12. Jasmijn

37 2 8
                                    

Verschillende gevoelens stromen door me heen. Tim heeft Zamir binnengelaten. Maar waarom? Om hem te provoceren? Om mij bang te maken? Hem jaloers te maken?

Ik weet niet wat ik moet doen. Moet ik tevoorschijn komen? Moet ik Zamir om hulp smeken? Of moet ik me verscholen houden, omdat hij me anders weer mee zal nemen naar de hel waar ik net uit ben ontsnapt?

Ik leg mijn oor tegen de deur aan en probeer een glimp van hun conversatie op te vangen. Er hangt een zekere, ondraaglijke spanning waarbij Tim zo te horen de macht heeft. Hij daagt Zamir uit door overdreven vriendelijk te zijn.

'Zet je maar neer. Wil je eens proeven van het bier dat mijn beste vriend en ik hebben gemaakt? Het is heerlijk,'zegt Tim.

'Waar is Jasmijn?' Gromt Zamir.

'Ze ligt in mijn bed, waar ze hoort,' provoceert hij lacherig.

'Je bent een freak,'hijgt Zamir,'een geobsedeerde freak.'

'En wat ben jij dan?' Lachte Tim,'een moordenaar, een verkrachter, een pooier, ik kan zo nog wel even doorgaan...'

'Laat haar vrij,'Zamir's bevel is koud. Als Tim hem zou laten gaan, zou Zamir er alles aan doen om hem te doden.

'Zodat je haar weer door die hel kan sleuren? Je kent haar niet. Je weet niet wat ze nodig heeft.'

Er klinkt wat geschuifel, wat me doet vermoeden dat Zamir boos is rechtgesprongen.

'Laat haar gaan, verdomme! Je hebt geen idee hoeveel geld ik nu misloop door jouw dwaze actie... je hebt geen idee hoeveel klanten ik heb moeten teleurstellen.'

'Ik hoop dat het er veel waren,'grijnst Tim.

'Je vliegt de gevangenis in, dude,'lachte Zamir hem uit,'dan zie je haar nooit meer terug. Grappig dat je zo naïef bent in het rechtssysteem.'

'Wie gaat me verraden?' Daagt Tim uit,'jij? Wie is er hier naïef? Jij verlaat mijn hut niet levend, dat besef je toch wel?'

Het wordt even stil. Ik druk mijn oor harder tegen de deur aan.

'Wat ga je doen? Me afknallen?' Vraagt Zamir en heeft moeite met het verbergen van de angstige trilling in zijn stem.

'Misschien,'zegt Tim droogjes,'maar ik heb eigenlijk een beter idee.'

Ik leun nog dichter tegen de deur aan. Ze zijn weer stil. Té stil.

Maar dan wordt de deur plots met een deur opengetrokken waardoor ik mijn steun verlies, naar voren val en bijna in de armen van Tim beland. Hij klemt zijn handen om mijn polsen zodat ik op hem kan steunen.

'Was je ons lekker aan het afluisteren, nieuwsgierige meid?' Lachte hij en begeleidt me naar de woonkamer waar Zamir staat.

Ik kijk hem aan met knikkende knieën. Zijn blik is koud, nu kouder dan anders. Het kan hem niet schelen dat ik überhaupt nog leef. Hij rolt zelfs met zijn ogen als hij het verband om mijn been ziet. Hij ziet die schotwonde namelijk als een daling in mijn "waarde". Zo moest ik ook altijd alle blauwe plekken die hij me bezorgde, bedekken onder dikke lagen make-up.

'Ben je met hem naar bed geweest?' Vraagt hij me binnensmonds.

'Nee,'zeg ik en zet een paar stappen dichter naar hem toe,'hij houdt me gevangen, maar hij heeft me niet betast of-'

'Zie je nu hoe waardeloos je bent?' Grinnikt Zamir dan,'zelfs je geobsedeerde ontvoerder wil nog niet met je naar bed. Je was weer niet aardig tegen je klanten, hé? Koppig, nutteloos schepsel. Ik hoop dat je beseft dat ik je kop zou hebben ingeslagen als die freak hier niet was om zijn wapen op me te richten.'

LavendelWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu