Proloog

11 1 0
                                    



*Pov.  Soren

Een sleutel in het slot. De harde klik, laat mij weten dat ik alweer opgesloten ben.

Ik draai mij weer om, zodat ik kan gaan liggen op de vieze, koude grond. De zilveren kettingen die om mijn enkels en armen zitten  bewegen met mij mee. Het zilver dat mijn huid raakt, laat mij zachtjes kermen van de pijn.

Ik weet niet meer hoelang ik hier al zit, de tijd ben ik uit het oog verloren. Mijn blik laat ik kort naar de muur glijden, naar de streepjes die daar staan, daarmee heb ik geprobeerd om de tijd bij te houden.

Maar ik heb het opgegeven. De kracht heb ik er niet meer voor.

Ik denk dat het niet lang meer duurt, voordat ik mijn ogen sluit. Misschien geeft mij dat wel de rust, waar ik naar verlang. Mijn wolf word steeds zwakker en daardoor verlies ik ook mijn levenskracht.

De man die mij hier heeft opgesloten, is een monster zonder hart.

De deur die opnieuw open gaat, heeft meteen mijn aandacht. Omdat ik zo in gedachten was verzonken, heb ik de sleutel die in het slot werd gestoken, niet gehoord. Wantrouwend kijk ik richting de deur, totdat er een persoon in de deuropening verschijnt.

Het monster is er weer. De man die mijn leven kapot probeert te maken. De grijns die om zijn lippen speelt, maakt mij van binnen ongelofelijk kwaad.

De wolf diep in mij, probeert de kracht te vinden om op te staan en naar buiten te treden. Maar hij is te verzwakt. De zilveren ketting maken hem zwak.

' Zo te zien werken die zilveren kettingen om jou lichaam nog steeds perfect ' het verzwakt je wolf volledig ' spreekt het monster.

Ik laat een zachte grom horen en spuw zijn kant op. ' Ga weg' sis ik zijn kant op.

Die gemene grijns om de lippen van de man voor mij, wil ik het liefst van zijn gezicht slaan.

' Tot morgen Soren' dan wordt het een geweldige dag, vol mooie experimenten voor jou'. De lach die de man nu laat horen, geeft mij kippenvel over heel mijn lichaam.

Zo snel als hij verscheen, zo snel is hij ook weer weg. Met een harde klap sluit de deur en wordt een sleutel demonstratief omgedraaid in het slot.

Zwijgend blijf ik kijken naar de deur. De woorden die hij als laatste uitsprak, blijven zich in mijn hoofd herhalen.

Ik kan met zekerheid zeggen, dat die experimenten van hem, mij het leven gaan kosten.

'Als ik dit overleef, dan beloof ik je, dat mijn wolf niks van je overlaat' schreeuw ik tegen een dichte deur. 'Ik hoop dat je mij hoort, monster dat je bent. Ik en mijn wolf maken je kapot.'

Ik weet donders goed, dat het geschreeuw geen zin heeft. Maar ik kan mijn emotie niet meer tegenhouden. Verslagen sla ik mijn handen voor mijn ogen en voel hoe de tranen mijn wangen nat maken.

De gevangeneWhere stories live. Discover now