Hoofdstuk 23

883 35 19
                                    

Het voelt alsof er een knoop in maag zit. Het kwam er zo bot uit, maar zo gemeend. ''Nee, zo bedoel ik het niet'' Verontschuldigd hij zichzelf na het zien van mijn emoties. Mijn ogen zijn waterig. Ik wil opstaan, weglopen van de situatie. Hij trekt aan mijn arm, waardoor ik niet weg kom. ''Mat'' Zijn stem klinkt alsof het ieder moment kan breken. Een diepe zucht verlaat zijn mond. ''Je zit de hele tijd in mijn hoofd''

'''W-wat bedoel je?'' Ik kom met moeite uit mijn woorden. De toon waarop, de blik die hij me gaf. Het voelt afstandelijk. Gewoon zo niet Milo. Een traan rolt vanuit zijn traanbuis over zijn wang. Ik weet nou niet of hij geen antwoord wil geven of niet kan geven. Zijn stem die dan breekt of hij die zich heeft bedacht.

''Milo praat'' Beveel ik hem. Hij schudt afkeurend zijn hoofd. Opnieuw een traan die over zijn wang heen rolt. Nog één. En nog één. Zijn hoofd beland in zijn handen. Ik kan zijn emoties op dit moment niet goed aflezen. Net deed hij nog zo afstandelijk. En nu.. nu zo kwetsbaar.

''Je bent gewoon zo..'' ''Zo wat?'' Val ik hem in de rede. Ik voel me beledigd. Wat ook wel duidelijk aan mijn toon te horen is. ''Zo fucking aantrekkelijk''

Dit was niet wat ik had verwacht. De vragen stapelen zich op in mijn hoofd, met als gevolg een kleine error. Ik kijk hem diep in zijn ogen aan. Zijn ogen staan schuldig. ''S-Sorry'' Sist hij. Zijn stem, zo kwetsbaar. Ik heb geen idee wat ik moet zeggen. ''Het geeft niet'' Kan ik niet zeggen. Het maakt wel wat uit. Ik heb Robbie en hij.. Frank?

Er staan een paar rode kringen om zijn ogen door het huilen. En een afdruk van de nog verse banen van tranen op zijn wangen. Net voordat ik mijn hoofd terug wil draaien voel ik een paar zachte lippen op de mijne. Ze zijn onbekend. Iets in mij zegt dat het niet kan, maar ook iets in mij is nieuwsgierig. Onze lippen bewegen over elkaar heen. Zijn vingers zijn opzoek naar de mijne. Zijn tong drukt tegen mijn lippen aan. Het laat me schrikken. Beter gezegd, het maakt me wakker. ''Ik kan dit niet'' Ik duw hem van me af en stap de botsauto uit.

''Kom je?'' Ik draai me om zodra ik op een afstandje sta. Ik kan hem hier niet alleen achter laten. Al helemaal niet onder deze toestand. 

Dromen in KleurWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu