08 | Verraad

153 18 2
                                    

~
You feel broken, you feel lied to,
But when you ask me if I love you, I'll say I do
~

{Harry}

Ik bleef enkele seconden verstijfd staan. Het gebonk op de deur echode na in mijn oren en ik zette me schrap voor wat komen ging. Voor wat ik ging doen. Gemma zou boos worden - maar daar kon ik mee leven. Ze mocht me haten, ze mocht me uitschelden; zolang ze maar veilig was.

'Harry,' fluisterde ze zacht en ik knikte, legde mijn vinger op mijn lippen en gaf haar een bemoedigende glimlach.

Het was nu of nooit.

'We komen naar binnen,' kraste één van de Voorstanders, waarna de klink naar beneden geduwd werd en twee mannen in de deuropening verschenen. Meteen rende Gemma zoals afgesproken richting het raam.

'Niet doen!' schreeuwde ik.

Ik zag hoe de mannen meteen naar haar toe spurtten en haar hardhandig tegenhielden. Ze drukten haar armen achter haar rug, waardoor Gemma zachtjes jammerde. De verwarring was van haar gezicht af te lezen - Harry, waarom doe je niks? Je zou ze uitschakelen! - en ik negeerde het schuldgevoel dat het me gaf.

'Harry!'

'Ik bied me vrijwillig aan,' sprak ik kalm - Gemma negerend - terwijl ik een paar stappen richting de deur deed en de bekakte vrouw van het podium zo serieus mogelijk aankeek. Haar blik was geamuseerd - ze genoot hier overduidelijk van. Waarschijnlijk kon ze al die extra media-aandacht nu al proeven.

Vuile heks.

De grijns op haar gezicht werd breder en ze stapte de kamer in alsof de wereld aan haar voeten lag. Ik voelde Gemma's ogen op mijn lichaam brandden, geschokt en verward door mijn verraad.
IJskoud bleef ik naar de vrouw staren. Haar grijs-blonde haren waren in een bekakt knotje op haar hoofd vastgebonden met speltjes, waarbij een grote neppe, roze bloem er bovenuit stak. De make-up rondom haar ogen en op haar lippen was al net zo roze en ik voelde woede in mijn binnenste opborrelen, klaar om losgelaten te worden.
Maar ik moest me inhouden. Als ik dit goed wilde doen - als ik mezelf vrijwillig weg wilde sturen - moest ik het goed spelen. Zelfverzekerd en ijskoud, net zoals de Voorstanders zelf.

Ik mocht niet laten zien hoe bang ik in werkelijkheid was.

De vrouw hief triomfantelijk haar handen en begon te klappen. De zelfvoldane grijns op haar gezicht veranderde in een rij perfecte, witte tanden en een schelle lach verliet haar gerimpelde keel. Ik balde mijn handen tot vuisten om mijn frustratie te onderdrukken, mijn woede, en voelde hoe mijn nagels zichzelf in de dunne huid van mijn handen boorden. Het veroorzaakte een brandende pijn die mijn emoties enigszins onderdrukte. Genoeg om mijn plan voort te zetten.

'Vindt u dit grappig?' zei ik vervolgens (ik deed geen moeite om de afkeer in mijn stem te verbergen).

Het schelle gelach stierf weg en het gezicht van de vrouw betrok. Gekrenkt door mijn opmerking liet ze haar bleke handen zakken, terwijl ze me aan bleef kijken met een blik die het bloed onder mijn nagels vandaan haalde - hoe durf je, snotjong?
Ergens voelde ik me machtig. Ik had het plan van haar en de rest van de Voorstanders in de war geschopt, een traditie die al drie jaar duurde verbroken, en verrekte nog altijd geen spier (ook al zou ik willen gillen van angst).

Op de achtergrond waren zowel Gemma als de bewakers stilgevallen. Vol verbazing keken ze naar het tafereel dat zich voor hen afspeelde, geen enkele poging wagend om er iets aan te veranderen.

Styles & The Beast ~ [l.s.]Where stories live. Discover now