooit een kussen van het bankstel naar haar toe.
'James, pas nou op de beker!' roept Lily.
'Ah joh, Lucy ruimt het anders wel op.'
'Lucy?' vraagt ze.
'De huiself.' Maakt James duidelijk.
'Je hebt een huiself?' vraag ik. 'Rich boy shit.'
James lacht.
'Iemand zin in een potje quidditch?' vraagt Sirius, die weer van de bank afspringt.
'Niet iedereen heeft z'n eigen bezem, Sirius.' zegt Dorcas.
'Maar wij hebben wel voor iedereen.' zegt James.
'Jeez, nu begrijp ik waarom je jezelf zo geweldig vind, Potter.' zegt Lily.
'Ja ja genoeg geflirt,' zegt Sirius, 'wie doet er mee?'
'Ik flirt niet, Black!' roept Lily uit.
'Ik doe wel mee!' zegt Marlene op hetzelfde moment, 'Dor doet ook mee!'
'Ik sla over.' zegt Remus. Hij is niet zo'n sport jongen.
'C'mon moony!' smeekt Sirius.
'Ja kom op, moony!' zegt James, maar ze falen erin om hem over te halen.
'Ik sla ook over.' zeg ik.
Regulus schraapt zijn keel, 'ik doe ook niet mee.'
'Oh broertje, doe gezellig mee!' zegt Sirius, maar Regulus lijkt het niet zo te waarderen.
'Ik doe ook wel mee.' zegt Mary, Peter joint ze ook.
'We hebben nog een speler nodig.' zegt James.
Lily zucht, 'Prima, ik doe ook wel mee.' zegt ze, waarna Sirius juicht.
'Veel plezier!' zeg ik, als het groepje naar buiten loopt.
Sirius wenst ons nog een blik, 'Doe het veilig.' knipoogt hij. Remus fronst zijn wenkbrauwen, totdat hij doorheeft waar hij het over heeft.
'Ik ben er ook gewoon bij!' roept hij, maar Sirius is al weg. Ik gniffel.
'Ik kan niet geloven dat dat familie van me is.' zegt Regulus met een zucht.
'Ik wel.' zeg ik met een grijns en ik ga met mijn hand door zijn haar, 'je lijkt op hem... alleen dan knapper.'
'Klef.' zegt Remus.
'Of je bent gewoon jaloers.' grijns ik.
'Heb je iemand op het oog?' vraagt Regulus. Remus raakt gelijk stil.
Mijn ogen schieten naar hem.
Remus schraapt zijn keel. 'Uhm.. nee.' zegt hij kortaf en hij staat op en loopt weg.
'Heb ik wat verkeerds gezegd?' vraagt Regulus aan mij.
Ik schud mijn hoofd, 'Laat hem maar gewoon met rust.' zeg ik.
Regulus fronst, maar zegt niks meer.
Hij staat op en houd zijn handen naar mij toe. 'We zijn de komende twee uur alleen... wil je misschien de buurt verkennen?' vraagt hij.
Ik glimlach en pak zijn handen vast, 'Prima.' zeg ik en hij trekt mij overheid.
We laten een briefje achter voor de rest, met de tekst dat we even gaan wandelen.
Het is koud buiten, dus ik doe een muts op en trek wat handschoenen aan.
James' villa is vanbinnen niet alleen reusachtig, maar zijn buiten terrein ook.
'Wie is eerst bij de poort is!' roep ik en ik begin te rennen. Regulus volgt me al snel achterna. Alhoewel Regulus de sportguy is, ben ik door mijn weerwolfconditie, toch net iets sneller. Als we bij de poort zijn, slaat hij zijn armen om m'n middel en tackelt hij me. We vallen beide in de sneeuw.
'Jeez Sel, hoe ben jij zo snel!?' vraagt hij. Ik lach,
'Ik ben niet snel, jij bent gewoon traag.' zeg ik plagend, ook al weten we beide dat dat een leugen is. We springen weer overeind en ik veeg de sneeuw van mijn jas af. Ik pak Regulus' hand. 'Kom op dan, je wilde toch de buurt verkennen?'