Vrijdag

48 9 1
                                    

Zodra ik binnenkom, ga ik meteen plaatsnemen aan de tafel waar de jongen aan zit. Ik had namelijk de hele avond over hem gepiekerd. Nu weet ik wat ik met hem wil doen. Maar eerst wil ik nog een ding vragen...
'John?'
Hij kijkt mij aan met zijn opmerkelijke grijns. 'Wat, beste Rose?'
'Wat doe je hier de hele tijd?'
Hij glimlacht, en het is de oprechtste glimlach die ik ooit heb gezien. 'Aangezien je me na een week nog niet beu bent, zal ik het je vertellen. Ik verzin onmogelijke omstandigheden gebaseerd op mijn verlangens die ik zo bewerk dat ze mogelijk lijken. Ik verzin persoonlijkheden die totaal niet op mij lijken, maar toch een deel van mij bevatten.'
Ik frons mijn wenkbrauwen. 'Wat-'
'Ik ben een schrijver.'
Ik knik langzaam. 'En waar schrijf jij dan nu over?'
'Ik schrijf over een jongen die een meisje ontmoet in een café.'
Ik glimlach. Hij schrijft over mij... Over ons. 'Ik denk dat dat verhaal dan een vervolg moet hebben.' Ik kus hem, en ik geniet ervan. Ik ga er nog meer op in wanneer ik me realiseer dat ik me dit nooit had voor kunnen stellen toen ik in het begin van deze week dit café binnenliep. Het is wonderlijk wat er allemaal wel niet kan gebeuren in een paar dagen.

Mijn kluisje/Het caféWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu