Black Pages 10

205 21 9
                                    

ANGEL POV

"Tot vanavond. 7 uur?", roep ik nog voordat ik de deur uitloop.

"Ja, bij de ingang van de beukwilg!"

Ik zucht en kijk even om de hoek voor het geval de klassenoudsten rondlopen. Niemand in de buurt, ook op de kaart niet, dus ik ren sneaky naar de slaapzalen. Eenmaal in de Griffyndor commonroom aangekomen haal ik opgelucht adem en ren naar boven. Ik ga naast Liky op onze bank zitten.
"Welke serie kijk je", vraag ik als ik zie dat ze tv kijkt.

Ze kijkt me geirriteert aan.

'Wat ist? Waar zit je mee? Kom maar bij mama Angel"

"Hé Evans.. Serieus?"

"Aah, c'mon, die was toch best geestig?", probeer ik nog.

"Je moet eens stoppen met het eeuwige gezeur over James en ik, het gaat niet gebeuren, Angel"

"Waarom niet? Jullie waren zo schattig samen in de tweede en eerste!"

"Toen waren we 14. Angel, ik ben 17. Ik ga niet meer achter mijn jeugdliefdes aan. Dat jij en Sirius nog steeds bij elkaar zijn vind ik heel mooi, maar James en ik gaat niet gebeuren"

"En toch zijn jullie het perfectte koppel"

Ze zucht. "Als jij nou eens één week aardig bent tegen James, dan snap je wel hoe goed jullie eigenlijk bij elkaar passen"

"Na-ah! Hoogstens een dag!"

"Een midweek dan?", hoop ik.

"Een dag" Lily

"Vier dagen" zeg ik

"Een dag", zegt Lily

"Vier dagen", houd ik vol

'Twee dagen"

"Vier dagen"

"Drie dagen?"

"Vier dagen"

"Drie dagen"

"Oke, drie dagen dan"

"Maar daarna bedenk jij heen theorieën meer waarom 'Jily' moet blijven bestaan"

Hmm, zou James genoeg hebben aan drie dagen? Vast wel. Ik knik.

"Ik ga. Ik heb met de jongens afgesproken vanavond"

"Oh, ik wilde net samen een serie kijken"

"Sorry, ik kan echt niet", ik kijk naar buiten, richting de felle lichtgevende cirkel die het bos verlicht. Ookal hebben we bij astronomie geleerd dat de maan geen lichtbron is, blijf ik volhouden. De maan is zo helder, zo puur. Alles heeft zijn eigen innerlijke licht.

"Oh, oke", zegt Lily.

NIEMANDS POV

Welke faunaatvorm had Angel? Witte hond, toch? In dit hoofdstuk ben ik uitgegaan van de witte hond.

Die nacht sluipen het hert, de honden en de wolf over het schoolterrein. Niemand, hoogstens een paar centauren of uilen, hebben hen door en ze maken er gebruik van. Ze rennen speels door de sneeuw, die er ligt, aangezien het december is en het 2 graden vriest in Schotland, en de zwarte hond rent achter de witte aan. Alsof ze iets gestolen heeft. Zijn halsband hangt in haar bek en ze rent ermee weg. Het is grappig te zien hoe de kleine hond de grote hond uitlokt, en de strijd ook nog wint. 2 minuten later begint ze uitgeput te raken en minder snel te rennen. Hij neemt daar voordeel aan en even later rollen ze door de sneeuw. Hij had haar ingehaald. Plots staan de oren van het hert, dat net met de wolf speelde, rechtop. Alsof er iets dreigt te gebeuren. De witte hond snuift de frisse lucht op in de hoop te ruiken wat er aan de hand is. Een paar meter verderop staat een klein meisje, van een jaar of twaalf, met haar mond wagenwijd open. Haar lippen maken een 'o' vorm en haar wenkbrouwen staan gefronst.

"Wa..", brengt ze uit, waarna ze begint te gillen en richting Hogwarts rent. De wolf, die haar eerst niet opgemerkt had, draaide zich in een ruk om en zag met zijn rode ogen het bruinharige meisje wegrennen. Op dat moment beukten het hert en de zwarte hond tegen de wolf aan en gebaarden de witte hond achter het meisje aan te gaan.

Perfecte problemenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu