Deel 17

1.1K 42 2
                                    

Eva pov
Het begint alweer laat te worden. Half vier. Ik heb helemaal niet geluncht, maar toch heb ik geen honger. Ik pak een appel van de schaal en ik ga op de bank zitten. Lang staar ik naar de appel. Uiteindelijk neem ik toch een hap. Eigenlijk is een appel best wel lekker.
Als ik de appel op heb, gooi ik het klokhuis weg. Ik trek mijn hardloopkleren aan. Hardlopen, dat heb ik al lang niet meer gedaan. Ik doe de deur van De Ponti op slot en ik begin met hardlopen. Mijn conditie trainen. Ik kan toch niet veel anders doen, zonder Wolfs verveel ik me. Ik voel hoe mijn hart klopt in mijn keel. Maar het kan me niks schelen.

Wolfs pov
Ik zie hoe zijn hoofd rood begint te worden. Hij knijpt in mijn polsen en hij schopt van zich af. Plots voel ik 2 sterke armen om mijn middel. Laurens trekt me met veel kracht van John af. Het voelt alsof mijn buik wordt samengeknepen. De lucht in mijn longen wordt naar buiten geperst. Met m'n armen probeer ik me uit de armen van Laurens te wurmen en met mijn benen schop ik wild om me heen. Opeens staat ook Mattias in de kamer. Hij komt naar me toe met een stuk touw. Ik schop hem, maar gelijk krijg ik een klap in mijn gezicht. John probeert mijn handen voor me bij elkaar te houden en Mattias doet er stevig een stuk touw omheen. Laurens sleurt me mee naar een muur. In die muur zit een soort haak op buikhoogte. Ik word neergezet en het touw om mijn handen wordt achter de haak gehaakt. Het is een soort kliksysteem, het kan maar één kant op. Er kan dus iets in, maar nooit meer uit. Laurens, Mattias en John laten me alleen achter. Daar zit ik dan, hulpeloos en ongemakkelijk.

Eva pov
Helemaal buiten adem kom ik bij een bankje aan. Snel ga ik zitten. Ik pak mijn flesje water wat ik heb meegenomen en ik neem een slok. Dat lucht op. Ik sta weer op en loop richting De Ponti. Ik open de deur en als eerste loop ik naar de kraan en gooi ik een plens water in mijn gezicht. Nu douchen. Onderweg naar de badkamer trek ik mijn hardloopkleding uit en ik gooi ze in de was mand. Kort stap ik onder de douche. Het warme water uit de douchekop bereikt mijn gezicht. Heerlijk.
Na een hele korte douchebeurt draai ik de kraan uit en droog ik me af. Ik trek mijn pyjama aan. Dan bedenk ik dat ik nog moet eten. Nouja, ik neem wel wat brood.
Met een broodje kaas ga ik voor de tv zitten. Even een film kijken. "De titanic."
Met tranen in mijn ogen doe ik de tv uit. Normaal raakt een film mij nooit zo, maar deze gek genoeg wel. Weer gaan mijn gedachten naar Wolfs. Al heel lang wil ik Wolfs vertellen wat ik voor hem voel, maar telkens komt er iets tussen. Diep in gedachten val ik in slaap op de bank.

Ik word wakker met kramp in mijn nek. Ik kijk op mijn telefoon. 2:26 alweer. Het is maandag, vandaag moet ik weer werken.
Het lijkt alsof ik ergens op zit. Ik pak het onder me vandaan en ik zie dat het weer de brief van Wolfs is. Zuchtend kijk ik ernaar. Zonder dat ik het eigenlijk door heb begin ik te spelen met de woorden. Dat doe ik vaker als ik niets te doen heb. Plots valt mijn oog op alle hoofdletters. Verschrikt spring ik op. Zie ik dit goed? Voor de derde keer kijk ik het na. Het is echt zo. "HELP ME ONTVOERD" staat er. Oh, mijn hemel! Ik heb iets belangrijks over het hoofd gezien. Ik raak in lichte paniek. Welke dag is het? Maandag? Als het waar is wat ik net ontdekt heb, is hij al sinds donderdagavond weg. Ruim 3 dagen. Dit is verschrikkelijk. Snel lees ik de brief nog een keer door.
Hi Eva,
Laatst was john er, daar slaap ik nu. Pas je goed op jezelf? Mis je nu al. En de tijd gaat snel. Ook daar? Nou, het is hier wel gezellig. Tranen van het lachen. Vooral door john.
Ook zijn er serieuzere dingen. En ik zet alles op een rijtje, kan jij ook doen. Roep maar van je af.
Doei, wolfs
Daarom staan er natuurlijk vreemde zinnen tussen. Hij moest met de goede letter beginnen om de 'hint' te laten kloppen.
Voor zover ik kan zien staat er verder niks achter verscholen. Nu ik dit heb gevonden, kloppen de verhalen ook. Wolfs zegt dat hij bij John is, en John 'liegt' hier natuurlijk over omdat híj Wolfs vast houdt. Het liefst wil ik nu richting John gaan, maar het is midden in de nacht. Ik maak alvast een plan. Eerst ga ik naar John, dan bekijk ik zijn huis. Ik bel aan en vraag of ik binnen mag komen. Hoe weet ik nog niet, maar dan zorg ik dat ik het hele huis door kan zoeken.
Ik kan Mechels ook niet bellen, want ik heb John zonder te vragen door het systeem gehaald. Ik probeer te slapen, het lukt niet. Na nog 4 keer het plan in mijn hoofd te doordenken, val ik eindelijk in slaap.

Zijn  'vriend' - Flikken MaastrichtWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu