Hoofdstuk 26 - Veilig

74 13 3
                                    

Melody merkte niet echt wat er gebeurde nadat Trisia haar losliet. Het besef dat ze veilig was, zorgde ervoor dat ze haar vermoeidheid eindelijk toeliet. Verdoofd keek ze toe hoe de vrouw een collega belde. De woorden stroomden langs Melody heen, maar ze hoorde Jacobs naam.
Pas toen een ander persoon de ruimte binnen kwam met een deken en een waterfles en een energiereep, realiseerde ze dat Tristia Jacob had weggestuurd.
'Laat me die handboeien afdoen, zodat we je niet hoeven te voeren,' grapte hij.

'Weet je het zeker?' vroeg ze zacht.

Hij wisselde een korte blik met Tristia. 'De enige die je in deze staat pijn doet met je kracht ben je zelf.'
Tristia knikte instemmend. 'Ik zal het wel waarderen als je jezelf niet verder kapot maakt.'
Melody glimlachte zwakjes en kwam overeind. De man maakte de handboeien los. Ze bewoog haar pijnlijke polsen heen en weer. Er zaten striemen op haar handen. Had ze zo hard aan haar boeien getrokken?

'Hoe lang heb je die om gehad?' Tristia keek naar haar armen.

'Sinds gisteren denk ik.' Ze liet zich weer in de stoel zakken.
'Zo lang?' Tristia legde de deken over haar benen en gaf haar het waterflesje.
'Ja, ze zijn bang voor me,' zei Melody zacht. Ze nam gulzig een paar slokken water. Het voelde aangenaam in haar droge mond.
De man en Trisia wisselden nogmaals een blik. Het leek wel alsof ze met hun ogen alleen een heel gesprek konden hebben. Wat ze tegen elkaar zeiden wist Melody niet.
Ze nam in stilte slokjes water tot het flesje leeg was, waarna ze snel de smerige reep op at. Wat ging er nu gebeuren? Zou iemand eindelijk haar verhaal geloven? Of deden ze alsof? Wanneer wist ze zeker dat het goed zou komen? Of kwam het met mensen als haar niet goed?
Haar ogen gleden naar het landschap achter het gordijn. De vogels die voorbij vlogen wierpen schaduwen de ruimte in. Ergens daar buiten was iemand die nog steeds zijn best deed om te voorkomen dat zij iets zou zeggen. Hoever zou hij gaan? Kon Tristia hem tegenhouden? Of liep hij al door dit gebouw?
'Melody?' vroeg Tristia.

'Sorry, wat zei je?'

'Ik wilde wat foto's van je verwondingen maken, dan kun je daarna uitrusten.'
'Oké.' zei ze zacht. Ze kwam overeind en volgde Tristia en de man de gang in. De twee maakten geen aanstalten om haar handboeien om te doen. Alsof het hele "Melody is gevaarlijk" een misverstand was.

Ze liepen een trap af een brede gang in. In de verte liep een groep mensen in uniform. Niverials, realiseerde Melody zich. Ze vertraagde haar pas, maar Tristia en haar collega liepen door alsof er niks aan de hand was. Aarzelend volgde ze hen.

'Tristia, heb je een momentje?' De groep niverials kwam tot stilstand en een vrouw stapte naar Tristia toe.
'Eigenlijk niet,' zei Tristia met een zucht.
'We zijn hier om mevrouw Summers op te halen. Er is een misverstand ontstaan en Jacob vond het nodig om haar hier te brengen. Maar er is geen enkele reden voor jullie om bij deze zaak betrokken te zijn.'
'Misverstand?' Tristia's wenkbrauwen schoten omhoog. 'Was het ook een misverstand dat ze nog geen medische hulp heeft gehad? En dat ze zo lang handboeien om heeft gehad dat er striemen rond haar polsen zitten?'
'Ik denk niet dat u het begrijpt,' stamelde de vrouw. Melody wist niet of ze eerder een niverial zo achteruit had zien deinsen. 'Summers vormde een gevaar voor ons teams, waardoor we abnormale maatregelen moesten nemen.'
Tristia perste haar lippen stevig op elkaar. 'En wie heeft hier de opdracht toe gege-'
'Hé,' een stem bulderde als een kanonschot door de gang. Een van de niverials schoot naar voren. 'Waarom draagt ze geen handboeien?'
Direct maakten twee niverials zich los uit de groep. Handen grepen Melody's richting uit. Ze sprong achteruit. 'Raak me niet aan!' Ze probeerde schaduwen uit haar huid te duwen, maar haar gave luisterde niet naar haar commando.

