5

29 6 2
                                    

Toen ze wakker werd, was haar beeld in strepen ingedeeld. Het duurde even voor ze besefte dat het tralies was. Voorzichtig richtte Claire zich op ervoor zorgend dat ze haar hoofd niet stootte aan het lage plafond. Nog steeds een beetje duizelig nam ze de ruimte in haar op. 

Ze zat in een kooi die omringd werd door minstens vijftig andere kooien. Ze kon in elke kooi de omtrek van een persoon herkennen.

'Wel, wel, onze nieuweling is wakker?' Een vrouwenstem deed Claire opschrikken. Nu ze goed keek, kon ze in de schaduwen een vrouw onderscheiden. De enige persoon in deze ruimte die niet gekooid was.

'Je kunt je vast niet voorstellen hoelang ik naar je gezocht heb? Vast niet. Je hebt me vast niet eens gemist,' mijmerde ze.

'Hoe kan ik iemand gemist hebben die ik niet ken?' reageerde Claire bijdehand. In een razendsnelle beweging stond de vrouw voor de kooi.

'Niet kennen...' beet ze me toe, 'kijk dan maar eens heel goed!'

Claire hapte naar adem. Dit kon niet waar zijn, dit moest een hersenspinsel zijn.

'Moeder?' fluisterde ze, maar ze wist dat iedereen het gehoord had.

'Ik heb je misschien gebaard maar ik zal nooit jouw moeder zijn. Mijn dochter is dood. Haar gezicht wordt gedragen door een monster, een moordenaar,' zei ze terwijl ze zich van Claire weg draaide en wegliep.

'Waarom?' vroeg ze zachtjes. Haar moeders schouders verstrakte.

'Waarom?' Ze gebaarde naar al de anderen rondom haar. 

'Waarom zij? Dit is iets tussen jou en mij? Zij hebben niets gedaan.'

'Ze zijn zoals jij, dat maakt hen even schuldig. Als jij er toen niet was geweest, had één van hen het wel gedaan,' krijste ze. 'Ik heb deze monsters allemaal één voor één verzameld in de hoop dat jij er op een dag tussen zat. Je zat er alleen jammer genoeg nooit bij,' zei ze met een oprecht teleurgesteld blik. 'Ach en je weet hoe dat gaat, ik verloor mijn geduld en zorgde ervoor dat iemand je vond en ophaalde.' 

Ze greep de tralies met beide handen vast en Claire trok zich terug tegen de andere kant van de kooi. Alles om maar zo ver mogelijk uit haar buurt te blijven.

'Je hebt hem van me afgepakt en daar ga je nu voor boeten! Jij gaat even hard lijden als ik gedaan heb. Jij gaat de prijs voor mijn leed betalen.' Ze schreeuwde nu recht in Claires gezicht. Haar moeders gezicht werd helemaal rood, neigend naar de paarse kant. Claire sloot haar ogen en wachtte op de klap, die niet kwam.

'Met een paar kletsen kom je er deze keer niet mee weg, als dat is wat je denkt,' zei haar moeder nog voor ze zich plotseling omdraaide en wegliep.

Pas toen haar moeder weg was merkte Claire de starende ogen op. Nu ze wist dat ze er waren, voelde ze alle blikken prikken op haar huid. Een paar minuten was de ademhaling van haar en haar medegevangenen het enige geluid in de ruimte.

'Dus jij bent "het" monster?' doorbrak iemand de stilte en ze legde een duidelijke nadruk op "het". 

Claire keek rond en zag een meisje, dat in lotushouding zat, haar vragend aankeek, Marilyn keek haar aan.

'Marilyn?' bracht ze er stotterend, vragend uit. Ze leek op Marilyn, maar toch ook weer niet. Ze was dunner, haar wangen waren aan het invallen, er zaten wallen onder haar ogen en haar gezicht was bedekt met een laagje vuil maar voor de rest was het Marilyn. 

'Lang niet gezien, Claire,' zei Marilyn en ze lachte haar lach. 

Claire kreeg tranen in haar ogen. Marilyn was voor haar steeds de grote zus geweest die ze niet aan haar grote broer had gehad. Om haar zo te zien, deed haar ongelooflijk veel pijn. Ze keek rond, naar alle vuile gezichten die zowel heel jong als heel oud waren. Ze zag de ingevallen gezichten, ze zag de angst, de gebroken dromen en het verlangen naar iets wat ze dachten niet te kunnen hebben, vrijheid. Het was niet eerlijk dat we werden veroordeeld voor iets waar we niets aan konden doen. 

AndersDove le storie prendono vita. Scoprilo ora