Hoofdstuk 44

819 60 10
                                    

Ava

Ik zit met Laurens bij een rivier. Ik kijk naar het water dat vredig stroomt. Het is rustgevend. 'Ik denk dat Jackson gewoon bang is.' Begint Laurens. Ik kijk hem vragend aan. 'Een paar weken geleden leide hij nig zijn luxe leventje. En nu zit hij hier in het bos. En voor jou is het bos, thuis zijn. Jij weet precies wat je hier moet doen en Jackson kan je niet bij houden. En nu met die baby er bij....Ik denk dat het gewoon te veel voor hem is.' Ik zeg niks en kijk naar het groene gras.

'Hou je van hem?' 'Waarom vraag je dat?' Zeg ik terwijl nog steeds weg kijk. 'Omdat ik het antwoord wil weten. Hou je van hem?' 'Ja....tuurlijk. Het is mijn mate. Wij...horen bijelkaar.' Zeg ik niet heel overtuigend. Ik weet niet zo goed meer hoe ik me bij Jackson moet voelen. Het is alsof hij elke keer veranderd van persoonlijkheid.

'Weetje. Voor dat ik mijn mate had gevonden was ik verliefd op iemand anders.' Ik kijk hem vreemd aan. 'Dat heb ik nooit aan je gemerkt.' Hij grinnikt. 'Misschien was dat ook de bedoeling.'

'Waarom heb je dat niet eerder gezegt? Wie was het? Ken ik haar?' 'Ik kan dat niet zeggen.' Ik knik. 'Dat begrijp ik. Je hebt Syren nu. Je bent verliefd op haar en aan iemand anders wil je niet meer denken.' 'Nee dat is het ni..'

'Ow hier ben je.' Onderbreekt Syren die komt aanlopen. 'Is alles oke.' Ik knik en kijk naar Laurens die naar het water staart. Ik denk dat ik ze beter even alleen kan laten. 'Ik ga terug naar de pack.' Zeg ik terwijl ik ga staan. 'Is goed. Wij komen ook zo.' Ik knik en loop naar de pack.

Ik loop mijn huis binnen en zie mijn moeder op de bank zitten met de maxicose naast haar. 'Ze slaapt.' Glimlacht ze. 'Alles goed tussen jou en Jackson?' Ik knik zachtjes en kijk naar Loezis. 'Ik denk dat ze misschien wel de laatste mens is die nog leeft.' Zucht ik.

'Ava, dit is niet jou schuld.' 'Ik heb het volk achter gelaten, de wereld.' 'Je had geen keus lieverd. Dankzij jou leven we nog.' 'Maar Loezis is daar door haar ouders kwijt geraakt.' Zeg ik en sla mijn ogen neer. 'Ik ga naar mijn kamer.' Zeg ik en loop naar boven.

Ik plof op mijn bed neer en kijk naar het plafon. Het lijkt alsof alles steeds slechter word. En ik, ik doe helemaal niks. Behalve ruzie maken met Jackson. Soms vraag ik me af waarom wij mates zijn. Horen wij echt bijelkaar? Of wilde de maangodin voor vrede zorgen?Ik begin steeds meer te twijfelen of ik echt van hem hou.

Misschien moet ik hier gewoon weg gaan. Terug naar Zaxian. Terug naar het volk dat op mij rekende. Want wie weet wat Mats nog meer in petto heeft. Ik breng dit keer niemand in gevaar. Ik ga alleen. Vanacht als iedereen ligt te slapen.

Na het avond eten loop ik naar boven. Ik pak een rugtas en stop wat spullen van mij er in. Dan ga ik in bed liggen en wacht tot ik zeker weet dat iedereen slaapt.

Als het midden in de nacht is, doe ik mijn rugzak om en sluip naar beneden. Ik kijk naar Loezis die in een soort box slaapt. 'Ik ga er voor zorgen dat je in vrijheid kan leven kleine.' Zachtjes ga ik met mijn vingers langs haar zachte wang.

Ik loop de deur uit en verander in mijn wolf. Ik pak mijn rugzak op en ren naar het dorp van Loezis. Daar stonden nog een paar auto's.

Na een lang stuk rennen kom ik aan bij de pack. Ik had mezelf voorbereid om de stank te ruiken van al die dode mensen. Maar.... Ik ruik ze niet. Geen enkel mens. Ze zijn vast opgeruimd door de Evilanten.

Ik verander terug en doe mijn rugzak weer om. Daarna loop ik het eerste beste huis in waar nog een auto bij staat. Ik trek alle laatjes open. Maar het is niet makkelijk vinden.

Na een kwartier heb ik eindelijk de auto sleutels. Ik loop meteen naar buiten en stap de auto in. Ik start de auto en zoek naar het knopje om de lichten aan te doen. Als ik hem heb gevonden klik ik hem in.

Op dat moment schijnt mijn koplampen naar iemand die voor mijn auto staat. Ik gil kort maar krachtig. Dan zie ik dat Laurens het is. Ik stap uit de auto maar laat de lampen aan staan. 'Laurens wat doe je hier?!' Zeg ik verbaasd. 'Afvragen wat jij van plan bent.' 'Ga naar huis Laurens.' 'Wat ben je van plan Ava? Ga je naar Zaxian? Naar Mats?' 'Je kan mij niet tegen houden.' Zeg ik stap snel de auto in. Dan trap ik een padaal in. Maar in plaats van vooruit, rij ik achteruit en valt de auto stil.

Laurens lacht en loopt naar mij toe. Hij opent en de deur en zegt: Heb je wel eens eerder auto gereden?' 'Nou....nee....' Hij grinnikt en mijn hoofd word rood. 'Ik ga niet met je mee naar huis Laurens.' Hij knikt. 'Daarom ga ik ook met jou mee.' Ik kijk hem verbaasd aan. 'Wat?' 'Ik ga met je mee om Mats te stoppen.' 'Maar....en Syren dan?' 'Syren is hier veilig.' 'Maar...' 'Luister. Ik heb Lucie al verloren. Ik kan jou ook niet verliezen.' Zegt hij en gaat met zijn hand over de mijne. Ik zucht diep. 'Goed dan. Stap in.' 'Uhm...ja, laat mij maar achter het stuur zitten.' Ik grinnik en knik. 'Dat is zeker een beter keus.' Ik ga op de passagier stoel zitten en Laurens achter het stuur. Daarna rijden we weg.

Pas maar op Mats. Je bent nog niet van ons af.

Hey hey, wat vinden jullie van het nieuwe hoofdstuk?

Ik ben trouwens zo verbaasd dat mijn boek op 1# staat van Weerwolf populair. Zo zie je maar weer dat je niet de Netties hoeft te winnen on toch op 1 te staan.
#trotsopmezelf
#loveyouall

Ava #Netties2017Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu