Hoofdstuk 3

10 0 0
                                    

Hij liet me nog behoorlijk wachten ook, al snapte ik het punt ook wel: in den donker zou niemand ons zien buiten. Maar binnen viel het dan weer meer op.

Of toch niet, gezien alle gangen verlicht waren.

'Handig, hè.' Grimaste Ethan van naast me. Hij zette er goed de pas in, ik moest maar zorgen dat ik volgde.

'Nu wel.' Was mijn gemompelde antwoord.

Het duurde niet lang voor we achter het eerste wandtapijt schoten, en even stokstijf bleven staan om te luisteren.

'Een gewone bediendengang. Die leer je nog wel kennen.' Weer een grijns, en deze keer kon ik het niet laten van mee te grijnzen. Ze maakten het ons wel heel makkelijk met die roulatie van wie meehielp waar. Ethan begon al verder te lopen, zijn passen nu helemaal stil en weer volgde ik.

Links, rechts, rechts, trap af, links, en toen stonden we in een andere gang.

'Hier komt normaal niemand, gewoon oude kamers, maar daar zijn nu niet genoeg studenten voor.. maar het is een leuke.' Ethan gaf me een veelbetekenende blik en liep de gang door, tot we bij de volgende doorgang stonden, nu te vinden door op een bepaalde steen te drukken. Ik deed meteen mijn best om de steen in kwestie ook te onthouden, en volgde dan weer. Hier waren geen trappen, maar genoeg gangen dat als ik er nu mijn aandacht niet bij hield ik genadeloos zou verdwalen.

En toen stonden we opeens in de stallen, vlak voor die van Night en Beleza.

'Ik zie dat je je paard goed gepositioneerd hebt.'

'Geluk bij een ongeluk.' Zei ik. 'Ik was laat genoeg dat dit de stal was waar ik heen moest.' En er was ondertussen ook al een bordje met 'Beleza' in een sierlijk handschrift verschenen, dus ik ging niet klagen.

Alhoewel: welke prins had zijn wit paard naast dat van mij gezet?

'Wat is er?' Mompelde Ethan. Gezien we nog altijd in de schaduwen stonden en hier een stuk of 5 stalhulpen rondliepen.. .

'Paard naast Beleza.'

Hij trok zijn wenkbrauwen op en knikte 'Wauw. Een paard.' Het sarcasme droop er gewoon vanaf.

'Wordt een lastige als we hier opeens weg moeten, weet je?'

'Weekhartig aan het worden, Kyana?' Dat deed mij met mijn ogen rollen.

'Ik denk dat we die fase wel voorbij zijn.' Terug een stap naar achteren, de schaduwen weer in. 'Slaapwel meisje.' En ik verdween weer in de duisternis van de doorgang. Ethan volgde en sloot de deur achter zijn achterste. 'Dus we raken in de stallen.. Raken we ook buiten?'

'Tuurlijk dat.' Ik hoorde de lach in zijn stem. 'Links graag.'

En dus stonden we een wandelingetje later in het duistere woud.

'Geweldige tunnel.' Mompelde ik.

'Beeld je in als ze beseffen waar die heen gaat.'

'Gewoon al als ze zich herinneren dat ieder kasteel vluchtwegen heeft.' Verbeterde ik. 'En dat door deze een paard raakt.'

'Ja, beeld je in dat de duistere ruiters binnen raken.' 

'Wat een ramp zou dat zijn.' Beaamde ik. Ethan snoof en draaide zich om.

'Aangezien ik je morgen om 6 uit bed zet.. gaan we terug?'

'6? De lessen beginnen om 8 pas.'

'Ik dacht dat je graag rende.' Daar had hij me natuurlijk tuk. Ik was dol op rennen: ook om dezelfde redenen als dat ik graag galoppeerde, maar ook gewoon om het branden van mijn spieren en de kracht die erdoor vloeide te voelen.

RidersWhere stories live. Discover now