2

55 9 3
                                    

Haar benen werden vanonder haar romp getrokken en ze viel gillend met haar lichaam recht in een berg sneeuw aan de zijkant van de weg. Gelukkig brak dat haar val.
'Oh nee! Sorry, sorry! Is alles oké?'
Ismene had zich meteen uit het sneeuw getrokken en, geknield op de grond, wreef ze het resterende sneeuw van haar kleren en haar haar. Ze keerde zich in de richting van de stem. Een meisje met schouderlang donkerblond haar en een pony deels verstopt onder haar donkerrode muts keek haar met geschokte ogen aan. Ze zat op enkele meters afstand van Ismene op de grond met haar slee ondersteboven naast haar.
'Nee, geen zorgen. Alles oké met mij. Ik had alleen niet verwacht dat hier verkeer is op de wegen met al die sneeuw.'
Ismene glimlachte naar het meisje, maar ze wist vrij wel zeker dat het er klunzig uitzag. Het meisje moest ervan lachen. Ze ging staan, liep naar Ismene toe en stak haar hand naar haar uit. 'Eh, het spijt me echt wel heel erg. Normaal gesproken komt er niemand uit deze straat. Ben je nieuw hier? Oh, en mijn naam is Jona trouwens. Ik woon bovenop deze helling,' wijzend naar de straat waar ze net was uitgevlogen, 'Maar dat had je waarschijnlijk wel al door.' Nu glimlachte zij naar haar. Ismene nam haar hand en Jona trok haar recht. Ze liet haar denken aan iemand die graag met techniek en gereedschap bezig was, want ze kwam wat jongensachtig over.

'Ik ben Ismene. Ik ben enkele dagen geleden naar hier verhuisd met mijn tante en neefje en we wonen nu in het huis op het einde van deze weg.' Jona zag er ongeveer even oud uit als zij, ze was alleen wel wat kleiner dan haar en ondertussen had ze de slee van de grond getild en hem achter een boom geplaatst waar hij aan het zicht onttrokken werd.
'Zo moet ik hem niet de hele dag meesleuren. Na school trek ik hem weer naar boven, de helling op,' verklaarde ze en er trok een grijns over haar gezicht.
'Ging je ook richting het Denman College?' vroeg ze vervolgens.
Ze kwam weer naar Ismene toe, die antwoordde: 'Ja, en over school gesproken, misschien moeten we maar eens doorstappen anders komen we zeker te laat.' Ismene wierp een blik naar het dorp in de verte en ze zag nog net Jona knikken naast haar. 

Jona en Ismene waren bijna aangekomen aan de poort die in de verte duidelijk te zien was. Tal van andere jongeren waren al binnen op het plein te zien, ook allemaal dik gekleed tegen het koude weer. Gedurende de wandeling had ze met Jona zitten praten over het verloop van de verhuizing en waar ze daarvoor had gewoond. Ook hadden ze het gehad over de beste cafés van het dorp, hun lievelingskleuren en muziekvoorkeuren.
'Ik vind dat je nog best wel goed Zweeds kunt voor iemand uit Engeland,' merkte Jona op. Ismene glimlachte, 'De eerste vijf jaar van mijn leven heb ik ook hier gewoond met mijn vader en toen ik in Engeland was, sprak ik ook vaak Zweeds met mijn tante en heb ik zelfs nog enkele lessen gepakt. Ik had vloeiend Zweeds willen kunnen praten toen ik jong was, want ik geloofde dat ik voorbereid moest zijn op die dag dat mijn vader mij zou komen halen.' Ze had Jona ook al verteld over haar vader en Jona's ogen werden meelevend, maar toen fronste ze haar wenkbrauwen.
'Je zei dat je nu bij je tante woonde. Kon je niet bij je moeder terecht?'
Ismene zag dat Jona haar nu recht aanstaarde vanuit haar ooghoeken, maar Ismene keek naar de grond en vervolgens recht voor zich. Ze waren nu nog enkele meters van de school verwijderd en het lawaai van kletsende en gierende tieners werd steeds luider.
'Mijn moeder heb ik nooit gekend. Zij is gestorven toen ze mij op de wereld zette.'
Het was even stil. Ismene had het gezegd zonder blijk van emoties, een beetje vlak af. Jona staarde Ismene verbaasd aan, maar wendde toen haar blik af.
'Het spijt me.'
Ismene zuchtte, 'Trek het je niet aan. Eerlijk gezegd mis ik haar ook niet, mijn tante is voor mij altijd mijn moeder geweest. De persoon waar ik het eerste naartoe ging als ik droevig was en Michael is als een klein broertje. Soms kan hij het vlees vanonder mijn nagels halen, maar hij kan mij ook doen lachen als ik in mijn diepste dal zit.' Ze dacht terug aan die dag dat hij zijn hand in de chocopot stak en ze glimlachte, maar die glimlach verdween weer vlug toen ze werd herinnerd aan de droom van vannacht, waar deze mooie herinnering bevreemd en angstig was geworden. Jona gaf haar een schouderklopje.
'Wacht maar tot je mijn broers ontmoet. Ik heb er drie in een gezin van vier kinderen. Niet zo prettig als je het mij vraagt.'
Jona begon te lachen en Ismene ook.
'Drie broers! Ik kan geloven dat dat best zwaar is,' zei Ismene. Ze bevonden zich nu op het plein van de school naast een groepje van drie kletsende meiden. Ismene merkte nu pas op dat het schoolgebouw best wel elegant was, en een licht gotische stijl had. Het was groter dan ze had gedacht of zo leek het toch en opgerezen uit een witte steensoort. Er waren vele grote ramen die verwerkt waren in een ijzeren rooster.
'We moeten nu nog langs het secretariaat passeren voor ons uurrooster, hopelijk hebben we veel samen les.'
Jona werd helemaal enthousiast bij het zeggen van die laatste zin en Ismene vroeg zich af wat 'samen les hebben' voor Jona betekende.

