hoofdstuk 14

7 0 0
                                    

P.o.v. Amber

Ik ga rechtop in bed zitten en rek me uit terwijl ik luid gaap. Vervolgens laat ik me vermoeid achter over vallen. Ik kreun als mijn hand de rand van het bed raakt. Ik pak met  mijn andere hand mijn pijnlijke hand vast en wrijf er voorzichtig overheen. Dan sta ik op met een luide zucht. "Zeg kan het wat stiller?" vraagt Lucia. "Nee het is tijd om op te staan en dat geld ook voor jou." ik loop naar haar bed toe en begin haar te kietelen. "Nee niet doen." ze lacht. "Please stop." "zeg het magische woord." irriteer ik haar lachend. "Alsjeblieft stop." tranen stromen over haar wangen van het lachen. Ik stop met kietelen. "Dank je." Lucia staat op helemaal wakker. We maken ons klaar voor het ontbijt en gaan dan naar beneden. Een aantal leerlingen zitten ook al te ontbijten. "Vandaag kunnen we weer door Amsterdam heen lopen en shoppen. Ik wil nog wat nieuwe dingen kopen." zegt Lucia. "Ik wil ook wat nieuwe dingen kopen. Ik heb mijn creditcard meegenomen." Lucia kijkt me verbaasd aan. "Dat je daaraan gedacht had. Als mijn ouders het niet hadden gezegd dan was ik het vergeten." ik lach. "Als je ouders er niet waren vergat jij alles." ze lacht mee. "Dat is waarschijnlijk waar." na het ontbijt pakken we wat spullen zoals tassen en daarna gaan we naar de stad.

We ploffen uitgeput op een bankje neer. Ik zet de tassen op de grond. In de ene tas zitten souvenirs voor mijn ouders en in de andere wat kleding voor mezelf. Dan zie ik de gids van gister weer. "Xavier, je pauze is voorbij!" roept iemand door de straat. De gids kijkt op. Blijkbaar heet hij dus Xavier. Hij schokt naar de man toe en samen lopen ze weg. Ik kijk op mijn horloge. "Het is al 12 uur! We hadden al terug moeten zijn." Lucia staat gelijk op. We pakken onze spullen en rennen naar het hotel, wat toevallig dezelfde kant op is als Xavier ging. Dan scheurt er een brommer voorbij die mijn tas uit mijn hand trekt en weg rijd. Ik val op de grond. "Gaat het Amber?" Lucia zit gelijk naast me. "Pak hem, hij heeft mijn souvenirs." dan hoor ik een klap. Lucia helpt me overeind en we rennen naar de plek waar we het geluid hoorde. Daar staat Xavier met de mannen, die op de brommer zaten, in zijn ene hand en mijn tas in de andere. De mannen geeft hij aan iemand anders en dan loopt hij hierheen. "Volgens mij was deze van jou." hij geeft mijn tas aan. Ik bloos en pak de tas vast. "Bedankt." hij glimlacht naar me en een warm gevoel verspreidt zich in mijn buik. "Amber we moeten nu echt gaan!" dringt Lucia aan. "Ik hoop dat ik je nog maals zie Amber." hij knipoogt naar mij voordat Lucia me meesleept naar het hotel.

City Of AngelsWhere stories live. Discover now