De eerste stap

67 4 3
                                        

Haar zwarte haren gingen voor haar gezicht. Stilletjes zat ze aan haar boterham te eten. Alleen in de hoek van de kantine. Haar beste vriendin is vandaag ziek.

Lux staart naar haar. Hij zit een paar meter verder op, haar te bewonderen. Ze trekt zijn aandacht al sinds het begin van de brugklas en nu zitten ze beide in de vierde van het VWO. Omdat ze niet bij elkaar in de klas zitten of hebben gezeten, kent hij haar niet en weet hij niks vaan haar. Bijna niks. Het enige dat hij weet is dat ze zwarte haren heeft, grijze ogen en dat haar beste vriendin Roos heet. Dat weet hij doordat hij samen met Roos Duits en Engels heeft.
Maar hij heeft haar nooit durven aan te spreken tijdens de lessen, bang om uitgescholden te worden.
Lux heeft namelijk blauwe ogen, zo blauw als de lucht. Zijn ogen lijken af en toe heel lichtjes te veranderen. Net zoals de lucht. Daarom heeft hij amper vrienden.

De kinderen gaan niet om met freaks zoals hij of het zwart harige meisje. Alleen omdat ze net iets afwijken van het 'normale'. Natuurlijk alles wat net wat anders is wordt meteen als freak bestempeld. En daar wil je niet mee omgaan, anders gaat heel je imago er aan. Als je dat dan al hebt. Soms komen er hele wanhopige kinderen bij hem zitten. Het zijn vaak van die kinderen die de stempel 'nerd' hebben gekregen alleen omdat ze hogere punten halen dan andere en dat vinden ze een reden om ze te pesten. Lux snapt niet waarom ze het doen. Het is niet als of de pesters veel beter zijn dan dat hij is of de andere kinderen. Maar niemand doet er want aan, bang om ook gepest te worden.
Als Lux ooit het zelfvertrouwen krijgt om voor zichzelf op te komen, dan zou hij iedereen helpen die ook gepest wordt.
Maar op dit moment durft hij niet eens naar het zwartharige meisje toe te gaan, waarvan het gerucht gaat dat ze niet praat.
Hij heeft Roos wel eens horen praten over haar vriendin. Ze zei dat haar vriendin wel eens praat maar alleen als ze boos is. En ze heeft haar maar een keer horen praten en dan niet eens tegen haar. Terwijl ze al sinds ze klein zijn vriendinnen zijn.

Misschien is dat wel de reden dat hij zich zo tot haar aangetrokken voelt. Of dat hoopt hij, anders zou hij niet weten waarom.
Ik zou een keer met haar moeten gaan praten neemt Lux zichzelf voor. Als ze hier na ook een tussen uur heeft stap je op haar af.

Na vijf minuten naar haar gestaard te hebben, gaat de bel. Langzaam loopt de aula leeg maar het meisje maakt geen aanstalten om op te staan en zich in de menigte te mengen.
Het meisje heft haar hoofd op en kijkt nu recht in zijn ogen. Haar grijze ogen lijken net op grijze wolken, van die wolken die op het punt te staan om hun water te laten vallen. Maar ze zijn weer anders dan een paar secondes geleden. Ze lijken daarin wel een beetje op die van hem.

Langzaam staat Lux op. Hij heeft zijn blik los gelaten van het meisje, maar dat betekend niet dat hij het meisje met rust laat. Onzeker loopt haar naar de hoek van de aula waar het meisje ook zit. Die hem niet heel vrolijk aankijkt.
Lux zet zichzelf op paar tientallen centimeters naast het meisje. Het meisje kijkt hem aan en hij haar.

'Hoi,' probeert hij onzeker een poging te doen tot een gesprek. Hij is nooit heel goed geweest in gesprekken voeren, al helemaal niet met mensen die hij niet kent. Het is ongemakkelijk vindt hij. Je weet niet wat je moet zeggen en als het gesprek stil valt, is het vaak zo vervelend of je snijdt een vervelend onderwerp bij de ander aan maar dat weet je niet, want je kent de persoon niet. Toch probeert hij het elke keer weer opnieuw, in de hoop iemand te vinden als hij.
'Ik ben Lux en jij bent ?' Lux kijkt het meisje hoopvol aan. Het meisje rolt met haar ogen en ze haalt haar tas erbij. Even is Lux bang dat ze gaat opstaan en weg gaat lopen maar ze pak een notitieblok en pen uit haar tas en ze begint te schrijven. Haar hand met de pen gaat razendsnel op en neer op het vel en laat een slordig handschrift over. Snel begint Lux met het lezen ervan.
Om eerlijk te zijn Lux, heb ik geen zin in een gesprek anders was ik wel bij iemand gaan zitten. Teleurgesteld kijkt Lux naar beneden, zelfs een andere 'freak' wijst hem af. Is hij dan zo erg. Ze lijkt zijn teleurgestelde blik te merken en ze zucht onhoorbaar. Haar pen die ze naast haar had neergelegd, pakt ze weer op en begint met schrijven.
Nou vooruit omdat, je het vreemd genoeg, leuk vindt om een gesprek met me te voeren. Mijn naam is een Latijnse naam, net zoals die van jou. Ik ben 16 jaar en mijn hobby's zijn tekenen, lezen, films kijken en snowboarden al gaat dat hier moeilijk.
Had hij een Latijnse naam? Dat wist hij helemaal niet. Hij zat dan op het VWO maar Gymnasium deed hij niet.
'Wat betekend mijn naam dan? Ik heb het zelf eigenlijk nooit opgezocht.'
Ik dacht dat je op het Gymnasium zat aangezien je tijdens Engels en Duits bij Roos in de klas zit. Ze kent me, op een vreemd gevoel ging door zijn lichaam. Het leek wel een soort blijdschap.
'Ja, ik zit bij Roos tijdens die vakken maar ik doe geen Gymnasium. En jij?'
Rustig aan dude. Een vraag tegelijk. Ik zit niet meer op het Gymnasium ben er na de tweede mee gestopt en verder gegaan met het Atheneum. Maar dat betekend niet dat ik geen Latijn meer kan. Want Lux betekend licht in het Latijn. Na die woorden legde ze haar pen in haar leren rugzak en pakte haar blok, scheurde het papiertje er uit. Ze keek verward, geschokt maar ook boos ter gelijke tijd. Terwijl ze opstond dwarrelde het papiertje langzaam op de grond. Verbaast keek Lux er naar. Niet wetend waar dit zo vandaan kwam. Toen hij weer op keek was ze weg. Het enige wat hij zag was de aula met een erg kleine groep mensen, de tafels met stoelen en de schaduwen er van.
Af en toe leek het net als of hij het mysterieuze meisje nog kon zien, tussen de tafels aan het rennen. Maar als hij dan met zijn ogen knippert is ze weg.

Dans der SchaduwenDonde viven las historias. Descúbrelo ahora