Hoofdstuk 2 - Madelyn

229 24 55
                                    

Om één uur 's nachts, toen De Tweede Pijl gesloten werd, was Madelyn met Rowan mee naar huis gegaan. Ze had hem alles verteld over haar ruzie met Raine en het enge pakje dat ze voor haar deur had aangetroffen. Hij had daarop aangeboden met haar mee naar huis te gaan, dan kon hij het pakje voor haar bestuderen en eventuele inbrekers te lijf gaan, maar zij had geantwoord dat ze dat gebouw niet meer in zou gaan tot het buiten weer licht was.

Zo waren ze in zijn woonkamer beland, waar ze nog wat tv hadden gekeken voor ze tegen twee uur beiden besloten dat ze beter konden gaan slapen. Aangezien Rowans vriendin die nacht niet bij hem was, kon Maddie haar plek innemen in bed; of zijn vriendin dat nu oké vond of niet. Ze gaf toe dat het misschien een beetje verdacht was dat Rowan met zijn arm om haar heen lag en ze zich lekker warm tegen hem aan genesteld had. Maar ze hadden allebei nog wel iets van kleren aan, dus veel viel er niet over te zeggen.

Het duurde lang voor ze in slaap viel.

Rowans regelmatige ademhaling en lichaamswarmte werkten geruststellend, maar het was niet genoeg. Haar gedachten bleven terugkeren naar het geweld in De Tweede Pijl. De jongeman die haar om hulp had gevraagd, die onschuldig was en toch werd neergeschoten, gewoon omdat hij een mutant was, gewoon omdat hij geboren was met het verkeerde DNA. Na verloop van tijd vervaagde zijn gezicht en werd het Raine die op de barkruk naast haar zat, Raine die haar om hulp vroeg, Raine die op de grond werd getrokken en in elkaar werd geslagen, terwijl Rowan Maddie tegenhield, Raine die dood op de grond lag, badend in het bloed, kogel door de rug, kogel door het hoofd.

Hijgend en nat van het zweet werd ze wakker. Ze moest een emmer hebben of een koude douche. Nu.

Ze rolde onder Rowans arm uit, landde met haar blote voeten geruisloos op de vloer. Ze ademde hevig in en uit. Gelukkig kwam er al wat licht door de in spleetjes opengelaten rolluiken en was het niet te donker in Rowans slaapkamer.

Op de tippen van haar tenen en bijtend op haar lip, sloop ze naar de aan de slaapkamer grenzende badkamer. Ze stond voor een halfuur in de douche, het water afwisselend koud en warm, maar het hielp niets tegen het lege, misselijkmakende gevoel.

Ze bekeek zichzelf in de spiegel. Haar huid was bleek weggetrokken, wat de wallen onder haar ogen alleen maar meer deed opvallen, en in haar pols, waar de mutant gisteren zijn nagels in haar vel had gestoken, stonden nog maanvormige markeringen. Nu kwam haar rechterpols bijna overeen met haar linker, waar een paar lelijke littekens van enkele stevige brandwonden haar huid ontsierden. Raine had wel gelijk wanneer ze zei dat ze gevaarlijk was, Maddie kon er alleen voor kiezen daar niet om te geven.

In haar ondergoed liep ze de slaapkamer weer in. Haar lange blonde haar maakte haar rug meteen weer nat, maar voorover buigen om het te drogen was nu geen goed idee - bovendien was ze er zeker van dat haar beste vriend hier nergens een haardroger had liggen. Haar broek van de vorige dag vond ze op een stoel in de hoek, waar ze hem had achtergelaten. Een T-shirt pakte ze uit Rowans kast, dat zou hij niet erg vinden.

Ze bleef nog even staan, bij de deur van de badkamer, om te kijken hoe haar beste vriend nog vredig lag te slapen. Zijn donkere haar stond alle kanten op, zijn ogen waren gesloten, zijn mond een stukje open, zijn ene arm lag langs zijn zij, de andere lag waar Madelyn even geleden nog had gelegen. Het deken lag maar half meer over hem heen en zijn hoofd lag langs zijn kussen. Het was een grappig zicht.

Zo stil als ze kon opende ze de deur naar de woonkamer en sloot ze hem ook weer achter zich. Vervolgens opende ze de zware grijze gordijnen. Meteen greep ze naar haar slapen, waar een golvende hoofdpijn kwam aanzetten. Voor een volle minuut hield ze haar ogen dicht en bleef ze staan waar ze stond voor één van de grote ramen.

Toen ze zich weer bewoog, viste ze haar telefoon uit haar handtas bij de keukentafel. Met het toestel in haar hand, liet ze zich tegen het aanrecht aan zakken. Het eerste wat ze deed was het scherm minder helder zetten, zoveel licht voelde immers niet goed aan haar hoofd. Vervolgens viel haar blik op de tijd, het was nog geen half acht, en op de twee gemiste oproepen die ze had, allebei van Raine. De eerste was van midden in de nacht, rond een uur of drie, de andere van nog geen tien minuten geleden.

Over Macht en MenselijkheidOnde as histórias ganham vida. Descobre agora