Hoofdstuk 2: Transformatie

770 49 19
                                    

Bella's POV

De pijn is ondragelijk en wordt met de minuut erger. Het voelt alsof mijn hele lichaam in brand wordt gestoken en niemand het vuur probeert te doven. Alsof ze het alleen maar erger maken, maar mij nog wel vol op in leven laten om alle pijn in me op te kunnen nemen. Ik schreeuw het uit, maar er is volgens mij niemand die mij kan horen. Ik kan me niet goed genoeg om de gebeurtenissen om me heen concentreren, mijn lichaam doet te veel pijn. Het lijkt alsof er een gevecht gaande is om mij heen, maar ik kan mijn ogen niet open doen. Zodra ik dat probeer komt er weer een nieuwe lading voor, maar dit keer alleen maar in mijn hoofd. De rest van mijn lichaam valt nog mee vergeleken met deze pijn. Het brand zo erg. ALSJEBLIEFT, DOOF HET VUUR! Roep ik, maar ik weet niet of ik het ook echt doe of alleen maar denk. Niet dat ik nog kan denken met al dat vuur in mijn hoofd.

Als ik dacht dat het niet erger kon dan had ik het dus mis. Er komt een nieuwe lading, maar dit keer ook door mijn armen heen. Het verbrand me volledig en dan... nog een lading vuur. Dit keer door mijn benen heen en nu staat echt mijn hele lichaam in hetzelfde vuur als mijn hoofd zich daarnet nog in had bevonden. Ik smeek voor de dood om mij snel te halen. Ik smeek om naar de hel te kunnen als dat dit vuur dooft. Het maakt mij niks uit hoeveel pijn ik zal moeten doorstaan om uit deze pijn te komen. Alsjeblieft, vermoord me gewoon!

In de puntjes van mijn tenen en in kruin van mijn hoofd voel ik de pijn, maar door de pijn heen voel ik ook iets kouds tegen mijn rug aan. Wat zou dat zijn? Maar voordat ik me er echt op kan concentreren komt er weer een nieuwe laag pijn en ik gil het uit – in mijn gedachten dan. Het lukt me niet om een geluid te maken, voor zover ik weet. Ik wil mijn ogen weer open doen, maar de vreselijke pijn houdt me tegen. Het brandt zo erg!

Ik voel de kou langs me heen zweven en het lijkt alsof ik vlieg. Dit keer probeer ik mijn ogen niet meer open te doen. Het is de pijn niet waard. Ik zie wel wat er gebeurd zodra ik dood ben of eindelijk dit vuur is gedoofd.

Er komt weer een nieuwe vlaag die al de andere pijn weer laat verdwijnen en nogmaals wil ik schreeuwen om de dood, de dood die ik niet krijg. De dood die ik misschien wel nooit krijg. Zou dit al hel zijn? Ben ik al dood? Moet ik dit voor eeuwig gaan doorstaan? De vragen blijven maar komen, maar ik krijg er geen antwoorden op. In plaats van antwoorden krijg ik weer een nieuwe vlaag vuur over me heen en ben ik al mijn vragen allang weer vergeten.

Ik wil huilen, schreeuwen en smeken om de dood, maar wat ik nu het aller meeste wil is iemand die van me houdt die mij door deze vreselijke pijn sleept. Iemand die mijn hand vasthoudt en er voor mij is, maar ik weet dat er niemand is die om mij geeft. En die pijn, om dat te beseffen, dat is bijna net zo erg als het vuur dat door mijn lichaam stroomt. Bijna, maar net niet helemaal.

Hoelang lig ik nu al in deze pijn? Een dag, een uur, een minuut, een seconde? Ik wil niet eens nadenken over die laatste optie. Was als de secondes zo langzaam voorbij gaan dat ik nooit meer uit deze pijn zal komen? Wat als ik dagen, jaren of misschien wel eeuwen in deze pijn zal moeten doorbrengen. Wanhoop borrelt omhoog, maar wordt tegen gehouden door de pijn die nogmaals met een nieuwe golf omhoog komt. Een lange tijd – denk ik dan – gaan op deze manier voorbij. Ik hopen voor de dood en niemand die mij de dood geeft.

Hoop borrelt op als ik een klein verschil opmerk na heel lang door dezelfde pijn te hebben gegaan. De pijn in het puntje van mijn tenen begint weg te gaan en wordt vervangen door een soort koud, dood gevoel, maar nog net genoeg om te leven. Helaas, is de pijn in de rest van mijn lichaam nog net zo erg en zo niet dan erger. Maar heel langzaam stroomt het weg uit mijn benen en de puntjes van mijn handen. Heel langzaam.

Tegelijkertijd dat mijn armen leeg beginnen te stromen van de pijn wordt alle pijn naar mijn hart toe gezogen. Mijn hart klopt heftig en probeert te vechten tegen de verschrikkelijke pijn. Mijn benen zijn nu volledig gedoofd van het vuur, maar mijn hart doet nog meer pijn en ik wens weer voor de pijn die door mijn hele lichaam ging. Dit is nog duizend keer zo erg. Ik zou miljoenen keren overreden kunnen worden door een vrachtwagen of door tien vrachtwagens, maar dat zou nog niet genoeg zijn om mij deze pijn te laten voelen.

Verblind Hart (Twilight Fanfictie) | CompleetWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu