De Schaduw

24 2 0
                                    


Drie dagen zijn verstreken sinds ik mijn ouders voor het laatst zag. Twee dagen zijn verstreken sinds ik hoorde dat ze zouden sterven. En het is één dag geleden dat ik voor het laatst heb gegeten.

Ik rammel.

Je zult je wel afvragen wat voor een introductie dit is. Jammer genoeg heb ik de luxe niet om hier de tijd voor te nemen. Je zult af en toe tussen de regels door moeten lezen.

Je bent gewaarschuwd.

Kleine vingers grijpen mijn pols terwijl ik naar de vogels in de hemel staar. Vanaf mijn plek onder de muren lijkt het net alsof ze ingesloten worden. Ik koester de schaduwen die de muren van het steegje mij geven in de verstikkende hitte van de stad, en ik glimlach zwak naar Martil. Zijn donkere ogen, als kooltjes, kijken mij hoopvol aan. 'Zijn we al bijna bij mama en papa?' Vraagt hij. Ik aai over zijn dikke zwarte haren en kijk weer naar de vogels. Ik hel met mijn hoofd naar achteren zodat hij mijn tranen niet ziet.

'We zullen er snel zijn,' zeg ik met een zo vast mogelijke stem. Hitte komt van mijn handen af. Vonkjes schieten uit mijn vingertoppen. De vlammen in mijn binnenste smeken mij om vrijgelaten te worden.

De vogels krassen naar elkaar, cirkelen om elkaar heen, en verlaten hun imaginaire gevangenis.

'Zijn ze nog bij die grote mannen?' Vraagt mijn broertje. Ik schud mijn hoofd. 'Nee, niet meer.'

Erfgename van de VuurheksUnde poveștirile trăiesc. Descoperă acum