1. The cold never ends

32 2 2
                                    

Tw: mention of death. Tw start bij het voorstellen van Straumas, en eindigt aan het eind van die alinea.

Pov: Jeremy

'Fuck!' Het vuur gaat weer uit, en de lucifers zijn bijna op. 'Rustig Jer, het komt goed.' Ik voel een hand op mijn been en kijk opzij. Daar zit Kira, mijn zus. Ik wil zo graag een beter leven voor haar. Ze verdient het niet om in een nacht in december buiten te zitten. Ze verdient om binnen te zitten, in een warm bed met een verwarming. Ze verdient het om voor eens in haar leven veilig te zijn voor Straumas.

Straumas is de meest ijzige keizer die het land heeft gehad. Er is veel veranderd sinds Diolus is gestorven. Het land is in armoede, behalve de keizer en zijn vrienden. Ook zijn er veel wetten aangepast en bijgekomen. Zo is de doodstraf weer ingevoerd voor elke burger die de keizer of zijn naaste familie tegenspreekt. Oftewel, hij en zijn zoon, want verdere naaste familie heeft hij niet. Zijn moeder is overleden in een ongeluk toen hij nog een kind was, zijn vader is 20 jaar geleden overleden aan ziekte. Zijn vrouw is van de een op de andere nacht gestorven. De ene dag was ze kerngezond en de volgende dag was ze dood. De geruchten gaan dat hij haar vermoord heeft, maar bewijs is nooit gevonden. Zijn zoon is niet veel beter dan hemzelf. Hij heeft een aantal gruwelijke moorden op zijn naam staan. Daarom wordt hij ook wel de Dark prince genoemd. Een van de raarste regels is dat elke dag iedereen om 12 uur hetzelfde deuntje op moet dreunen. "De wereld is niet perfect, maar het is niet zo slecht. Als we elkaar hebben, is dat alles wat we hebben. Ik ben je onderdaan en ik zal je volgen. Je moet weten dat ik er voor je ben. De wereld is niet perfect, en de wereld is niet aardig. Als we elkaar hebben, zullen we beiden goed zijn. Ik ben je onderdaan en ik zal je volgen. Je moet weten dat ik er voor je ben." Er zit geen logica in de tekst, en niemand weet waarom we het doen.

'Jer?' Kira's stem brengt me terug naar het hier en nu. 'Hmm? Sorry, ik was even ergens anders met mijn gedachten.' Ik probeer het vuur weer aan te steken, maar ik voel dat er druppels beginnen te vallen. Ik kijk naar de stadsklok. 4 uur 's ochtends. Nog 3,5 uur voordat de zon opkomt. Ik kijk weer gefrustreerd naar het vuur. We hebben echt warmte nodig... Ik trek Kira tegen me aan. 'Probeer wat te slapen. Ik maak je over drie kwartier wakker.' Ze knikt en nestelt zich tegen me aan. Al snel voel ik haar ademhaling zwaar en regelmatig worden. Ik probeer zo min mogelijk te bewegen en pak het luciferdoosje. Er zitten er nog 3 in. Als het niet snel ophoudt met regenen hebben we een probleem. We kunnen niet onderkoelt raken. Niemand geeft om een jong volwassene en een tiener die op straat liggen. De tijd strijkt langzaam voorbij, en na een tijdje maak ik Kira wakker. We lopen een beetje heen en weer, en gaan daarna weer zitten. Het miezert nog een klein beetje. Ik twijfel en besluit dat ik het vuur nog een keer kan proberen aan te steken. Ik strijk de lucifer af en steek 1 van de kleinere takken aan. Die leg ik tussen de rest. Al snel likt het vuur aan de andere takken. Eindelijk, warmte. Kira schuift iets dichter op het vuur. Met het geluid van knapperend hout val ik in slaap.

Ik wordt wakker van een plens water in mijn gezicht. Ik kreun. Ik hoor het vuur nog na smeulen. Langzaamaan open ik mijn ogen. Bovendien mij zie ik het lachende gezicht van Kira. "Niet grappig" grom ik. Maar als ik eenmaal de pret in haar ogen zie vergeef ik het haar ook weer meteen. Ik druk mezelf lachend overeind en trap de nasmeulende resten van het vuur uit. "Kom we gaan naar de markt." De markt is een plek voor letterlijk alles. Van eten tot middelen tot werk en als je geluk hebt kan je zelfs onderdak regelen. Dit gebeurt allemaal langs Straumas heen. Daarom wordt het ook wel de zwarte markt genoemd. Ik koop wat lucifers en loop naar het werkdeel. Opeens zie ik daar de eigenaar van het zilveren varken staan.

