Hoofdstuk 25

1.7K 66 1
                                    

Eva

Languit lag ik op de bank kijkend naar de tv. Nou ik deed alsof ik tv keek, terwijl ik in werkelijkheid naar Wolfs keek. Wolfs stond de afwas te doen. Ik had er op aangedrongen om hem te helpen maar ik werd de keuken uitgestuurd. Ik hoefde niet te helpen en Wolfs vond het niet erg om te doen, zij die. Gehoorzamend was ik op de bank gaan liggen en wat televisie gaan kijken. Wolfs droogde de laatste borden af en borg ze op. 'Wil je wat drinken?' 'Thee alsjeblieft.' antwoorde ik zijn vraag en Wolfs schonk twee bekers in. Hij nam plaats op de bank boven mij en pakte er een boek bij. Afwezig staarde ik naar de tv. Ik gaapte en legde mijn handen op mijn buik. Ik was stiekem toch wel moe na z'n lange dag. 'Je hoeft niet hele dagen te werken hé, als het te zwaar is kan je ook halve dagen werken.' Ik schudde mijn hoofd. Nog maar een paar weken, en ik mocht helemaal niet meer werken. Ik wilde werken zolang dat kon. 'We moeten nog een naam bedenken' sprak ik over Wolfs zijn voorstel heen. Ik had geen zin in een discussie en veranderde gauw van onderwerp. 'Dan moeten we wel eerst weten wat het wordt.' 'Hoeft niet.' Was mijn weerwoord. 'We kunnen als nog wel met ideeën komen. 'heb jij ideeën voor een naam?' Wolfs keek bedenkelijk over de rand van zijn boek. 'wel een mooie naam natuurlijk.' maar dat was vanzelfsprekend. 'wil je een typisch Nederlandse naam of iets Amerikaans?' vroeg ik aan Wolfs. 'Een bijzondere naam' was zijn antwoord. 'wel een Nederlandse, niet te lang en het moet bij jou passen.'  Waren zijn eisen 'En bij jou.' was ik er me eens. Hij grinnikte. Daar waren we het mee over eens. 'Wil je hem of haar nog vernoemen?' vroeg Wolfs twijfelachtig. Ik had hier nooit eerder over na gedacht. Ik wilde niet dat mijn kind met de naam van mijn vader, of een variatie op die naam rond zou lopen, dat wist ik zeker. Ik schudde mijn hoofd. 'jij?' ook Wolfs schudde zijn hoofd. 'Ik zou niet weten wat.' was zijn excuus. Hij sprak nooit echt over zijn familie. Fleur was de enige familie die ik van hem kende. Er viel een korte stilte waarin we beiden diep nadachten. 'Ik zou het eigenlijk wel mooi vinden om iets met franks zijn naam te doen.' Zei ik twijfelend, bang voor Wolfs zijn menig. Ik slikte de brok in mijn keel door en staarde naar het plafond. 'Dit is wel echt iets wat hij gewild had.' Wolfs streelde met zijn hand een pluk haar naar achter en keek me liefelijk aan. 'Dat vind ik een mooi gebaar om te doen.' was zijn reactie. Ik haalde opgelucht adem. Wolfs en frank waren goede vrienden. Ze hadden dezelfde passie voor koken en konden uren in de keuken door brengen. Vaak keek ik toe vanaf de tafel, genietend van hun gebabbel over eten waar ik toch niet veel van begreep. Ik miste frank. Het voelde leeg zonder hem, stil. Ik ben Wolfs heel dankbaar. Hij was voor mij in Maastricht gebleven, en vulde een deel van die leegte op. Op sommige momenten was die leegte groter dan normaal. Dan merkte ik hoe erg ik behoefte had aan liefde. Gelukkig was Wolfs vaak in de buurt. Soms merkte hij het aan me en kwam naar me toe. Dan troostte hij mij met woorden, of waren zijn sterke armen al genoeg. Ik kwam wat overeind en legde mijn hoofd op zijn schoot neer. En op sommige momenten kwam ik zelf naar hem toe. Het voelde vertrouwd, veilig. Wolfs keek op van zijn boek en onze blikken kruisten en vingen elkaar. Ik staarde diep in Wolfs zijn ogen, en hij in de mijne. Zijn boek was ineens niet zo interessant meer en werd weg gelegd. Hij streelde met zijn vingers de contouren van mijn gezicht en speelde voorzichtig met mijn haar. Ik sloot mijn ogen en genoot van het kriebelende gevoel. 'Een kind, ik kan het nog steeds niet geloven.' klonk er een warme stem. Zijn woorden brachten beelden bij mij los. Fantasieën, over onze toekomst samen. Normaal stopte ik deze fantasieën altijd, het kon niet. Hij was mijn werkpartner en hij voelt niks voor mij. Dacht ik altijd, maar nu weet ik beter. Als hij niks voor mij voelde was hij niet gebleven. Dan was hij gevlucht wanneer dat kon en had niks meer van zichzelf laten horen. We hebben nooit echt onze gevoelens naar elkaar uitgesproken. Ik ben zeker over mijn gevoelens, maar ik ben te bang of te onzeker om ze te uiten. Al die jaren heb ik mijn gevoelens verzwegen en de fantasieën weggestopt en genegeerd. Maar deze keer liet ik ze de vrije loop. Ik zat in te suffen. Ik werd high van de vlinders die door mijn buik gierden, de vermoeidheid, het af en toe bewegen van ons kleintje en de warme vingers die door mijn haar kriebelden. Het voelde goed, heerlijk. Helemaal toen ik Wolfs 's zijn zachte lippen op de mijne voelde. Het was een tedere kus, langer dan vanochtend. Langzaam opende ik mijn mond. Wolfs verstijfde even, hij dacht vast dat ik sliep. Voorzichtig bracht ik mijn tong zijn mond in en vond de zijne. Onze tedere kus werd al gauw een passionele zoen. Hij maakte zijn lippen los van de mijne en ik opende mijn ogen. Ik keek recht in de blauwe ogen van Wolfs die me liefdevol aan keken. De vlinders gingen tekeer in mijn buik. 'Ik hou van je' ontsnapte mijn mond voordat ik er erg in had. 'Ik hou ook van jou.' klonk zijn warme stem door de stilte. de woorden galmde door mijn hoofd als een tennisbal die op en neer stuitert en langzaam vervaagd. Echter, zouden de woorden nooit meer vervagen. Voor die tijd had ik ze goed opgeslagen. Dan kon ik ze dromen en precies voor de geest halen. Ze stonden aan de binnenkant van mijn hoofd geschreven. Eindelijk hadden we het gezegd, en eindelijk hadden we onze gevoelens voor elkaar geuit. Hij streelde over mijn hoofd en ik sloot mijn ogen weer. Ik voelde hoe ik langzaam in doezelde, denkend aan ons. Denkend aan onze toekomst. Deze avond kon niet meer stuk. Dit moment was perfect.

Verzwegen feiten   Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu