Hoofdstuk 20

2.6K 192 68
                                    

Ava

Ik word wakker door de vogels die fluiten. Ik doe mijn ogen open. Ik zie Jackson in wolf vorm, bij de rivier wat water drinken. Ik ga staan en strek me uit. Dan loop ik naar hem toe. 'Goeiemorgen schoonheid.' Mindlinkd Jackson. 'Goeiemorgen. Hoe heb je geslapen na je eerste nacht in het bos.' 'Heerlijk. Maar dat kwam omdat jij naast mij lag.' Mindlinkt hij en geef mij een lik. Ik kwispel.

'Hoe leuk het hier ook is, we moeten terug. Mijn vader zal zich afvragen waar we zijn.' Ik sla mijn ogen neer, zucht en knik. Jackson veranderd terug met kleren aan. Het is toch best wel handig. 'Ik ga mijn kleren zoeken.' Hij knikt.

Ik loop verder door het bos en loop naar de boom waar mijn kleren liggen. Ik verander terug en doe snel mijn kleren aan. Dan zie ik Jackson naar mij toe lopen. Hij pakt mijn hand vast en kijkt me aan. 'Dit was een van de leukste dagen ooit.' Ik glimlach en geef hem een zoen. 'Ik wou dat we hier konden blijven.' Zucht ik. 'Kom.' Zegt Jackson en we lopen terug naar de Jet.

Als we in het vliegtuig zitten, steigt de jet op. Ik kijk naar het bos. 'Dag bos. Hopelijk te snel.' Ik zucht en kijk naar Jackson. Hij glimlacht naar mij. 'Wat is er?' 'Ik ben gewoon blij met jou. Dat ik je eindelijk heb gevonden.' Zegt hij en pakt mijn hand vast en gaat met zijn duim over heen. 'Ik hou van je Ava.' 'Ik ook van jou.' Glimlach ik. Dan zoenen we elkaar.

Als we weer in Zaxian zijn stappen ik en Jackson uit. 'Ik wil terug!' We lopen naar de auto van Jackson. Ik kijk intussen om me heen. Deze stad is zo groot. Hoe kun je nou Alfa zijn van een stad. Laat staan van de wereld. Nouja. Alfa Jax kan natuurlijk niet overal alles heersen. Dus hij heeft heel veel Beta's.

Als we naar huis hebben gereden, parkeerd Jackson zijn auto. We stappen uit en lopen naar de lift. Shit! Na alles wat er is gebeurd ben ik mijn opdracht vergeten! Mijn ouders! Ik moet weten waar de zwarte kluis is!

'Uhm.. Jackson.' Zeg terwijl we in de lift stappen. 'Ja schoonheid?' Zegt Jackson terwijl hij op de knop drukt. 'Waar is... de zwart kluis?' Hij kijkt me vreemd aan. 'Waarom wil je dat weten?' 'Als ik toekomstige Luna word moet ik dat toch weten.' Jackson grinnikt. 'Onder dit gebouw.' Dat was simpel. 'Maar mijn vader is de enige die er in kan.' 'Wat bedoel je? Hoe komen de werknemers dan daar uit?' 'Niet. De werknemers die daar zijn leven daar. Een keer in het jaar wisselen andere werkenemers met hun.' 'Ben jij er wel eens geweest?' 'Een keer samen met mijn vader. Mijn vader heeft een speciale ring. Dat is de sleutel. Alleen zo kun je naar binnen. Dus zodra ik Alfa word krijg ik die ring.' Zegt Jackson en we stappen de lift uit.

We lopen naar de deur van zijn appartement. Jackson maakt de deur open en we lopen naar binnen. 'Ava! Die geur!' Ik sta stil terwijl Jackson verder loopt. Dan gooit iemand de deur achter mij dicht en word vast gepakt van achteren. 'Laat me los!'  Schreeuw ik. Jackson draait zich om en gromt woedend naar de twee mannen. Hij staat op het punt om ze aan te vallen. 'Jackson!' Roept Jax terwijl hij de kamer in loopt. Achter hem zie ik de man waar van ik de geur herkende. Het....het is die man.. die baas. Die gene die mijn moeder heeft gevangen genomen!

Hij kijkt mij met een grijns aan. 'Wie is dat!' Gromt Jackson. 'Dit is Zack. En wij zoon, moeten even onder 4 ogen praten.' Jackson gromt en loopt daarna met zijn vader de kamer uit.

Zack loopt naar mij toe. Ik probeer me los te wringen maar de mannen houden mij goed vast. 'Jij dacht toch niet dat jij van mij af was. Toch?' Grijnst hij en pakt mijn kin vast. Ik kijk hem nijdig aan.  Dan doet hij mijn hoofd wat op zij en dan ziet hij mijn mark. 'Wat een verspilling.' 'Dit betekend dat Jackson zal mij helpen.' Zeg ik vastberaden. Zack lacht. 'Jij denkt dat Jackson voor jou kiest inplaats van zijn vader. Jij denkt dat Jax dit goed vind? Sorry meisje maar ik moet je uit je droom halen.' Zegt hij en laat mijn kin los. Hij loopt rustig door de woonkamer. 'Je moeder zal je wel denken. Jou mate is de zoon van jullie grootste aarstvijand. Wat zal ze trots zijn.' Zegt hij sarcastish. 'Hou je mond over mijn moeder!' Grom ik boos. 'Ach. Meisje toch. Ik help je juist. Misschien zie je haar straks weer.' 'Dat zal ik zeker. Maar niet op deze manier.'

Ava #Netties2017Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu