Hoofdstuk 20

306 18 4
                                    

Pov. Sharon

Ik haal het mes uit het beest. Bloed sijpelt uit zijn nek. Hij gromt diep. Dan draait hij zich om en springt naar mij toe. Mijn rechterhand met het mes zit onder hem. Op het moment dat hij springt steek ik van onderen toe.

Halverwege de sprong stopt het beest. Mijn gezicht is nog niet eens twintig centimeter van de kop van het monster verwijderd. Ik kan zijn walgelijke adem ruiken. Zijn toegetakelde ogen sperren zich wijdopen. Dan zakt hij ineen en ik haal snel mijn hand vanonder hem weg.

Ik zet een stap achteruit en het beest rolt op zijn rug. In zijn buik zit een grote snijwond waar het bloed als als een in grote stralen uit stroomt. Ik wend mijn hoofd af. Meteen voel ik mijn maag opkomen. Dan draai ik de de rest van mijn lichaam ook om en val op mijn knieën.

Twee minuten later is mijn maag geleegd. Er ligt een vieze brij op de grond. Ik besluit om nog één blik op de hond te werpen.

Het beest ligt nog steeds op zijn rug. Hij beweegt niet meer. Er komt ook niet meer zoveel bloed uit de wond maar er sijpelt nog wel wat uit.

'Het werd dus niet te veel', zegt een stem. Een hand wordt op mijn schouder gelegd. Ik wil hem wegslaan, maar de hand blijft mijn schouder vasthouden. Ik krabbel overeind. Ik kijk in de diarreebruine ogen. 'Gaat het wel? Je hebt heel je maaginhoud geleegd', zegt de man.

No shit, Sherlock.

'Het gaat, vraag daar niet naar. Ik maak het niet elke dag mee dat ik een hond moet vermoorden', zeg ik fel. Ik wil absoluut niet dat hij van mijn dierenliefde weet. 'Goed, kom maar mee. Ik zal je aan je collega's voorstellen', zegt hij. Ik knik.

Ik sta voor een groep mannen. Het zijn er, schat ik, een stuk of dertien.

'Mooi, ze heeft de test doorstaan? Ik dacht niet dat meisjes dat konden', zegt er eentje. 'Dames kunnen meer dan je denkt', zeg ik minachtend. 'Stel je eens voor', zegt een andere man, die een leidinggevend figuur heeft. Breed en een stierennek. 'Danique Ferasty', zeg ik. 'Ferasty hè? We verwachtten je al. Wat vond je van de test?'

Ze willen ervoor zorgen dat ik mijn zwakke gevoelens toegeef. Ze willen me testen.

'Te laag voor mijn niveau', zeg ik dan ook spottend. 'Nog één?' vraagt de brede man. 'Nee, dank u', zeg ik. De olievlek grinnikt. 'Wij zullen ons even voorstellen. Ik ben Johan, diegene met de olievlekken is Olgar. Je moet best veel met hem samenwerken, de rest is niet belangrijk. Er is ook nog een meisje, die we nog niet aan iemand gekoppeld hebben. Jij mag met haar', zegt Johan.

'Oh. Hoe heet zij?' vraag ik.

'Roos', zegt hij. 'Dan zal ze vast niet lief zijn', zeg ik grinnikend. 'Kom mee, ik zal je haar laten zien', zegt Olievlek, oftwel Olgar. Ik loop achter hem aan.

We komen bij een kamer. Het is ongeveer drie bij drie meter, niet heel erg groot. Er staat een bureau, een bed en een kast. Verder zit er nog een kleine kast in de muur. Er zit ook een raam bij het bureau. 'Dit is jouw kamer. Het is nummer veertien, dus onthoud dat goed. Hier is de sleutel' - hij geeft me twee sleutels - 'en nu gaan we naar Roos'.

We lopen naar de kamer van Roos. Ik zie dat het niet ver weg is, twee kamers verwijderd van de mijne. Olgar klopt aan en ik sta er een beetje ongemakkelijk bij. Een meisje met bruine krullen doet open. Ze heeft blauwe ogen, die erg brutaal staan, wat ervoor zorgt dat ik haat meteen niet mag.

'Wat moet je?' vraagt ze brutaal. 'We hebben een partner voor je', zegt Olgar emotieloos. Hij draait zijn lelijke hoofd en wenkt me om naar voren te komen. 'Danique Ferasty', zeg ik. 'Roos Bolleboos', zegt ze spottend. 'Dat "bol" kun je wel weglaten', zeg ik. 'Hoezo?' vraagt ze vol minachting. 'Je ziet er nogal boos uit', zeg ik met een ik-vind-mezelf-grappig-lach. 'Ik hou niet zo van mensen die onverwacht op mijn deur kloppen. Maar vrouwen mag wel', zegt ze en ze geeft me een vreemde knipoog. Ik trek één wenkbrauw op. Dat had ik niet verwacht. Voor haar moet ik oppassen.

'Ga maar wat kletsen, morgen begint het echte werk. Roos, jij begeleidt haar'.

Ik geef haar een stralende glimlach, die niet gemeend is. Zij trekt haar wenkbrauwen op. 'Ik mag jou', zegt ze.

Roos is geïnspireerd door erikaaatje.

Horses and badboysWhere stories live. Discover now