Je bent laat (bruiloft deel I)

304 22 23
                                    

Gilan hield Bles in op de heuvel om van het uitzicht te genieten. De zon was net aan het ondergaan en baadde kasteel Redmont in een rode gloed. 'Wat is het toch prachtig.'
Degene die daar beneden op je wacht is ook prachtig.
'Noemde je haar nou net prachtig?'
Ze is in ieder geval niet lelijk.
'Wie zegt trouwens dat ze er al is?'
Als ze er nu nog niet is, komt ze niet. Jij hebt expres extra lang gewacht met weggaan om zeker te weten dat ze er is.
Daar had zijn paard een punt. Zonder nog een woord te zeggen spoorde hij Bles aan tot een galop en ging recht op de poort van het kasteel af.

Op de binnenplaats was het een drukte van belang. Bedienden liepen af en aan en de heerlijkste geuren stegen op uit de keukens. Langzaam liep Gilan naast zijn paard in de richting van de stallen, elk gezicht van de mensen in zich opnemend op zoek naar dat ene, smalle gezicht.

Na Bles afgegeven te hebben aan een gestreste staljongen, liep de jonge Jager het kasteel binnen. Nadat een bediende hem naar zijn kamer had gebracht, gooide hij zijn spullen op het bed. Zuchtend liet hij zich in een stoel vallen en voelde of het doosje nog veilig in zijn zak zat. Toen dat inderdaad het geval was, verliet hij de kamer weer.

Met zijn gedachten ver weg slenterde Gilan door de gangen. Opeens botste hij tegen iemand op. 'Excuseer me...,' begon hij, tot hij zag tegen wie hij aangebotst was.
'Carly!' riep hij blij uit.
'Gilan!' Ze omhelsden elkaar en hij snoof de zoete geur van haar haar op. 'Ik heb je gemist, Lyn.'
'Ik jou ook, Gil.' Ze maakte zich los uit zijn omhelzing en ging toen op haar tenen staan om hem een kus te geven die hij gelijk beantwoordde.

Gilan kon niet zeggen hoeveel tijd er verstreken was toen hij zijn lippen eindelijk losmaakte van die van Carly, maar koning Hendrik was er ondertussen bij komen staan.
'Alles goed, Gilan?' vroeg die hem.
'Nu wel,' grijnsde Gilan met zijn arm om Carly heen.
Hendrik gaf hem een knipoog en liep weg.

Gilan en Carly volgden hem even later.
'Kan jij het geloven?' vroeg Carly.
'Helemaal niet.' Gilan schudde zijn hoofd waardoor er wat haar in zijn ogen viel dat hij nonchalant wegveegde. 'Het is dat ik de uitnodiging met mijn eigen ogen heb gezien, anders had ik het niet gelooft.'

De rest van de weg vervolgden ze in stilte, zo'n stilte waarin woorden teveel zijn. 'Je bent laat,' verbrak Carly de stilte toen ze nog maar één gang van de eetzaal verwijderd waren.
'Het spijt me. Ik... wilde zeker weten dat jij er was en daarom heb ik zo lang gewacht.'
'Oh, Gilan.' Ze drukte een kusje op zijn wang en liet toen zijn hand los. 'Kom je bij ons zitten, of...?'
'Ik denk dat dat niet zo'n goed idee is. Zie ik je vanavond nog?'
Ze knikte een paar keer enthousiast. 'Zeker. Acht uur op de binnenplaats?'
'Afgesproken!'

>>>------>                                            <------<<<

Om stipt acht uur 's avonds stond Gilan op de binnenplaats. Carly verscheen een paar minuten later. 'Je bent laat,' begroette Gilan haar.
Als reactie stak ze haar tong uit.
'Nou, dat is ook niet heel hoffelijk.'
'Hou alsjeblieft je mond, Gilan. Ik hoor dag in dag uit al dat wat ik doe niet 'hoffelijk' is.'
Tegelijk schoten ze in de lach.

Lachend liepen ze richting de poort. Die was al gesloten, maar door een deurtje konden ze er toch uit. Hand in hand slenterden ze richting Wensley. Ze praatten over van alles en nog wat, dingen die hen overkomen waren, dingen die ze elkaar al verteld hadden in brieven maar nog niet heel duidelijk en over veel meer.

Op een bankje voor de herberg namen ze plaats, Carly met haar hoofd op Gilan's borst. Gilan speelde met Carly's bruine haar en liet het zachtjes door zijn vingers glijden, verbaasd over de zachtheid ervan.
'Je haar is echt zacht, Lyn.'
Ze grinnikte alleen maar.

Het was wederom Carly die de stilte verbrak. 'Ik kan het nog steeds niet geloven. Halt die gaat trouwen. Ik dacht eigenlijk dat hij voor altijd in zijn eentje in dat hutje in het bos zou blijven wonen.'
'Ja, het is vreemd. Ik kan echt niet wachten om Halt morgen te zien. Ik heb gehoord dat vrouwe Pauline Halt heeft gedwongen om naar de kapper te gaan.'

Carly schoot in één keer overeind. 'Wat?! Heeft ze dat serieus gedaan?'
'Volgens Will wel. Ik sprak hem net en hij zei dat daar Halt bijzonder chagrijnig over was.'
Lachend schudde het meisje haar hoofd en leunde weer tegen de jonge Jager aan.

'Ik wil dat deze avond nooit ophoudt. Ik wil je niet weer achterlaten.'
'Ik wil jou ook niet weer achterlaten, Lyn,' mompelde Gilan. Zijn hand ging naar zijn zak en haalde langzaam het doosje dat erin zat eruit.

'Lyn...,' begon hij, maar hij werd onderbroken door een hoop geschreeuw. Plotseling werd de deur van de herberg opengegooid, wat hen beiden deed opschrikken. Een man, duidelijk dronken, werd hardhandig naar buiten geduwd. 'En blijf weg!' hoorden ze voordat de deur werd dichtgesmeten.

De dronken man krabbelde langzaam overeind en ze keken toe hoe hij weg stommelde.

'Wat wilde je zeggen, Gil?' vroeg Carly toen de man weg was.
'Niets,' antwoordde die en hij stopte het doosje weer terug in zijn zak.

Carly ging weer tegen hem aan liggen en toen ze een halfuur later in slaap viel, droeg hij haar terug naar het kasteel zoals hij haar vele jaren geleden ooit in Gallica gedragen had. Na een zacht kusje op haar neus te hebben gedrukt, liep hij weg naar zijn eigen vertrekken.

Mijn excuses voor het ietwat korte hoofdstukje, maar ik hoop dat jullie het hoe dan ook toch leuk vonden! Zoals de titel al zegt, gaat dit een meerdelige 'special' worden (ik heb nog geen idee hoe lang hij eigenlijk gaat worden, maar dat zie ik dan wel weer xD). Hopelijk vinden jullie hem leuk en vermoorden jullie me aan het einde niet!

Dag, dag mijn Jagertjes.

Xx Charlie

De Grijze Jager, De Onvertelde Verhalen (gaat herschreven worden)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu