Dromen zijn bedrog

2.4K 72 17
                                    

Vandaag was het weekend begonnen, nogsteeds spookte de zin die Iris had gezegd de hele tijd door mijn hoofd: "Je kunt maar op één manier de grenzen van het mogelijke ontdekken. Dat doe je door je er een stukje overheen te wagen in het onmogelijke."

Ik denk dat ik snap wat ze ermee bedoelde, maar ik kan me natuurlijk geen fouten permiteren. Zuchtend liep ik naar beneden en gaf mijn vader een zoen op z'n wang. Net als gewoonlijk zat hij weer met een zak chips voetbal te kijken. Vandaag moest de dag worden, ik had een uitje naar Hilversum geregeld. Dat was iets wat voor mij onmogelijk leek. Samen met Iris naar Hilversum. Het enige wat nu nog moest gebeuren is Iris mee te krijgen. Ik zucht, dat wordt wel een hele lastige opgave. 

Ik zeg mijn vader gedag, tegen hem had ik gezegd dat ik samen met wat vrienden ging winkelen, hij vond het prima op voorwaarde dat ik niet teveel geld zou uitgeven. 

"Dag pap" schreeuw ik nog voor een laatste keer vanuit de hal.

Ik trek mijn jas aan en friemel wat aan mijn roze armbandjes.

"Veel plezier!" schreeuwt hij terug. Langzaam trek ik de deur achter me dicht. Nu moet het echt gebeuren, ik snuif de frisse lentegeur op en begin zelfverzekerd aan mijn fietstocht naar het huis van Iris.

In het begin trapte ik stevig door maar ik voel dat ik steeds meer begin af te zwakken. Ik ben bang, bang dat ze weigert. Zet die gedachten uit je hoofd Maria, zeg ik tegen mezelf. Natuurlijk helpt het niet, ik pieker er teveel over. Eigenlijk moet ik zulke dingen gewoon over me heen laten komen, maar hoe kan dat als je zo gek op iemand bent en het een verboden liefde is. Nogmaals zucht ik. In de verte zie ik haar witte appartement al staan en op dat moment trap ik weer extra hard om er snel te zijn.

Ik sta voor het gigantische witte appartement en ik slik een aantal keer, het lijkt nu een stuk groter als toen ik er een paar dagen geleden was. Zachtjes spreek ik mezelf moed in, langzaam kom ik in beweging en zweef ik met mijn vinger voor haar bel. Ik kan het niet, ik durf het gewoon niet. Net nu ik om wil draaien om terug te keren bots ik tegen Iris op.

"Hallo Maria" zegt ze lachend. Ik weet niet zogoed waar ik kijken moet maar besluit om toch maar in haar ogen te kijken.

"Hallo Iris" zeg ik verlegen en ik voel hoe mijn wangen rood aanlopen.

"Was je op zoek naar mij?" vraagt Iris met een lieve glimlach op haar gezicht. Ze loopt naar de deur toe en zet de boodschappen tassen neer.

"Ik eh.." kwam eruit, ik wist echt niet goed wat ik nu moest zeggen.

"Kom maar even" knikte ze me toe en ze pakte haar sleutels uit haar broekzak en opende haar deur.

Toen we binnen waren herkende ik het prachtige appartement weer helemaal, met de matglazen deur van de badkamer tot haar strakke meubelen in de woonkamer.

"Neem maar plaats, wil je iets te drinken?" vroeg ze aan mij. 

Op het moment dat ik ging zitten voelde ik, dat ik de roos nog had. Ik zucht, dit kan ik haar toch niet geven? Och wat maakt het ook uit, als ik het al niet verpest heb maakt dit ook niet zoveel uit.

Ik zag hoe Iris achter haar witte aanrecht bezig was om sinaasappelsap in twee glazen te schenken. 

Voorzichtig stond ik op uit de half-harde bank en liep naar haar toe. 

Ik haalde stuntelig de roos uit mijn binnenzak van mijn jas. Ik moest lachen in mezelf, en een glimlach verscheen op mijn gezicht. Dit was echt zo'n moment uit een film. Zo'n romantische-comedy.

Iris pakte de roos aan. "Prachtig" hoor ik haar zeggen. Ze duwt haar neus voorzichtig in de rozenbladen. 

"Hij ruikt heerlijk" ze glimlacht terwijl ze dat zegt. Ik zie hoe ze uit een kastje een vaas pakt en deze vult met water. De vaas is van helder glas, niet zoals de vazen bij ons thuis. Die zijn allemaal wit uitgeslagen.