De mollige vrouw aan het secretariaat had haar grijze haar in een strakke dot gedraaid en droeg een fluwelen rode bloesje. In de inkomhal was het een stuk warmer dan buiten en de wit betegelde vloer was al helemaal vol met modderige sneeuw ondanks de vloermat aan de ingang. Ismene kreeg even medelijden met de conciërge die elke dag deze vloeren moest schoonvegen. Het plafond was redelijk hoog en sterk verlicht.
'Jona! Goed je weer te zien! Hoe is je vakantie geweest? Heeft je vader die sneeuwscooter nu al kunnen repareren?' riep de secretaresse doorheen een glazen vitrine. Ze glimlachte vriendelijk naar Jona en zwaaide naar haar. Jona ging bijgevolg meteen naar de vrouw toe en begon een bruisend gesprek met de afgeleide secretaresse. Ondertussen ging Ismene naar de muur tegenover het secretariaat waar een heleboel ingekaderde kleurrijke foto's hingen. Op één van de foto's was een immense vallei te zien, waarschijnlijk een foto dat in de zomer getrokken was, want er lag geen sneeuw. De vallei was afgelijnd aan de horizon met hoogrentende bergen, en was gewelfd en bedekt met diverse bomen, aan de linkerkant schitterde een zilveren lint doorheen de heuvels, wat leek op een rivier. Een andere foto toonde de nachtelijke hemel boven een beboste horizon waar het wonderbaarlijke noorderlicht in was afgelijnd. Ze vermoedde dat ze het noorderlicht weleens had gezien toen ze hier nog woonde tot haar vijf jaar, maar ze wist het niet zeker.
'Mooi hé.'
Ismene schrok helemaal wakker bij het horen van de mysterieuze stem recht naast haar. Ze had onmiddellijk door dat het niet Jona was die ze nog gedempt hoorde kletsen met de secretaresse achter haar, dus keek ze nieuwsgierig om. 

Aan haar zijde stond een lange, maar eerder magere vrouw. Ze had een scherpe kaaklijn en eindeloze diepblauwe ogen met lang golvend platina blond geverfd haar in een staart gewikkeld. Haar lippen waren dun en rond haar ogen speelden enkele lachrimpeltjes. Ze droeg een lichtbruine trui en een witte stoffen broek, en... ze staarde Ismene vragend aan.
'Euh.. Ja, ja... echt heel mooi.'
De vrouw glimlachte naar haar.
'Ik heb je hier nog niet gezien, ik ga ervan uit dat je lid bent van de familie die naar de Hoornweg verhuist is?'
Ismene knikte alhoewel ze het vreemd vond dat de vrouw wist waar ze woonde. Alsof ze haar gedachte had gelezen, ging de vrouw voort, 'In een klein dorpje als deze kom je al vlug van alles te weten. Van waar kom je eigenlijk?'
'Van Edinburgh, Engeland, maar ik ben wel hier geboren en heb hier ook een tijdje gewoond.'
De vrouw knikte even.
'Ah, dan zal je wel weer snel gewend raken aan het klimaat.'
De bel rinkelden en de bevolking in de hal nam toe.
'Ik ga maar weer eens gaan, succes met je eerste dag hier. Hopelijk bevalt het je.'
Vooraleer Ismene nog iets terug kon zeggen, was de vrouw al in de menigte weggedoken terwijl Jona eruit tevoorschijn kwam. Ze wist niet precies wat ze moest denken van de vrouw, die er best knap had uitgezien, maar ze vermoedde dat de dag nog vol andere verborgen verrassingen zat. 




De Laatste KoninginWhere stories live. Discover now