~11~

1.2K 79 7
                                    


Ik heb je nodig, Lewis.' De woorden tolden als knikkers over zijn tong. Hij stond vlak tegenover de kleine jongen.

Louis had zich opgerold tot een balletje en lag in een hoekje van zijn kamer. Zijn armen had hij beschermend over zijn hoofd geslagen en zijn knieën opgetrokken om de rest van zijn miezerige lijf te beschermen.

Harry stond daar alleen maar. Zijn handen hingen levenloos langs zijn lichaam en zijn krullen stonden zoals gewoonlijk nog alle kanten op. Hij knipperde een keer met zijn gifgroene ogen en likte zijn lippen.

Een leeg gevoel had zich ontworpen in zijn buik, en hij wist dat het geen trek was.

De jongen, met zijn zachte bruine haar en lieve blauwe ogen, was nog banger voor hem als gedacht. Eerst had het leuk geweest, maar nu hij hem zo zag zitten? Nee, het is echt niet normaal dat iemand meteen naar de hoek van een kamer vlucht als jij binnen komt, om vervolgens te gaan mompelen en snikken.

Verslagen keek hij het trillende hoopje toe. Diep van binnen wist hij dat hij zich alleen zo voelde omdat een rillend hoopje hem niet kon helpen, maar ergens flikkerde er iets anders. Harry kon er zijn vinger niet op leggen. Het was net als het plaatsen van een eerste stukje van een puzzel. Je heb geen idee waar je moet beginnen.

'D-doe me geen pijn..' Daar was het tweede stukje van de puzzel. De gebroken stem van de kleine jongen klom de gehoorgang van de grote jongen binnen en teisterden zijn trommelvlies.

Het was alsof de stem echode door Harry's hersens. Het weerkaatste op zijn emoties en speelde met zijn gevoel. Hij opende zijn mond, maar er kwam niks uit. Met een frons tussen zijn wenkbrauwen dacht hij na.

Zijn gevoel zei dat hij naar de jongen toe moest, hij moest hem knuffelen en geruststellen. Maar zijn hoofd zei iets anders. Hij mocht geen medelijden kennen, hij moet steenhard blijven, zo is hij immers ook aan zijn reputatie gekomen...

'Je moet meekomen. Of moet ik je komen halen?' Zijn ijsharde stem klonk door de kille kelder. Louis dook alleen nog maar angstiger in elkaar, terwijl hij zijn ogen nu wijd opengesperd waren en Harry vol afschuw toe keken.

Rillend en wankelend kwam hij overeind, zijn magere beentjes trilden even bij het tillen van zijn gewicht en stonden daarna weer stil. Zijn schouders had hij opgetrokken en hij bekeek Harry onder zijn wimpers door.

Met gammelle passen struinde hij de kelder door, tot hij bij Harry was aangekomen. Vol van angst keek hij de oudere jongen aan. Hij vroeg zich af wat er nu zou gebeuren. Zou hij weer geslagen worden, of verkracht?

Zodra Harry zijn sterke vingers om Louis armen klemde wist hij dat Harry hem pijn zou gaan doen.

'N-nee, nee. Alsjeblieft.' Murmelde hij met tranen in zijn ogen, maar bij Harry was het volgende puzzelstukje op zijn plaats gevallen.

De jongen tussen zijn vingers was bang dat hij hem pijn zou doen. Hij moest iets doen waardoor de jongen minder bang voor hem was, dan zou hij misschien kalmeren.

'Ik doe je geen pijn.' Dit antwoord leek als een bom in te slaan, alsof hij net een klap in zijn gezicht had gekregen keek hij naar de oudere jongen. Die verslapte zijn greep en stapte een keer achteruit.

Louis leek het niet te vertrouwen, wat een zekere maat van ongeduld vergde bij Harry. Hij rolde zuchtend met zijn ogen en bevestigde het nogmaals.

Yes, He Is ||Larry A.U. #Netties2016|| Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu