🌕19

3 1 0
                                    

Daar zaten we dan, in de ruime woonkamer van Nova's huis, met eindelijk de heilige smaragd in ons bezit. De steen zat in een kleine, ronde, met zilver afgezette doos en stond op mijn knieën.
"Kom op Lily, maak hem open!" Demians ogen glansden vol verwachting. Zelf kon hij de doos niet aanraken vanwege het zilver. Nova kon de steen niet aanraken omdat ze, zoals ze zelf zei, te demonisch was. Het was dus aan mij. Voorzichtig liet ik mijn vingers langs het tere sluitinkje glijden.
"Goed dan, hopelijk brandt dit ding mijn handen er niet af." Ik ademde diep in, al had ik de zuurstof natuurlijk niet nodig, en opende het doosje. Op een kussentje van donkerrood fluweel lag een groene steen ter grote van een flinke kiezel en met de vorm van een ei. Na al die verhalen die ik had gehoord over welke reusachtige krachten dit relikwie bevatte, had ik eigenlijk wel wat groters verwacht. Aarzelend stak ik mijn hand uit. Mijn vingertoppen raakte de koele steen en meteen sneed er een stekende pijn door mijn arm. Ik snakte naar adem en trok vlug mijn hand terug.
"Gaat het?", riep Demian geschokken. Ik bekeek mijn vingertoppen. Ze zagen er ongeschonden uit.
"Het lijkt erop."
"Probeer het nog eens", moedigde Nova me aan.
"Nee, niet doen!", riep Demian uit.
"Straks vlieg je nog in de fik of zo."
"Dan had dat allang gebeurd moeten zijn." Vastberaden stak ik mijn hand opnieuw uit. Deze keer greep ik de hele steen vast en probeerde de vlammende pijn die door mijn arm schoot en mijn schouder verlamde, te negeren. Even werd de wereld grijs. Het voelde alsof ik bijna ging flauwvallen, een behoorlijk menselijke gewaarwording waar ik even aan moest wennen. Na een seconde of tien stopte mijn blikveld met dijnen en kreeg de wereld zijn kleur terug. De pijn bleef maar nam af tot een acceptabel niveau. Langzaam opende ik mijn hand en toonde de twee benedewerelders de hemelse steen die erop lag. De smaragd straalde onmiskenbaar macht uit, als een pulserend, nauwelijks merkbaar licht. Alle haartjes in mijn nek stonden recht overeind en mijn instinct brulde dat dit ding slecht voor me was. Het liefst zou ik het tegen de gelambriceerde muur kapot smijten.
"Mag ik hem ook eens vasthouden?", vroeg Demian. Dacht het niet, ik moest mijn broertje zo ver mogelijk bij deze vervloekte steen uit de buurt houden. Nova zag mijn gezichtsuitdrukking en glimlachte.
"Ik begrijp je afkeer voor de smaragd, Lily, maar dit is wel jullie enige redding."
"Weet ik", zei ik tussen op elkaar geklemde tanden door.

Dat was het dan, onze reis met Nova was klaar. Ik keek de heksenmeester in de ogen. De afgelopen weken had ze ons bijgestaan, advies gegeven en in contact gebracht met degenen die ons verder konden helpen. Ze was onze steun en toeverlaat geweest en we zouden haar ongetwijfeld weer zien, maar we hoefden niet meer zo nauw samen te werken als we de afgelopen tijd hadden gedaan.
"Denk eraan dat je de smaragd te allen tijden bij je draagt", zei ze nog.
"Je weet nooit precies wanneer de invloed van de bloedwolfmaan toeslaat en het is ook heel goed mogelijk dat deze je voor zijn komst al begint te veranderen. De smaragd beschermt je tegen demonische invloeden van buitenaf, net als de Gouden Sluier waar hij ooit deel van uitmaakte." Ik knikte, niet dat het idee dat ik dit ding constant bij me moest houden me aanstond, maar ik had niet bepaald een keus.
"Mag ik je nog wat vragen?" Ik moest het weten, ik was gewoon té nieuwsgierig.
"Hoe hebben we die smaragd precies te pakken gekregen? Ik bedoel, je zei iets over ene Josh Ashdown..."
"Oh, dat." Ze grijnsde ondeugend.
"Josh Ashdown was jaren geleden de man van de charmante mevrouw Casterwill, maar ja, aan alle goede dingen komt een eind hè. Het bleek dat Josh vreemd ging met een heksenmeester, een vriendin van mij. Dit vond onze gewaardeerde Rowena natuurlijk verschrikkelijk en ze was als de dood dat het uitkwam. Nog steeds wel ze niet dat iemand weet dat haar degelijke echtgenoot haar verliet voor een halfdemon." Misschien had ik medelijden moeten voelen voor Rowena Casterwill, maar mijn herinneringen aan haar waren daar net iets te vers voor.
"Het ga jullie goed." En toen omhelsde Nova ons één voor één, waarbij ze er goed voor oppaste dat ze ons met haar haren niet per ongeluk in lopende kampvuren veranderde.

Onder de bloedwolfmaan (#Wattys2019 winnaar)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu