0.5

69 10 0
                                    

Weer een slechte dag op school gehad. Weer in elkaar geslagen. Weer uitgescholden.

Soms ben ik er echt klaar mee. Ik begrijp niet dat mensen dit soort dingen kunnen doen. En ik weet dat het waarschijnlijk toch wel weer allemaal mijn schuld is. Maar ik bedoel, waarom moet je mij dan elke dag hebben? Als er maar iemand was die om me gaf, of me gewoon steunde.

Ik voel nog een klap in mijn gezicht, en een stomp in mijn maag. Ik begint te kokhalsen waardoor ze beginnen te lachen. "Kijk hem nou, hij moet gewoon kotsen." Met veel moeite sta ik op en probeer ik weg te rennen. Een van de jongens steekt zijn voet uit waardoor ik bijna struikel. Ik strompel met pijn naar huis en voel dat iedereen me aan kijkt.

Ik loop het lelijke huis in en gooi mijn tas en jas op de grond. Ik voel dat er bloed uit mijn neus stroomt waardoor ik met tranen in mijn ogen naar boven ren. "Harry, wil je wat eten?" hoor ik mijn moeder naar me roepen. "Nee, ik blijf boven voor een tijdje." zeg ik en voel een brok in mijn keel vormen.

Ik ren mijn kamer in en laat mezelf op mijn bed vallen. Met mijn gezicht in mijn kussen beginnen de tranen te stromen. Ik zit nu al een maand op school, en ben elke dag wel in elkaar geslagen. Bij die gedachte schreeuw ik in mijn kussen.

Ik voel weer een koude wind vlaag door mijn krullen en niet veel later voel ik iemand naast mij komen zitten op mijn bed.

"Harry?"

Ik kijk langzaam naast me en zie vaag iemand zitten. Het is Louis. Meteen veeg ik mijn tranen weg en ga ik recht op zitten.

"Oh, hey." zeg ik met een neppe glimlach. Louis staart me bezorgd aan en gaat dicht op me zitten.

"Wat is er aan de hand?" vraagt hij en doet een arm om me heen. Meteen krijg ik een rilling.

"N-niks, het is niks." zeg ik en voel weer tranen op komen.

"Zeg het maar, ik ben hier om je te helpen." zegt Louis glimlachend. Ik doe mijn hoofd op zijn schouder en zucht.

"Ik trek het gewoon niet meer in dit huis, Louis." Ik hoor Louis zuchten. "Zeg dat niet, het gaat wel goed komen ik beloof het." zegt hij en wrijft met zijn hand over mijn rug. "Ik ga er voor zorgen." zegt hij dan. Er verschijnt een glimlach op mijn gezicht.

"Dankje." zeg ik na een tijdje. "Waar ben je dankbaar voor?" Louis kijkt me met een grijns aan. Ik zucht. "Dat je me probeert te helpen." Ik zie Louis glimlachen en gaat met zijn duim voorzichtig over mijn wang. "It's okay."

beautiful murdererWhere stories live. Discover now