6.

74 6 1
                                    

Ik verloor altijd mijn dierbaren.
En jij..
je hebt me op zo'n moeilijke plek achtergelaten
het koude graf roept me
Terwijl het gloeiende vuur op me wacht
Ik kan niemand vertrouwen.
de pijn van mijn ziel neemt toe.
Je hebt mij achter gelaten op het moment dat ik je het meest nodig heb

———————————————————————————

We lopen het café binnen. Rachid stopt opeens met lopen en begint om zich heen te kijken. Hij is vast Yassir aan het zoeken. Na een paar seconden loopt hij weer verder. Ik loop net achter Rachid. We lopen richting dezelfde tafel als vanmiddag. Daar zit Yassir met zijn rug naar ons gedraaid. Dezelfde café, dezelfde tafel. Wat gebeurt er hier? Yassir staat op en draait zich naar ons.

Wacht, dit... Dit is Soufyan. Hij steekt zijn hand uit naar Rachid en stelt zich voor als..... Yassir.

Verbaasd kijk ik naar de twee die zich aan elkaar voorstellen. Ik blijf kijken totdat Rachid mijn armen vast pakt en mij voorstelt aan de man tegenover me. Ja ik noem hem gewoon de man. Ik weet nog steeds niet wie hij echt is.

'En dit is mijn zusje, Malak' stelt Rachid mij voor.

'Aangenaam. Ik ben Yassir.' Stelt hij zich voor, maar gek genoeg steekt hij zijn hand dit keer niet naar me uit

'Aangenaam' zeg ik zacht kijkend in zijn ogen.

'Ik ga daar aan die tafel zitten dan kunnen jullie gerust met elkaar praten' zegt Rachid wijzend naar de tafel achterin.
Ik knik en ga op een van de stoelen zitten. Rachid loopt weg en die man gaat op de stoel tegenover mij zitten. Omdat ik geïrriteerd ben kijk ik lang naar hem. Hij zit zijn koffie verder te drinken alsof er niks is gebeurd.
Waar is deze man mee bezig? Eerst stelt hij zich voor als Soufyan en nu als Yassir. Dit is het beste moment om antwoord te krijgen op mijn vraag, dus ik stel het ook meteen.
'Wie ben jij? Eerst stel je jezelf voor als Soufyan en nu als Yassir. Waar ben je mee bezig?'

Hij legt zijn kopje neer en begint te praten.
'Zoals ik al net zei, ik ben Yassir. Degene die je vanmiddag had ontmoet was ik ook ja. Ik wilde alleen weten met wat voor persoon ik ga trouwen. Of je het waard bent om mijn achternaam te dragen. Als ik mezelf met mijn eigen naam zou voorstellen, zou ik nooit in zo'n korte tijd zoveel over je achterkomen ' zegt hij heel serieus.

Zei hij nou "de persoon met wie ik ga trouwen"? Hij denkt serieus dat ik met de intentie ben gekomen dat ik met hem wil trouwen.
'Ik wil niet trouwen' zeg ik direct. Zijn gezichtsuitdrukking verandert. Hij kijkt verbaasd naar me.

'Ik snap het niet?'

Wat is er hier moeilijk aan te begrijpen.
'Ik wil niet trouwen' antwoord ik weer.

'Wat doe je dan hier' vraagt hij dit keer geïrriteerd.

Deze persoon voor me is zoveel anders dan de persoon die ik vanmiddag had ontmoet. Dezelfde gezicht maar tegelijkertijd 2 totaal verschillende personen. Deze persoon is zo koud.

'Ik had geen andere keus. Misschien kan jij mij het beste afwijzen. Dan zullen ze niks te zeggen hebben'.

'En mijn geld dan?'

'Ik kan bij jullie werken en zo je terugbetalen' zeg ik enthousiast.

'Als wat wil je bij ons werken?' vraagt hij sarcastisch.

'Het maakt mij niet uit. Ik doe alles wat jullie willen' antwoord ik serieus, ongeacht zijn sarcasme.

'We hebben geen werkers nodig' zegt hij.

'Heb je een andere oplossing dan? Ik wil niet trouwen' zeg ik hopeloos

'Er is geen andere oplossing dan met mij te trouwen'

La Mia Luce (Uitgehuwlijkt)Where stories live. Discover now