Tristia draaide zich om en duwde de niverials naar achter. Haar wangen hadden een rode kleur. 'Waar denken jullie mee bezig te zijn? Laat haar los!'
Haar collega ging snel voor Melody staan, als een menselijk schild.
De niverials stapten naar achter. 'Ze is gevaarlijk,' waarschuwde een van hen.
'Dat beslis ik zelf wel. Maak dat je wegkomt. Anders staan jullie allemaal onder arrest.'

'Mogen we dit met u leidinggevende bespreken,' probeerde de vrouw nog, maar de andere niverials draaiden zich al om.

'Jullie gaan zeker nog van mijn leidinggevende horen,' zei Tristia op een toon die Melody de rillingen gaf. 'Wegwezen!'
Dat was alles wat de niverials hoefden te horen. Ze haasten zich de gang uit. Tristia keek hen met samengeknepen ogen na. 'Zijn ze helemaal gek geworden?'

Haar collega schudde zijn hoofd een paar keer heen en weer. Toen gleden zijn ogen naar Melody. 'Wat in de wereld heb je gedaan om ze zo bang te maken?'

Ze haalde haar schouders op, ook al wist ze het antwoord. Ze had hun kat en muisspel overhoop gehaald. 'Ik weet niet of ze bang zijn of me haten,' gaf ze toe, toen de stilte te lang werd.

'Dat is bijna hetzelfde.'

Nadat ze haar blauwe plekken op de foto hadden gezet en een heler haar wonden genas, brachten Tristia en haar collega Melody naar een kleine kamer. Er stonden een bank, een bureau en een stoel. Aan de muur hing een foto van de oceaan. Vroeger had Melody het met een wachtkamer verward, maar nu wist ze wel beter. Dit was een cel en zodra Tristia de ruimte verliet ging de deur op slot. Maar eigenlijk maakte het Melody niks meer uit.
Op dit moment was het enige waar ze om gaf een plek om te slapen. Ze liet zich op de bank zakken en trok de deken over zich heen. Binnen een minuut werd ze weggezogen door een droomloze slaap.

Ze werd gewekt door zacht geklop op de deur. Niet veel later ging hij open en liep Tristia naar binnen. Ze had een papieren tasje in haar ene hand en een tablet in haar andere. 'Goedenavond, sorry dat ik je wakker maak.'
Melody kwam overeind en duwde de deken aan de kant. 'Dat is niet erg.'
Tristia ging op de bureaustoel zitten en vouwde de tas open. Direct verspreidde de geur van eten zich door de ruimte. 'Ik wilde je uitleggen wat er nu gaat gebeuren en heb eten mee genomen. Daar heb je vast wel zin in.' Ze overhandigde een hamburger aan Melody.

'Ja dat is waar.' Melody moest zich inhouden om de burger niet in een keer in haar mond te proppen. Ze dwong zichzelf om maar een kleine hap te nemen. De smaak van kaassaus vulde haar mond.
Tristia grinnikte zacht. 'Is het lang geleden dat je iets fatsoenlijks hebt gegeten?'
'Is het zo duidelijk?' Melody voelde haar wangen rood worden.
'Ja, maar het zijn ook gewoon goede hamburgers.' Tristia haalde een tweede hamburger uit de zak en nam een grote hap.
Toen besloot Melody dat ze zich niet in hoefde te houden. Gulzig at ze de rest van de hamburger op.

'Pas toen ze beiden uitgegeten waren, pakte Tristia haar tablet erbij. 'Ik heb met mijn collega's overlegd en ze willen zo met je praten. Ben je weleens vaker ondervraagd?'
Melody knikte. Op verschillende manieren.
'Oké, dan weet je hoe het gaat. Ze gaan met je praten, misschien wat onderzoeken uitvoeren en als we wat meer de situatie weten gaan we verder kijken. Het is mijn taak om ervoor te zorgen dat jij veilig blijft. Dus ik zal met je meegaan, maar ik ga me niet met het onderzoek bemoeien. Snap je dat?'
'Ik denk het.'

'Alles is vast heel overweldigend voor je, maar je hoeft niet bang te zijn. Wat de waarheid ook is en hoe erg de dingen die je hebt gedaan ook zijn, ik kan je beloven dat je eerlijk behandeld gaat worden.' Tristia glimlachtte. 'Zullen we maar gaan?' Melody knikte en kwam overeind. Een kriebel vulde haar maag. Ze had hier geen zin in, maar het moest. 

Schaduw spel | Deel 2Where stories live. Discover now