Chapter 18

56 5 0
                                    

Jessica

Het is weer ochtend, en ik word wakker in de ogen van Uriel, die me van zijn kant van het bed aandachtig aan het bestuderen is. "Je ziet er schattig uit als je slaapt. Zo... vredig". Zijn ogen staan niet boos of koud, hij kijkt me bijna... lief aan? "Wat wil je van me, Uriel? En is het niet tijd dat ik een eigen kamer krijg?". Hij sluit zuchtend zijn ogen. "Ik wil je leren begrijpen, zodat jij mij ook kan begrijpen. Ik wil leren begrijpen wat er in dat koppie van je omgaat. En nee, ik denk dat ik dit wel prima vind zo". Hij laat zijn hand zacht door mijn haar gaan. Ik ben te bang om te bewegen, om deze kant van Uriel die ik nog nooit heb gezien weg te jagen. Zijn hand blijft even zachtjes met mijn haar spelen, als hij de lijnen van mijn gezicht naar beneden volgt en mijn kaaklijn volgt naar mijn nek. Bij mijn sleutelbeen blijft hij stilstaan. "Laat me je begrijpen", fluistert hij voordat hij zijn hand naar mijn achterhoofd verplaatst en zijn lippen zacht op de mijne drukt. Ik ben eerst te verbaasd om te reageren op de situatie, maar een paar seconden later bevat me pas wat er eigenlijk aan de hand is. Ik probeer me verschrikt weg te duwen, wat hij eerst niet toelaat. Een paar seconden later laat hij me eindelijk los en kijkt hij me niet-begrijpend aan. "Wat is er aan de hand, schoonheid? Als dit te maken heeft met Mike, hem moet je loslaten. Hij heeft jou in de steek gelaten, je verdient beter dan hem". Nee, hij heeft me niet in de steek gelaten. Ik weet het zeker. Als ik dat tegen hem zou zeggen, wek ik misschien ongewenste argwaan op. Dat kan ik beter niet doen, niet op dit moment. "Waar komt die plotselinge vriendschappelijkheid vandaan? Niet dat ik het heel erg vind". Hij lacht zachtjes naar me. "Zoals ik al zei, ik wil je leren begrijpen. En ik wil dat jij begrijpt dat ik niet zo erg ben als je misschien altijd al hebt gedacht. Ik ben niet alleen maar de wrede heerser, de engel met een niet te stillen honger naar macht. Ik heb ook een totaal andere kant, die ik jou wil laten kennen". Zonder dat ik het wil voel ik mijn wangen een beetje rood worden. Het voelt heel ongemakkelijk, om hem zo tegenover me zien zitten. Het is ongemakkelijk dat ik deze vorm van Uriel een stuk aantrekkelijker vind. Dan zie ik weer alle gezichten voor me van de angstige mensen die opgesloten in hokjes zitten in dit kasteel, en ik kom weer terug in de realiteit. Nee, de man hier voor me is in geen opzicht anders dan die die mij ontvoerd heeft en deze mensen van hun huis heeft gestolen. Ik ga weer een stukje naar achter zitten. "Dit heeft in geen enkel opzicht te maken met Mike". Oké, misschien lieg ik daar een heel klein beetje in. "Uriel, ik kan dit niet. Ik wil dit niet. Ik zou nu alsjeblieft even met rust gelaten willen worden, ik moet nadenken". Daar is geen woord van gelogen. Ik moet nadenken over hoe ik hier ooit weg ga komen. Over hoe ik ga leren vliegen. Hoe ik ga leren hoe ik mijn zogenaamde magie kan gebruiken. Ik ben even bang dat Uriel voor me weer terugvalt in zijn oude zelf, maar met een afgewezen blik verlaat hij zonder nog een woord te zeggen de kamer. Ik weet niet waarom ik me een klein beetje schuldig voel.

Ik heb niet veel tijd om erover na te denken, want al snel komt Mayke de kamer binnenstormen. Ik moet blijkbaar nog steeds erg geschokt kijken, want als Mayke naast me komt zitten klinkt ze nogal bezorgt "Hey, wat is er aan de hand?". Ik zucht even voordat ik antwoord geef. "Uriel". Ze kijkt me nog steeds bezorgt aan. "Wat heeft koning kwal nou weer gedaan? Als hij met iets heeft lopen dreigen, daar moet je niet naar luist...".

"Hij heeft me gekust".

Nu is zij degene die me geschokt aankijkt. "Weet je wel zeker dat we het over dezelfde koning kwal hebben? Het liefste wat ik hem ooit tegen iemand heb zien doen, is een dik pak slaag met de zweep". Ik kan het niet helpen om zwak te glimlachen, als zij naast me hetzelfde doet. "Wat ga je met hem doen? Het is enorm riskant, maar misschien kan je hem gebruiken om hier weg te komen". Daar had ik nog helemaal niet aan gedacht. Wat als ik Uriel kan gebruiken, dat hij me bijvoorbeeld kan leren vliegen? Ik ga het zelf niet snel genoeg leren, en hij is ervaren. Maar wat zou ik voor die hulp moeten doen? "Dat zou kunnen", zeg ik onzeker. "Maar ik kan niet goed liegen. Wat als hij erachter komt?". Ik zou enorm mijn best moeten doen. Zou ik het kunnen? "Ik ga er nog over nadenken", zeg ik dan maar zuchtend. "In hoeverre denk je dat we op de hulp van Caleb kunnen rekenen?" Mayke haalt haar schouders op. "Ik hoop dat we op hem kunnen bouwen. Hij wil het niet laten merken, maar hij heeft ook een hekel aan Uriel. Ook zou ik heel goed kunnen begrijpen dat hij hier samen met Emanuel maar al te graag weg zou willen gaan. ik zou erop rekenen dat hij meewerkt, denk ik".

"Mooi, laten we hem gaan opzoeken. Ik moet iets met hem bespreken".

***

Sorry, dit is een beetje een kort deel.... 

MAAR IK BEN TERUG! :D

Ik heb veel met jullie allemaal te bespreken, maar dat doe ik in een apart hoofdstuk hierna omdat het anders veel te lang word xD

Ik weet niet of ik deze zaterdag/zondag al een nieuw deel klaar heb liggen, maar ik ga mijn best doen! 

Laat alsjeblieft een vote en een reactie achter! <3

Larissa <3 

Lost FeatherWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu