Hoofdstuk 3

436 48 10
                                    

De eerste persoon waarmee ik moest praten, was een jongen. Hij had lichtblond haar, hemelsblauwe ogen en een typisch bleke Engelse huid. Plots herinnerde ik zijn naam: Jannick.

"Hey," mompelde ik en ik wilde mezelf slaan. 'Hey' was dat het enige wat ik op kon zeggen? Blijkbaar wel.

"Hallo," fluisterde hij nerveus en leek net zo nerveus als ik. Dat gaf me een beetje moed om verder te praten.

"Ik ben Odette en jij bent Jannick toch?" vroeg ik zachtjes en heel zachtjes knikte hij en keek, niet erg op zijn gemak, naar het plafond. "Euhm, wel mijn favoriete sport is voetbal en de jouwe?" vroeg ik weer en even keek hij mijn kant uit, maar wende zijn blik meteen weer af.

"Korfbal," vertelde hij en ik trok verbaasd een wenkbrauw op. Korfbal? Wat was dat ook alweer? Oh ja, die ene sport die mijn moeder me liet spelen toen ik vijf jaar oud was. Nogal vaak werd ik uitgelachen, dus ik was al snel gestopt. Maar ik vond het toch niet zo leuk, dus het maakte niet veel uit.

"Ah zo, euhm, mijn lievelingsdier is een panter en de -" begon ik, maar kon mijn zin niet afmaken.

"Doorschuiven!" onderbrak Mevr. Dupont me al roepend. Meteen daarna werd ik opzij geduwd en nu stond er een jongen met vuil blond haar, metaalblauwe ogen en een abrikooskleurige huid. Het was Tom die voor mijn neus.

"Hallo," zei hij met een brede glimlach en ik zuchtte inwendig uit opluchting. Oef, deze was tenminste vrolijker. Vele leuker dan hoe Jannick zich gedroeg.

"Hallo," mompelde ik zachtjes en probeerde lichtjes te glimlachen, maar ik faalde. Godverdomme, Odette. Ik kon ook echt niets? Zucht, ach ik moest er maar met leren leven.

"Ik ben Tom en ik ben 15 jaar. Hoe oud ben jij?" informeerde hij me. Ah, hij hield dus van het beginnen van gesprekken, interessant. Dit wees duidelijk op praatdrang. Misschien had hij manie -zonder psychose- gehad. Wie weet?

"Hallo Tom, ik ben Odette en ik ben ook 15 jaar oud," informeerde ik hem terug en nadien zag ik dat hij het bijna uitproestte. Waarom? Oh ja, mijn naam. Juist.

"Ja, ik weet het. Mijn naam is grappig. Je mag best lachen hoor," mompelde ik een beetje geïrriteerd en nadat ik dat zei, proestte hij het meteen uit en werd bijna rood van het lachen. Na een tijdje was het eindelijk aan het minderen en hij veegde een kleine traan vanuit zijn ooghoek weg. Met een spottende blik keek ik hem recht in de ogen aan toen hij weer bij kwam.

"Het was precies heel erg grappig," grinnikte ik een beetje geërgerd. Hij grijnsde breed en beschaamd over zijn gedrag. Dat is heel goed, want zijn reactie was behoorlijk overdreven. Zo grappig was het niet.

"Doorschuiven!" riep Dupont en haar stem weergalmde weer in mijn oren en deze keer kon ik rustig opzij stappen zonder ruw geduwd te worden. Ik was maar al te blij dat ik me kon verplaatsen. Toen ik weer voor me keek, stond ik oog in oog met een jongen die een nogal welgebouwd lichaam had. Hij had bruinblond haar en had grote, mooie bruine bambi-oogjes. Het was Steve. Ik wist niet waarom, maar er was iets aan hem. Ik wist niet of het zijn bambi-oogjes waren of niet, maar vanaf het begin af aan wist ik dat ik deze gast... niet mocht. Ik zag niets anders dan sluwheid en vijandigheid in zijn ogen. Ik snapte niet waar het vandaan kwam, maar ik moest helemaal niets van hem hebben.

"Hallo," wrong ik eruit en keek hem met halfdichtgeknepen ogen aan. Hij deed net hetzelfde.

"Hallo," wrong hij eruit en het enige wat ik kon doen was staren. Staren in die sluwe, vijandige bambi-ogen. Hij bleef ook maar hetzelfde doen in mijn ogen. Dan opeens veranderde zijn uitdrukking. Hij knipperde een paar keer snel achter elkaar met zijn ogen voordat ze zich lichtjes vergrootten. Het leek alsof hij me herkende. Net toen ik hem erover wilde aanspreken, werd ik weer eens onderbroken.

The Protector (On hold/Editing)Where stories live. Discover now