Deel 2: de toekomst

5.3K 220 164
                                    

Bedankt voor alle lieve reacties❤️

Het lijkt een eeuwigheid te duren voordat hij terug komt. Bryce zet het glas water op het nachtkastje neer. "Wat is dit voor water?" Ik kijk naar het water en zie dat het een aparte kleur heeft. "Er zit een aspirientje in. Dat zeiden ze aan de telefoon" zegt hij er snel achteraan.

Ik knik en drink in één slok al het water op. "Komen ze al bijna?" Bryce knikt.

Ik voel mijn ogen zwaar worden. Ik sluit ze voor een seconde, maar heb niet de kracht om ze weer te openen.

Bryce's p.o.v.

Haar telefoon blijft maar rinkelen. Ik word er gek van. Ik kijk op het schermpje en zie dat het Zayden is. Alweer. Ik houd haar mobiel hoog in de licht en smijt het hard op de grond. Haar mobieltje spat uit elkaar en ligt in 5 stukken. Zo, stilte.

Shit, natuurlijk gaat hij mij nu bellen.

Ik tel af van 5 naar 1 en precies na 1 gaat mijn telefoon over. Ik kijk op het schermpje. Ik zucht. Natuurlijk is het Zayden.

Ik besluit maar een keer op te pakken. "Zayden. Met Bryce" zeg ik zo kalm mogelijk.

"Waar the fack is Allison? En waarom neemt ze haar telefoon niet op?" Shit, hij klinkt boos. "Die slaapt denk ik nog" antwoord ik. "Denk ik?!" Ik hoor hem met een deur smijten. Hij moet echt aan zijn woedebeheersing werken.

"Ik ga wel even kijken" zeg ik terwijl ik richting de trap naar boven loop. "Ja, schiet nou maar op" reageert hij kortaf.

Ik weet wat in de slaapkamer aan ga treffen, maar hoe ga ik zorgen dat Zayden niks vermoed. Zachtjes zucht ik.

Ik doe de deur open, maar vergeet te kloppen. Zayden heeft me beveelt dat ik altijd moest kloppen. Snel klop ik nog even drie keer, zodat hij het hoort. "En?" Hij klinkt ongeduldig. "Oh, de douche staat aan. Ik denk dat ze onder de douche staat. Allison, heb je nog lang nodig?"

Ik wacht even, zodat het iets geloofwaardiger klinkt. "Ze zegt dat ze je met 5 minuten terug belt en dat ze je erg mist" zeg ik terwijl ik al spijt krijg dat ik 5 minuten heb gezegd. Hoe ga ik dit zo snel oplossen.

"Oké" zegt Zayden terwijl hij al ophangt. Ik loop richting Allison en kijk hoe ze levenloos op het bed ligt. Ik luister even of ik haar hartslag hoor, die is er nog.

Een kleine lach verschijnt op mijn lippen terwijl ik haar aanstaar. Ik pak de foto uit mijn zak en kijk ernaar.

Het is een foto van Allison. Hier was ze zestien jaar. Ze ligt te slapen. Veilig in haar bed. De dekens heeft ze over zich heen getrokken tot net onder haar kin. Haar handen heeft ze onder haar hoofd en ze ligt op haar zij. Ik heb haar jaren bekeken. Jaren, maanden, weken en zelfs uren gewacht op het goede moment om mezelf voor te stellen aan haar. Ze zou me geweldig vinden. Ik had het moment zo vaak afgespeeld in mijn hoofd. En toen was het moment er ineens. Haar ex-vriendje Keegan viel haar aan. In het bos. Niemand zag haar. Niemand zag mij. Ik moest haar helpen. Zij was van mij.

Totdat Zayden haar zag. Had ik haar nou maar nooit mee terug genomen. Wist ik veel dat hij om haar zou geven. Ik had haar meteen mee moeten nemen. Dan was ze nu verliefd op mij en niet op hem. Ze waren zo gelukkig samen. Ik moest er iets tegen doen. Dus ontnam ik haar hetgeen waar ze het meest van hield. Haar zusje.

Ik aai met mijn hand over haar hoofd. Ik draai haar op haar zij en leg haar handen onder haar hoofd. Precies zoals op de foto. Ik pak mijn camera en maak een foto van haar.

"Als je is zou weten wat de toekomst ons gaan brengen. Wij gaan zo gelukkig worden samen" fluister ik zachtjes in haar oor.

Allison's p.o.v.

Ik probeer mijn ogen te openen, maar ze zijn te zwaar. Ik voel een kloppende pijn in mijn hoofd. Ik hoor iemand dichterbij komen. Wie is dat? Zayden? Nee, hij is net weggegaan. Alles komt weer naar binnen razen. De pijn. De baby. Het ziekenhuis! Ja, ik ben vast in het ziekenhuis. Bryce heeft de ambulance gebeld, toch?

Opeens word er over mijn hoofd geaaid. Mijn hart begint sneller te kloppen. Wie is dat? Ik voel dat ik word verplaatst, en ik kan er niks tegen doen. Zachtjes hoor ik iemand iets fluisteren. Het is Bryce. Ik hoor niet goed wat hij zegt. Een klein poosje later hoor ik voetstappen richting de deur lopen. Is hij weg? Ik hoop het. Ik probeer nog één keer om mijn ogen te openen, maar het lukt niet. Langzaam zak ik weer weg in een diepe slaap.

Zijn bezitWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu