Slytherin girl

Narcissa and Julia

Onze tent is ingepakt en we staan op het punt om te vertrekken. Bill, Charlie en Percy zijn al verdwijnseld en hebben het grootste deel van de spullen meegenomen. Het was nog een heel gedoe met Winky en meneer Krenck gisteravond, maar uiteindelijk is alles opgelost en zijn wij teruggekeerd naar onze tent. We hebben tot laat in de ochtend geslapen en hebben daarna meteen besloten onze spullen te pakken. 

We zijn nu op zoek naar mijn ouders en Noah. Ook zij waren bij het WK, maar we hebben ze helaas weinig gezien. Bij de wedstrijd zelf zaten we naast ze in de topbox en ook hebben we nog samen gefeest en gegeten, maar nadat de dooddoeners kwamen heb ik ze niet meer gezien. 

Dwalend lopen we over het kampeerterrein, tussen verlaten en kapotte tenten. Zoekend kijk ik rond. Mijn zus en ik hebben een speciale connectie, waardoor we elkaars nabijheid voelen. Ik voel nu heel sterk dat ze in de buurt zijn, dus we kunnen ze elk moment tegenkomen. 

'Daar zijn ze!' roept Hermelien opeens en ze wijst naar een drietal mensen achter een enorme tent, omringd door pauwen. Mijn mondhoeken trekken meteen omhoog. Eindelijk. 
'NO,' schreeuw ik hard. Noah kijkt direct om en herkent ons meteen. Ik ren naar haar toe en spring om haar hals. 
'Oh, No, ik was bang dat er iets was gebeurd met jullie,' mompel ik zachtjes. Ze wrijft zachtjes over mijn rug. 
'Onkruid vergaat niet, Kat, dat weet je,' zegt ze en ik weet gewoon dat ze grijnst. Ik laat haar los en geef haar een speelse klap op haar hoofd. 

Ondertussen zijn ook meneer Wemel, de tweeling en Hermelien, Harry en Ron bij ons komen staan en druk kletsend lopen we langzaam langs de enorme tent. We passeren de pauwen die ons luid na schreeuwen. 
'Wie neemt er nou weer pauwen mee naar een WK?' zegt Ron verbaasd, terwijl hij nog even achterom kijkt. 

Op dat moment herken ik de man met de lange witte haren, die ons tegemoet komt lopen en gaat er een lichtje bij me branden. 
'Ik heb wel een vermoeden,' zeg ik, en ik ben nu al benieuwd hoe dit gaat aflopen. Lucius Malfidus is niet gepakt door het Ministerie en komt nu recht op ons af lopen. Ook meneer Wemel heeft hem opgemerkt en gebaard zijn kinderen om achter hem te lopen. 

'Arthur' klinkt de ijzige stem van Lucius. Je ziet gewoon aan hem dat hij nog een opmerking wil maken over gister. Zijn ogen glijden over de mensen tegenover hem en blijven hangen bij één man. Mijn vader. 

'Nee, maar, kijk wie we hier hebben' zegt hij zacht. 'Olivier Zwarts en Julia Goedleers, wat een eer.' Een schampere grijns verschijnt op zijn gezicht.

Aan mijn vaders blik te zien, waren ze vroeger geen vrienden. Zijn ogen versmallen zich tot spleetjes en hij legt zijn hand even op Noahs schouder. 
'Lucius. Wat bijzonder jou hier op vrije voeten te zien' antwoordt hij scherp. Direct verdwijnt zijn grijns en hoewel zijn gezicht neutraal lijkt, zijn zijn ogen donkerder geworden. Naast me hoor ik Ron zachtjes grinniken en ook Harry staat met een grijns op zijn gezicht toe te kijken. Hermelien lijkt echter meer bezorgd te zijn.

'Waar is Narcissa?' vraagt mijn vader. Natuurlijk vraagt hij dat voor mijn moeder, maar dat weet Lucius waarschijnlijk niet. 

'Narcissa kan elk moment komen, samen met- ah daar zul je ze hebben.' 

Inderdaad komen vanaf de zijkant Narcissa en Draco aanlopen, Narcissa met een arm om Draco heen. Met toegeknepen ogen slaat Draco het tafereel gaarde en schudt, zodra hij ons ziet, de arm van zijn moeder snel van zich af. Met zijn kin in de lucht komt hij aanlopen. Ergens moet ik even grinniken om het toneelspel van de Zwadderaar. Gisteren vertoonde hij toch een heel ander gedrag en dat is ook mijn vrienden opgevallen. 

'Lucius,' zegt Narcissa, 'wat is hier aan de - Julia?' Ze kijkt mijn moeder verbaasd aan en vanuit mijn ooghoek zie ik het trio met dezelfde blik mijn kant op kijken. Dat hadden ze niet verwacht. 

'Narcissa, jou heb ik lang niet gezien,' zegt mijn moeder enthousiast. De twee vrouwen lopen naar elkaar toe en omhelzen elkaar stevig. Grijnzend kijk ik naar Draco, die redelijk in verwarring is gebracht. 

'Ik neem aan dat dit je zoon is, Lucius?'

Terwijl Narcissa en Julia met elkaar bijpraten, kijkt mijn vader met een schuine blik naar Draco, die even slikt. Lucius knikt en legt zijn hand stevig op Draco's schouder. Die aanraking herinnert Draco eraan zijn houding hoog te houden. 

'Dit is Draco. Ik neem aan dat die bij jou hoort?' Hij knikt met zijn hoofd richting Noah, die, in tegenstelling tot Draco, strak terug staart. 

'Jazeker,' zegt mijn moeder, die zich weer in het gesprek mengt. 'Dit is Noah, mijn oudste.' 

Direct zie ik in haar ogen dat ze haar fout beseft, maar ze laat er niks van merken. Ook Narcissa weet dat hier een gevoelig iets bereikt is, en ze grijpt in. 

'Het was fijn om jullie weer eens te zien, maar we moeten echt door. Lucius heeft nog zaken te regelen op het Ministerie.' 

Ze geef mijn moeder een knuffel en nodigt haar nog eens uit voor een kopje thee. Dan draait ze zich naar mij en geeft ook mij een knuffel, tot verbazing van het trio. 
'Ik kan me vergissen, maar je lijkt verdacht veel op Noah en Julia,' fluistert ze in mijn oor. Ik glimlach even. Natuurlijk valt Narcissa dat op. Ze is al jaren bevriend met mijn moeder. 

'We zijn een tweeling,' fluister ik zachtjes terug. Ze trekt terug uit de knuffel en houdt me nog even bij mijn schouders vast. In haar blik zie ik dat alle puzzelstukjes in elkaar zijn gevallen. 

'Vertel het niemand' druk ik haar nog op het hart. Ze knikt zachtjes. 

'Het ga je goed, Katelynn.' 

Dan voegt ze zich bij haar man en zoon en het drietal loopt naar de tent met de pauwen. Voordat hij naar binnen gaat, kijkt Draco me nog even aan. Hij had het hele gesprek niks gezegd. Ik geef hem een flauwe glimlach. Als antwoord trekken ook zijn mondhoeken even omhoog. Daarna verdwijnt hij in de tent. 

'Kom op, jongens', zegt meneer Wemel plots. 'We gaan naar huis.' 

En ook wij vervolgen onze weg. 

--------------------

Narcissa weet nu ook haar geheim 0_0 

In het volgende hoofdstuk maak ik een sprong naar het einde van jaar vier, dan weten jullie dat. Dit zal hoogstwaarschijnlijk een hoofdstuk zijn in de trein of op het perron. Daarna gaan we switchen van boek!! 

xx