Nadat ze de roos in de vaas heeft gezet en het sinaasappelsap aan mij heeft gegeven lopen we langzaam naar de bank. Ik voel hoe haar warme hand op mijn rug rust. 

Het voelt fijn, maar tegelijkertijd zo vreemd, nogsteeds weet ik niet of ze me wel écht ziet zitten.

Na een tijdje te hebben gepraat komt ze dichter naast me zitten en slaat een arm om me heen. Ik slik, meent ze dit echt?

Langzaam buigt ze naar me toe, en ik naar haar. Totdat we elkaars lippen voelen. Zacht, vol en ze smaken naar bijbels fruit. Ik sluit mijn ogen en pak haar stevig vast. Niet teveel gaan nadenken nu. Voor een paar seconden heerst er serene rust. Zowel in mijn hoofd als om me heen. Dan voel ik hoe Iris zich langzaam terugtrekt en mij aankijkt. Ze glimlacht, haar hand glijdt van mijn rug naar mijn billen. Ik voel hoe ze er zachtjes in knijpt. Mijn ogen tranen van geluk. Hoe kon ik me zo gelukkig voelen. Ik sloot mijn ogen, haar handen gleden van mijn billen naar mijn buik en langzaam begon ze te morrelen aan mijn broek. 

Opeens schoot ik wakker, in het zweet. Versuft keek ik om mij heen, waar was ik?

Ik keek om me heen en ontdekte dat ik gewoon in mijn eigen bed lag. Ik liet me weer terugvallen in mijn zachte donskussen. Ik voelde hoe de veren alle kanten op dwarrelden. Wat een fijne droom was dat, het leek zo echt. Ik zucht. Waarom hield de droom daar opeens op. Zijn dromen voorspellend? Ik hoop het maar. Langzaam breng ik mijn handen naar mijn gezicht en wrijf er stevig in om wakker te worden. Vandaag begint het weekend. Langzaam loop ik naar beneden met mijn pyjama nog aan. Een roze pyjama met katjes erop, eigenlijk is die aan vervanging toe maar zoveel geld hebben wij thuis ook niet, daarbij  zo'n hoge nood is het nu ook weer niet. 

Wanneer ik beneden ben zie ik mijn vader druk in de weer met het ontbijt.

"Goedemorgen lieverd." Hij loopt naar me toe en geeft me een zoen op mijn wang. 

"Goedemorgen" zeg ik slaperig terug en ik streel zachtjes over mijn wang waar hij me daarnet heeft gezoend. Zijn baard prikt enorm in mijn gezicht. Dat herinnert me als klein meisje, mijn moeder was thuis bij mij en mijn vader moest gaan werken. Elke ochtend zoende hij ons beide. Mijn moeder had nooit problemen ermee maar ik vond het altijd maar gek zo'n prikkelbaard.

"Omdat je er laatst zo van genoten hebt, heb ik nogmaals zo'n lekker ontbijtje voor je gemaakt." hij wees naar de donkerbruine tafel, wat je al bijna geen tafel meer kunt noemen want het is helemaal aangevreten door de houtwormen. Erop staat het ontbijtje wat hij afgelopen week ook voor mij had gemaakt. Een 'English Breakfast', met allemaal lekkere dingen zoals spek, spiegeleieren en toast.

"Lief van je pap" ik loop naar hem toe en omhels hem stevig.

Na het ontbijt opper ik om de afwas te doen. Mijn vader knikt en loopt weer terug naar zijn donkere, ingezakte fauteuil. Meteen zet hij de televisie aan.

Ik stapel de vuile borden op en loop ermee naar de gootsteen. Helaas hebben we geen afwasmachine. We hadden er wel een maar die is kapot gegaan en is nooit meer gerepareerd. Ik zet de warme kraan aan en laat wat groen afwasmiddel over de borden lopen. Ik wrijf de borden stevig schoon, maar helemaal schoon krijg je ze niet. De borden die ooit wit waren zijn nu grijs. Ik zucht, eigenlijk zouden wij een hele nieuwe inboedel moeten hebben maarja, wie betaald dat?

Nadat ik de afwas heb gedaan loop ik naar boven, ik zet mijn laptop aan en klik Facebook aan. Binnen één seconde sluit ik Facebook ook weer af. Ik voel hoe er een traan uit mijn ooghoek loopt. Vele beledigde berichten op mijn profiel en een Maria-haat pagina.

Gefrustreerd klap ik mijn laptop dicht en verstop mijn hoofd in mijn kussen.

Hoe kunnen ze me dit aandoen.

NablijvenWhere stories live. Discover now