4

115 9 2
                                    

Ik kijk hem aan. Nou daar schiet ik dus ook niks mee op. Ik ga rechtop zitten en drink een slok hete thee. Ik verbrand m'n tong, maar het kan me even niks schelen. hoe moet ik nu verder? De vraag galmt na in m'n hoofd. Opeens bedenk ik me wat. Hoelang ben ik hier al? Vraag ik aan Jake. Ongeveer 2 dagen. 2 dagen al? Door éen stomme val? En woon je hier alleen? Ga ik verder. Ja. Maar hoe oud ben je dan? 15. Niet een beetje jong om alleen te wonen? Nee. Waar zijn je ouders dan? Dood. Antwoord hij kortaf. Ik kijk weer voor me uit. Dan ben ik niet de enige. Hoezo? Nu begint Jake met de vragen. Omdat mijn ouders ook dood zijn. Hoe dan? Ze zijn vermoord. M'n stem klinkt scharder dan ik had gehoopt. Jake kijkt me met grote ogen aan. D...die van mij ook. Stottert hij. Ik kijk hem weer aan. Zijn ogen staan wazig alsof hij terug denkt aan het moment dat het gebeurde. Was hij erbij? Na een tijdje verdwijnt de dofheid in zijn ogen. Hoe? Door een man. Hij was groot en had enge rode ogen. Zijn haar was wit/blond, maar hij was helemaal in het zwart gekleed. Hij huiverd. Nu is het mijn tijd om hem met grote ogen aan te kijken. Wat? Vraagd hij. De moo....de man bedoel ik, van mijn familie, zag er precies zo uit. Ik huiver ook. Kan jij me misschien helpen? Vraag ik? Waarmee? Met die man vinden en uit te zoeken wat die zwarte vogels zijn. Oké....antwoord Jake onzeker. Waarvoor staan die vogels om je sleutelbeen eigenlijk? Hu....voor mijn familie. Hij staard naar de vogels alsof het zijn familie is. Goed...begin ik. Waar denk je dat we moeten beginnen met zoeken? Jake staat op en loopt naar een kastje. Toen mijn ouders werden vermoord, liet de moordenaar een briefje vallen. Ik heb het gepakt toen ik uit m'n schuilplaats kwam. Hij trekt de la open en haalt er een klein vervrommeld briefje uit. Hij neemt het briefje mee naar de bank waar ik op zit en ploft naast me neer. Hij buigt naar me toe en ik ruik zijn geur. Zoet, maar niet te zoet. Honing? Vermengt met een soort bosachtige geur. Het ruikt lekker. Shit ga ik nu beginnen zoals meisjes in boeken altijd doen? Verliefd worden op de eerste en beste jongen die een beetje lief is, knap en lekker ruikt? Maar goed, daar heb ik nu geen tijd voor, ik moet me concentreren. Hij laat me het briefje zien. Er staat slordig een adres op geschreven. Raafstraaf 97. Ooit van gehoord vraag ik met een zucht. Nee zegt hij. Ik kijk hem aan, en nu? Geen idee. Zijn ogen staan droefig. Ik kan er niet tegen en vestig me weer op het briefje. Raafstraat. Het komt me toch ergens bekend voor. Ben ik er eerder geweest? Heeft iemand het er ooit met me over gehad? Niet dat ik weet. Ik zie iets over het hoofd. Ik peins verder. Waar herken ik het dan van?.....Opeens schiet het me te binnen. Die donkere nacht. Mijn schuilplaats. Alles komt weer terug.

Zwarte vogels.Wo Geschichten leben. Entdecke jetzt