Hoofdstuk 8

1.2K 38 4
                                    

We lopen door de grachten in Amsterdam. Om me heen zie ik dezelfde soort huizen, overal fietsen staan en een pikzwarte gracht. Buiten is het ook pikzwart. Het enige wat er voor zorgt dat je een beetje kan zien zijn de lantaarnpalen. "Jeeezus man'' ''Ik zie geen flikker'' begint Koen weer te klagen. Hij pakt zijn telefoon en schijnt met de flits van zijn telefoon op de grond. Koen begint over van alles en nog wat te klagen. Normaal gesproken erger ik me dood als iemand zoveel klaagt. Maar ik vind het niet erg. Deels omdat het door de drank komt en deels omdat Koen het is.

Je kan niet niet van Koen houden.

''Het feestje kan beginnen'' Raoul loopt juichend richting de ingang van de club. ''ID graag'' Die klinkt niet heel enthousiast. Ik graai in mijn broekzak. Mijn portemonnee is weg. Ik voel voor de zekerheid ook in mijn andere broekzakken. Niks. Ineens krijg ik een flashback. Ik verloor een weddenschap, waardoor ik Rob een tientje moest betalen. Daarna heb ik mijn portemonnee op de keukentafel neergelegd. Ik tik Milo die naast me staat aan. ''Wat?''

''M'n portemonnee met daarin mijn ID-kaart ligt nog bij Koen. ''Meen je niet'' Ik kan niet aan zijn gezicht aflezen of hij nou baalt of niet. ''Jammer dan'' zegt het meisje die ons hielp geïrriteerd. We worden half aan de kant geduwd door de mensen achter ons. ''En nu?'' vraag ik aan Milo. ''Dan gaan we wat anders doen'' stelt hij voor. Het lijkt er nu zelfs op dat hij er blij mee is. ''Ik ga echt niet nog eens dat hele end lopen'' Ik lach en knik. Ik heb ook echt geen zin om helemaal terug te lopen, laat staan heen en terug.

''Er komt zo ook een vriend van mij'' ''En we zouden nog naar een andere club gaan'' ''Een club waar je geen ID hoeft te laten zien'' vervolgt hij. ''Ah geweldig toch?'' Ik ben benieuwd naar de vriend waar hij het over heeft. Milo heeft ons wel eens verteld dat hij geen vrienden naast ons had en zich daardoor soms best alleen voelde. Ik heb hem altijd een goede vriend gegund. Niet dat wij geen goede vrienden zijn, maar gewoon iemand waarmee hij kan zijn als wij er niet zijn.

''Daar is die'' Ik kijk naar dezelfde richting als dat Milo kijkt. Ik zie een bruin harige jongen. Strak in pak. ''Heey'' De bruinharige jongens' ogen glinsteren in het licht. Zodra hij dichter in de buurt komt geeft hij Milo een knuffel. ''Hoi'' glimlach ik naar hem en geef hem een hand. ''Frank'' ''Matthy'' We lopen met z'n drieën langs alle terrassen. "Dus waar gaan we naartoe?'' Vraag ik. ''Laat je verrassen'' Zegt Frank. Onderweg verteld hij me alle verhalen over wat Milo allemaal uit heeft uitgespookt. Ik wist dat Milo een vies ventje was, maar dit bevestigd dat wel echt. Ik sta letterlijk met open mond te luisteren. Ergens doet Frank me wel erg aan Milo denken. Beide een  grote mond en een klein hartje. Ik ken Frank nog niet zo goed, maar ik vind het nu al een top gozer.

''We zijn er'' Ik wil een stap naar achter zetten, zodat ik nog net de naam van de club kan lezen, maar Milo trekt me terug en slaat een arm om me heen. ''Frank wilde weten of je bezet was'' Milo stelt het zo voor alsof hij het niet weet. ''Nee dat ben ik niet'' zeg ik. ''Jij geen chickie?'' vraag ik terug. ''Ik doe niet aan chickies'' zegt hij. Ik weet precies wat hij bedoeld. ''Ik ook niet'' Ik daag het ergens een beetje uit. Ik zie ze beide al met een fronsende blik naar me kijken. Meer een vragende blik. Daar ga ik niet op in. ''Drankje?'' Frank gaat tussen ons in staan en slaat een arm om ons beide heen. ''Doe maar een baco'' ''Zelfde voor mij'' antwoord ik erachter aan.

''Wat vind je van hem?'' Ik merk aan Milo dat hij erg benieuwd is naar mijn antwoord. ''Leuke jongen'' zeg ik. Hij lacht. ''Is die ook'' ''Kijk es aan'' Frank komt aanlopen met drie baco's. ''Heerlijk'' Milo steekt een vinger in zijn lucht. Een teken dat we moeten luisteren. Ik herken het nummer niet. Frank blijkbaar wel, want hij kijkt verrast. Milo steekt zijn hand uit naar Frank. Frank neemt hem bij de hand en ze lopen met z'n tweeën de dansvloer op. Vanaf de plek waar ik sta kan ik ze precies zien. Het is waarschijnlijk een nummer waar ze vaker op hebben gedanst. De pasjes die precies passen op het ritme, de schijnwerpers die de grote glimlachen op hun gezichten verduidelijken en het drinken dat net niet over het randje van de beker klotst. Alles klopt. Het beeld is perfect. Misschien wel kloppend.

Dromen in KleurWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu