Antwoorden.

52 4 1
                                    

"Heb je even?". Ik keek op en zag Priscilla in de deuropening staan. Ik knikte en stond meteen op. Ik liep naar haar toe en ze gaf me een mapje. "Ik moest deze van Karim aan jou geven. Hij is vandaag vrij en gaat een weekend weg, maar hij zei dat het voor jou belangrijk was." Ik keek haar aan en knikte. "Dank je wel Priscilla". Zei ik. Ze draaide zich om en liep weg. Marcel was er gelukkig niet dus gauw legde ik het mapje weg in één van mijn lades. Ik probeerde me weer op onze nieuwe zaak te concentreren maar mijn ogen wijkte continu uit naar de lade. Als een dief in de nacht stond ik op en keek ik goed in de hal of er iemand stond. Het was rustig. De twee grootse advocaten waren er niet en enkel Priscilla en ik waren aanwezig. Ik liep weer het kantoor binnen en deed de deur op een kier. Gauw liep ik naar mijn bureau en opende ik de lade.

Ik haalde het grijze mapje eruit en opende deze. De eerste bladzijde was helemaal leeg op twee woorden na. Zaaknummer 456. Ik knipperde met mijn ogen en sloeg gauw de volgende bladzijde om. Bij elke woordje die ik las voelde ik het bloed door mijn aderen stromen. Het bloed baande zich een weg naar mijn hart. Mijn hart ging er sneller van kloppen. Ik werd overmand door verschillende emoties. Verdriet, woede, onbegrip. Ik stond op en klapte het mapje die ik nauwelijks verder kon lezen van frustratie, dicht. Mijn handen trilde weer ontzettend en ik snapte niet waarom ik continu bestookt werd met beproevingen. Ik pakte het mapje op en stopte het gauw weg in mijn tas. Hoe kwam Karim hieraan? Hij moet hebben gezien hoe erg ik ermee zat gisteren. Ik deed het licht van kantoor uit en liep naar mijn auto. Prompt werd ik gebeld op mijn mobiel en zag een onbekende nummer staan.

"Goedenmiddag, met Assia el Douyar". Zei ik. "Met Karim, ik hou het kort. Je hebt het mapje gehad?". Zei hij. Overrompeld door dit telefoontje zette ik de motor af en hieldt de telefoon gedrukt tegen mijn oor. "Eh ja..". Zei ik. "Mooi, dan heeft Priscilla haar werk goed gedaan." Zei hij. Hij wilde bijna ophangen maar gauw stelde ik hem dé belangrijke vraag. "Karim,.. hoe kom je hieraan en.. waarom?". Zei ik. Stilte aan de andere kant. Hij zweeg en ik hoorde ergens op de achtergrond een vrouwenstem. "Dat doet er niet toe. Wat er wel doet is dat jij er meer aan hebt dan ik. Zie het als een collegiale gunst." Hij hing meteen op na deze woorden. Ik bleef staren naar het beeldscherm en uit het niets begon het te donderen volgend door biljoenen aan regendruppels.

Ik reed naar huis en daar aangekomen nam ik meteen een douche en ben ik gaan bidden. Wederom bleef ik weer even zitten op mijn gebedskleed en op tafel voor mij zag ik het mapje liggen. Ik reikte ernaar en pakte het op. Langzaam begon ik dit keer alles door te nemen. Karim moet zeker veel moeite genomen hebben om dit te regelen want wat erin stond was too much. Het was vertrouwelijk informatie. Weliswaar van jaren terug maar het speelde zich gewoon nog af.

Dat mijn moeder een zaak had aangespannen vanwege het ongeluk was mij nu niet onbekend, maar het feit dat mijn moeder destijds al contact had met die hufter.. daar kon ik gewoon niet over uit. Het bedrag is namelijk niet op de bankrekening van mijn moeder gestort zoals ik het hier las maar op die van hem! En het wordt nog erger. Mijn tantes hadden er al lucht van. Iedereen wist het gewoon. Letterlijk iedereen. Behalve Zaki en ik. Te jong om het te weten, te dom om het te begrijpen. Maar waarom deed mijn moeder dit? Waarom heeft ze in hemelsnaam het geld op zijn bankrekening laten storten? Dat hij haar "oude liefde" was was me ook niet onbekend. Maar het leek wel alsof er zoveel gebeurde destijds over de rug van mijn lieve lieve vader.

Een traan viel precies op een woordje die getypt stond. Vertrouwelijk. Wie was er nu te vertrouwen? Niemand. Letterlijk niemand. Ik twijfelde of ik Zaki moest bellen. Uiteindelijk besloot ik het niet te doen. Zaki zat nu in een fase dat alles hamdoulilah goed ging. Hij had z'n huisje, deed het hartstikke goed op school, had zijn sociale kring en dit zou alleen als een bom inslaan. Hij verweet het zichzelf al dat hij ma niet kon beschermen. Hij maakte zich kwaad dat ma altijd bij haar absurde keuzes bleef. Hij wil haar enkel beschermen. Ik ook. Maar mijn moeder leek zichzelf alleen in de problemen te werken door hem en alle steun en bescherming af te slaan. Je kon niet tot haar doordringen helaas.

Zonder Jou.Tempat cerita menjadi hidup. Temukan sekarang