Het zilveren varken is een bekend restaurant. Van wat ik heb gehoord is het eten voortreffelijk. Alleen de rijken kunnen zich een diner veroorloven. Ze hebben alleen het beste van het beste, van kaviaar tot kikkerbilletjes. Als het duur is, hebben ze het. Het restaurant heeft een uitmuntende reputatie, mede door de eigenaar. De eigenaar, genaamd meneer Hutax, is een rijke, beleefde en aardige zakenman. Hij staat altijd open voor een praatje. Nou ja, met zijn klanten en medewerkers dan. Hij heeft een sympathieke uitstraling en is erg modieus. Hij draagt nu een pak met een rode stropdas, die goed bij zijn ogen kleurt.

Ik kijk waar Kira is. Ze staat bij het eten. "Kir!" Ze draait zich om en ik wenk haar. Ze komt aanlopen, niet te spoedig, wat ervoor zorgt dat ze niet verdacht wordt van diefstal, maar ook niet te traag. Spoedig, maar niet te spoedig, komt ze bij me aan. "Wat is er?" Ik knik richting meneer Hutax. "Ik ga kijken of hij wek heeft. Wil je mee?" Ze knikt. Samen lopen we op hem af. "Dag meneer, heeft u misschien werk voor ons?" Hij bekijkt ons grondig, alsof hij probeert te zien wat er in ons omgaat. Dan knikt hij. "Jij" en hij wijst naar Kira, "bent de perfecte serveerster." Hij kijkt me aan. "Jij past beter in de keuken. Vinden jullie dat goed?" Kira knikt, maar ik verzet me. "Meneer, ik kan niet geweldig koken." "Ik zei toch ook niks over koken?" Een kleine glimlach bereikt zijn gezicht. "Willen jullie even meelopen?" Hij leidt ons de markt uit, naar het zilveren varken. We lopen via een zij-ingang naar binnen. "Jullie snappen natuurlijk dat jullie werkkleding aan moeten. Wacht, laat me het pakken." Hij verdwijnt in een kamer en wij wachten op de gang. Zelfs hier is alles chique. Het redelijk smalle gangpad is erg hoog, met bovenin een aantal schilderingen. De muren zijn verrijkt met wanddecoraties en het licht is prachtig. Meneer Hutax komt weer naar buiten met een blouse en een rokje. "Ik hoop dat dit past, want dit is het enige wat ik momenteel ter beschikking heb." Kira pakt het aan. "Kan ik me ergens omkleden?" Meneer Hutax wijst op een kamer die eruit ziet als een toiletruimte. Kira verdwijnt in de kamer en meneer Hutax loopt de kamer weer in. Hij komt redelijk snel weer terug met een pak en een schort. "Jij kan je omkleden als je zusje klaar is." Niet al te veel later komt Kira terug. Het rokje is nogal kort, en het bovenste knoopje van haar blouse kan niet dicht.

"Het zit... nogal krap." Meneer Hutax kijkt even naar de outfit. "Het spijt me, ik heb echt niks groters." Kira kijkt me twijfelend aan. Ik weet ook niet goed wat ze moet doen. Aan de ene kant is het eigenlijk nogal kort, maar we hebben het geld nodig. Ik knik haar bemoedigend toe. "Het is oke..." Ik loop nu naar de ruimte waar Kira net uitkwam. Zoals ik verwachte is het een toiletruimte. Het is een stuk ruimer en luxer dan ik verwacht had, maar volgens mij geld dat voor alles in dit gebouw. Als je denkt dat het niet chiquer kan kom je in een nieuwe ruimte die nog chiquer is dan de ruimte daarvoor. Ik kijk naar mijn kleren en herinner me dat ik hier kwam om me om te kleden, niet om me te verwonderen over het restaurant.

Als ik naar buiten loop zit ik in een strak pak met een schort ervoor. Naar mijn idee ziet het er nogal raar uit, maar het zal wel. Meneer Hutax knikt goedkeurend. "Lopen jullie maar mee." Hij leidt ons naar de keuken. "Lorens, wil jij deze jongedame even uitleggen hoe het tafelsysteem werkt?" Meneer Hutax en ik lopen door. "Jij mag afwassen, daar is jouw plek." Hij draait zich om en loopt weg. Ik blijf een beetje verward staan, maar iemand loopt half tegen me aan, waardoor ik besef dat ik beter naar de wasbak kan lopen. Naast me staat een meisje met roze haar. Ze lijkt iets jonger dan ik. Ik schat rond de 20. "Hey."

If we have each other ~Liry~Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu