-Vanuit Danee-
"Uhm, Nils..." "Wil je?" Vraagt Nils. "Ik... Ik wil wel, maar..." "Oohnee, een maar een maar ik nooit goed.." Mompelt Nils. "Ja... Maar ik ken je niet goed." Zeg ik. "Uhm, we kunnen elkaar beter leren kennen?" Zegt Nils. "Ja, het kan wel, maar..." "Nee laatmaar, ik snap je. Als je van gedachten verandert kun je me altijd bellen." Nils geeft me een briefje en hij loopt de kamer uit. Ik staar een tijdje naar de deur. Ineens hoor ik een kuchje achter me. Ik draai me snel om en ik zie mama's open
Wijd open. "Mama!" Roep ik blij. Ze glimlacht. "Hoe voel je je?" Vraag ik. "Gaat wel." Mompelt Mama. Ik geef haar een knuffel. "Ik mis je zo, wanneer kom je weer naar huis?" Vraag ik. "Zo snel als ik kan." Mompelt mama en ze valt weer in slaap.
-Vanuit Rein-
Ik word wakker van een raar geluid. Ik doe mijn ogen open en ik zie dat ik buiten ben. Ohja. Ik realiseer me weer dat we verdwaald waren. Ik kan ook nooit iets goed doen... Ik hoor het gerommel weer. Het komt richting mijn fiets. Ik sta op en ik loop langzaam naar mijn fiets. Er staat iemand bij. 'PANG, Tsssssssssssss.' Hoor ik. Ik ren naar mijn fiets. "Wat doe jij nou weer?" Roep ik. Een meisje kijkt op. Ze heeft bruin haar en is kleiner dan mij. Als ik dichter bij kom zie ik wie het is. "Wat doe jij hier?!" "Reeiinn schatjee!" Zegt Marlie en ze probeert me te zoenen. Ik sla op tegen haar wang. "Oh, gaan we het zo spelen?" Zegt Marlie en ze trapt super hard tegen mijn scheenbeen. Ik voel dat mijn been slap word en ik zak door op de grond. Er lopen tranen over mijn wangen. "HEELLPPP!!" Schreeuw ik.
