Stefan

348 66 24
                                    

Hemeltje, Stefan

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

Hemeltje, Stefan.

Ik vraag me af wat jij zou zeggen als je nu op mijn plaats zou staan, voor deze overvolle zaal in dezelfde kerk waar we vroeger nog samen onze eerste communie gedaan hebben. Met welke bevlogen woorden zou jij de aandacht van iedere aanhoorder vasthouden? Met welke beeldspraak zou jij over de wereld en jezelf vertellen? Ik weet zeker dat ik jou nooit zal evenaren, net zoals ik weet dat geen enkel woord jou zal kunnen beschrijven.

Je bent altijd bijzonder geweest voor mij. Stiekem hoopte ik dat ik dat ook voor jou was. Weet je nog, onze eerste ontmoeting? We waren drie jaar oud en ik moest voor het eerst naar de kleuterklas: ik huilde tranen met tuiten toen mijn moeder me voor deur afzette. De kleuterjuf deed allerhande pogingen om me te troosten, maar ik bleef huilen terwijl groene snottebellen als stormvloeden uit mijn neus liepen. Tot jij naast me kwam zitten en je me een DUPLO blokje aanreikte; ik mocht de laatste steen leggen aan de toren die je al de hele voormiddag aan het bouwen was geweest!

Sindsdien heb ik je nooit meer losgelaten.

Je was mijn beste vriend. Jaren aan een stuk. Al die zwoele zomerdagen, wanneer we samen op straat speelden en figuurtjes tekenden met stoepkrijt; al die druilerige herfstdagen, wanneer we stiekem op jouw dak kropen en de regendans deden; op die ijskoude winterdagen, wanneer we samen een iglo bouwden en de beste Eskimo in ons naar boven haalden; op die prille lentedagen, wanneer we onze boterhammetjes opaten onder het eerste zonnetje en de vogels boven onze hoofden hoorden tsjilpen.

Al snel begreep ik dat je meer voor me was. Op een gegeven moment waren we eventjes een stelletje. Dat was in het jaar dat we les kregen van juf Viviane. Ik weet niet meer waar het precies fout liep. Ik denk dat ik een keer kwaad op je was geworden toen je weigerde om touwtje met me te springen.

Desondanks weet ik nog precies waarom ik op je viel. Het was moeilijk om aan je charmes te weerstaan. Jij zei altijd het juiste. Telkens sloeg je de nagel op de kop. Jij durfde tegen de stroom in te gaan, rebels als je was, maar niemand nam het je kwalijk. Jij wist iedereen zonder moeite te overtuigen van je gelijk, ook als je ongelijk had. Steeds gewiekst, niet op je mondje gevallen en soms zelfs ronduit bijdehand. Eigenlijk was je best een etterbakje; net daarom vond ik je zo leuk.

Oh Stefan, wist ik veel dat net dit ooit tot jouw dood zou leiden.

Toen we twaalf jaar waren, gingen we naar dezelfde middelbare school. Ook daar bleef je mijn beste vriend. Nochtans was onze vriendschap nooit vanzelfsprekend geweest. Jij was populair, ik niet. Nog meer dan eerder kwam jouw retorische talent tot uiting: je zetelde in de schoolraad, in de leerlingenraad, in de debatclub tijdens de middagpauze, in iedere jeugdvereniging van ons dorp. Je had een druk leven.

Bij mij waren het echter vooral mijn puberale hormonen die tot uiting kwamen. Misschien was het stom. Misschien was het het allemaal niet waard. Ik wist dat ik een groot risico nam door het je te vragen. Toch waagde ik het erop. Na al die jaren sudderde er iets diep in mij. Ik dacht dat jij misschien hetzelfde voelde.

Je hebt me toen zwaar gekwetst, Stefan. Eigenlijk wil ik er niet meer aan denken. Ik weet dat het niet je bedoeling was. Ik heb het mezelf lang verweten. Door slechts een paar woorden was plots alles weg. Alles werd plots zo gecompliceerd. Ik durfde je niet meer onder ogen komen. Daarom dacht ik dat het beter was dat we elkaar niet meer zouden zien. Het was misschien laf, maar op dat moment leek dat gewoon het beste.

De jaren daarop heb ik nauwelijks wat van je gehoord. Soms kruiste ik je met mijn fiets terwijl we elk naar onze eigen school gingen, waar we dat vroeger altijd samen deden. Ik deed meestal alsof ik je niet zag. Ergens hoopte ik dat je me op een dag misschien een berichtje zou sturen of dat je plots voor mijn deur zou staan, maar dat gebeurde nooit.

Ik zag je voor het eerst weer toen we gingen studeren. Bij toeval zag ik je daar, op dat studentenfeestje in de parochiezaal van ons dorp. Jij zag mij ook en tot mijn verbazing kwam je naar me toe. Ondertussen had ik mijn gevoelens een plaats kunnen geven en we praatten alles uit; zo kwam ik te weten dat je intussen lid was geworden van een nieuwe linkse partij en dat je was uitgeroepen tot voorzitter van de jeugdige tak. Je sprak over je ambities en dat het je niet zo stille droom was om ooit premier te worden. Na al die tijd was je nog geen haar veranderd.

Misschien is verandering niet altijd iets slechts.

Je was de rijzende ster in ons dorp: iedereen kende je, zowel de jongste als de oudste generaties. Het verbaasde me en tegelijk ook weer niet. Charisma is een gave, een zeldzaam aangeboren goed. Ik was trots op je en tegelijk wilde ik dat je ermee stopte. Zoals altijd, wilde je echter niet naar mij luisteren.

Nadat je het goed had gedaan bij de gemeenteraadsverkiezingen, merkte ook de partijtop je op. Voor je het goed en wel besefte, werd je tot het boegbeeld van de partij gebombardeerd. Jij moest de jongere kiezers aan hun kant weten te brengen. Stelletje imbecielen.

Net toen ik het gevoel kreeg dat alles weer zoals vroeger kon zijn, moest ik je delen met meer mensen dan ooit tevoren. Ik zag je vaker in het journaal dan in levende lijve. Iedere dag leek de afstand weer groter werden, hoewel ik mezelf had wijsgemaakt dat we die eindelijk overbrugd hadden.

Woorden zijn de echte machthebbers van onze wereld. Ze kunnen mensen doen zweven, geloven, hopen. Ze kunnen je doen lachen, huilen, schreeuwen. Soms hangt het leven af van een paar luttele woorden, een combinatie van letters en klanken die plots een betekenis krijgen. Een paar worden kunnen het leven en alles wat je ooit hebt opgebouwd, ineens omver gooien.

Misschien was dat wel je grootste zwakte.

Het was dom en dat weet jij ook, Stefan. Net toen je in aanmerking kwam voor een ministerpost en de inauguratie in zicht kwam, glipte alles als zand uit je handen. Ik vond het niet erg, om eerlijk te zijn. Ik hoopte dat alles eindelijk weer zoals vroeger zou worden.

Blijkbaar ben ik nog altijd even naïef.

Ik weet niet of ik je ooit zal kunnen loslaten. Misschien wil ik dat ook niet. Nooit zal ik ze vergeten, die zorgeloze dagen die ik samen met jou heb gehad. Al die keren dat je me hebt doen lachen, dat je daar voor me was. Die keer dat je me pijn hebt gedaan, waarna we plots weg waren. Nu heb ik je voor een tweede keer verloren. Deze keer definitief.

Ik zal je nooit vergeten,
Brit

OnsterfelijkWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu