Hoofdstuk 6.

569 34 3
                                    

Ik wordt wakker door de felle zon. ik kijk om me heen. iedereen is al druk in de weer. 'hey prinses, lekker geslapen?' Voor me staat Alby. Ik sta op, klop het zand van me af. 'Noem me nooit meer zo.' Hij lacht. 'Met verkeerde been opgestaan?' Ik wil weglopen. 'Ho rustig aan, jij kan hier echt niet op je luie kont gaan zitten terwijl iedereen hier hard aan het werk is.' ik kijk hem verbaasd aan. 'Jij gaat ook aan de slag vandaag.' 'hoe weet ik nou wat ik wil en kan als ik nog niet eens weet welke "baantjes" hier allemaal zijn.' 'Daarom krijg je eerst een rondleiding.'

De jongens zijn al hard aan het werk. Minho en Thomas zijn de Maze al in en de rest is ook alvast begonnen met zijn taak. dan komen Alby en Maya aangelopen. 'Maya dit is Newt.' Maya knikt, 'Bob' zegt Newt en knikt ook. er verschijnt een glimlach op haar gezicht. 'Newt vertel jij maar wat jouw taak is, ik moet namelijk nog iets doen.' Alby loopt weg. 'klaar voor Bob?' Maya knikt. ze lopen over verschillende akkers. 'Wij verbouwen hierop ons eten en zorgen voor eten.' Ze knikt. 'Nog vragen? Maya? Maya?' Ze loopt richting de muren. 'Maya, je weet dat je daar niet mag komen!' Ze draait zich om, ze lacht. 'Nee ik mocht er niet ingaan.'

Iets roept me, ik moet in de Maze. Ik kom bij de muren aan. Newt komt naast me lopen. 'ze gaan zo dicht.' 'Hoe weet je dat?' 'Aan de zon', hij kijkt naar de lucht. dan komen er 2 jongens naar buiten rennen, het zijn Thomas en Minho. 'En zij dan?' Ik wijs naar de rennende jongens. 'zij zijn renners', legt Newt uit, 'dat is hun baan'. Ik stop met lopen en kijk hem aan. 'ik wil een renner zijn, dat wil ik als baan.'

Newt kijkt Maya aan. 'dat wordt je niet zomaar.' 'Hoe bedoel je, ik mocht toch een baan kiezen?' 'Ja maar de Renners zijn anders.' 'Hoe anders?' 'Het zijn de sterkste, snelste en slimste van ons allemaal.' 'waarom is dat?' 'Snel omdat ze de hele dag moeten rennen daarbinnen, slim omdat ze alles moeten onthouden van wat ze hebben gezien en sterk omdat ze moeten vechten tegen grievers.' Ze draait zich om naar Newt, ze staan nu tegenover elkaar. 'grievers?' Maya kan zich er nog wel iets van herinneren maar weet niet meer precies wat het zijn. 'Wezens in de Maze die je maar al te graag de dood in willen jagen.' ze schrikt, nu herinnert ze zich het weer. 'wil je nog steeds zo graag een renner zijn?' Ze lijkt te twijfelen over haar antwoord.

ik ben niet meer zo zeker of ik een renner wil zijn. Mijn gedachtes zeggen nee maar Mijn gevoel zegt ja. mijn gevoel wint. ik kijk Newt aan, 'ja, ja dat wil ik nog steeds.' 'dat moet je dan zien te bewijzen.' 'oké', ik loop richting Thomas en Minho. 'Lekker geslapen?' 'Prima', ik knik de jongens toe. 'nog energie over voor een wedstrijdje?' De jongens kijken elkaar verbaasd aan, 'een wedstrijdje.' Ik knik. 'Waarom?' 'Ik wil mensen hier bewijzen dat ik een renner kan zijn.' De jongen schieten in de lach. 'jij? Een renner?' 'Ja.' Ik kijk ze boos aan. 'Vat t niet persoonlijk op, maar een meisje als renner' 'is dat een ja of nee?' 'nou ja we hebben nog wel energie over om een wedstrijdje doen.' 'mooi.' 'Over 15 minuten?', vraagt Minho, 'ik wil me nog wel voorbereiden hoor.' 'prima over 15 minuten.' ik loop weg, ik hoor de jongens achter me lachen, ik kook van woede. ik ze laat nog wel eens wat zien.

The maze runnerWhere stories live. Discover now