Sem en Tobias

5 0 0
                                    

‘Tobias en Sem: dit zijn Pim en Amy, geef ze de bovenste bedden. Morgen hebben jullie training van Joshua, ik ga Amy testen.’

We liepen een kamer in, die aardig ruim was. 2 jongens staarden me aan, terwijl ze wat spullen van een bed afhaalden, en op een ander bed neerlegden.

‘Waarom krijgen zij de bovenste bedden? Wij zijn hier al langer, dus wij verdienen die.’ De langste jongen, met krullend bruin haar, staarde uitdagend naar Samuël.

‘En ik ben hier nog altijd 10 jaar langer dan jij, dus zeur niet. Jij krijgt het onderste bed, en laat me je niet betrappen er Amy of Pim weg te sturen. Sem, 50 keer opdrukken. Hup!’ Sem keek boos naar Samuël, die uitdagend naar hem zat te kijken. Uiteindelijk zakte Sem toch maar door zijn knieën, en ging opdrukken. Stilletjes fluisterde hij: ‘Weet je, ik haat jou echt.’

Er ging een rilling door me heen. Waarom zou hij Samuël haten? Samuël was juist de enige die me geholpen had!

‘Je helpt jezelf hier niet echt mee, weet je dat? Het worden er 100.’ Hij bleef even kijken naar hoe Sem aan het opdrukken was en wendde zich daarna tot mij. ‘Amy, ik moet je spreken. Loop je even mee?’

Ik knikte bedenkelijk, en liep toen achter hem aan.

‘Dit is waarschijnlijk de enige keer in de komende weken dat je met mij, of ook maar iemand, in een kamer zult praten zonder camera’s. Ik zal je nu zo goed mogelijk voorbereiden, probeer dit zo goed mogelijk te onthouden.’ Ik knikte gehaast, en hij praatte verder. ‘Morgen zal ik je testen, of je geschikt bent voor een baantje als mijnwerker. Doe dit zo slecht mogelijk. Overmorgen zal je getest worden of je een baantje als bewaker aankan; doe dit zo goed mogelijk. Verder: Geef nooit de moed op. Amy: Je redt deze maand wel.’

Doordat hij dit vertelde was ik alleen maar banger geworden voor de komende maand. Als hij dit vertelde, en me ervoor waarschuwde, moest het dus wel verschrikkelijk worden! Mijn stem stotterde als een gek, en ik was hartstikke schor, maar ik kreeg het toch mijn mond uit: ‘Waarom is het hier zo erg? Waarom erger dan in het Kamp?’

Hij kneep zijn ogen tot spleetjes en staarde me even aan. ‘Kom, we moeten gaan. Ik zal in mijn rol moeten blijven, al zal je dat niet altijd leuk vinden. Jij moet trouwens ook in je rol blijven.’ Terwijl hij de deur van de kamer opende probeerde ik nog te vragen: ‘Welke rol?’

Maar na de ‘W’ drukte zijn hand mijn mond al fijn. Ik probeerde me los te rukken uit zijn greep, maar kreeg daardoor alleen maar een klap tegen mijn hoofd. De wereld duizelde als een gek en Samuël leek me opeens niet meer zo aardig als dat ik dacht. Ik maakte een schijnbeweging en rukte me uit zijn greep, en begon te rennen. Ik had geen idee waar ik heen ging, en wat ik zou kunnen doen, maar het idee van vrijheid stroomde door mijn hoofd. Achter me hoorde ik de voetstappen van Samuël, even later werden die gevolgd door meerdere andere mannen.

‘Uitbreker, Gang V5!’ Werd er door de gangen geschreeuwd; overal heerste paniek. Kinderen die stiekem uit hun kamers gluurden om te kijken wat er aan de hand was, bewakers achter me, en ik natuurlijk, die als een gek door het eindeloze gangenstelsel sprintte. De ‘eindeloze gang’ was helemaal niet zo eindeloos als ik gedacht had! Op dat moment moest ik er maar niet al te blij mee zijn. Ik draaide me snel om, zodat ik kon zien wat de bewakers deden, en liep zo ver als ik kon naar achteren. Mijn rug bonkte tegen de muur, en ik voelde aan alles in mijn lijf dat ik toch niks meer kon doen. Maar ik probeerde het. Samuël stapte naar voren, met een geweer op me gericht en riep door de ruimte: ‘Handen in je nek, ga op je knieën zitten. NU!’

Ik deed het niet. Natuurlijk niet: ik zou me niet zomaar overgeven! Razendsnel schoot mijn voet naar voren en trapte het geweer uit de handen van Samuël.

‘Ik ben geen schoothondje dat je zomaar bevelen kan geven.’ Samuël bleef nog even verbijsterd staan, terwijl ik hem aanstaarde. Bewakers nestelden zich om me heen, en grepen me vast. Boeien werden om mijn armen geslagen en ik werd weggevoerd van de drukte. Nu ik deze gangen nog een keer doorliep begon ik dingen te herkennen. Een vlek op de ene muur, een rare bocht in een gang, een gang met meer deuren dan de rest. Ik zou deze herkenningspunten moeten onthouden, misschien zouden ze ooit nog wel van pas komen!

Al gauw kwam ik aan bij mijn kamer, waar Sem nog steeds bezig was met opdrukken. Pim lag roerloos op een van de bovenste bedden. De andere jongen in de kamer, Tobias, keek me vragend aan, waarop ik gefrustreerd antwoordde: ‘Wat? Ik kon het toch proberen?’ Hij schudde zijn hoofd en zei tegen me: ‘Niet vaker proberen, dat zullen ze echt niet leuk vinden. En jij de gevolgen van je acties dan ook niet. De eerste keer zullen ze nog wel slap reageren. En dat zal voor jou waarschijnlijk al als een hel aanvoelen.’ Ik keek hem vragend aan. ‘Waarom vertel je me dit?’ Hij bleef me even aankijken, zuchtte toen en draaide zich om. Hij ging gewoon verder waar hij mee bezig was, alsof we net helemaal geen gesprek gehad hadden. ‘Wat nou? Of vind je het zo leuk om de nieuweling bang te maken? Leuk spelletje, joh!’ Geïrriteerd trapte ik tegen een van de onderste bedden aan, die daardoor bijna uit elkaar viel. Tobias draaide zich weer om, met zijn gezicht naar mij toe. Ik zag dat hij op zijn lip moest bijten om zich te beheersen, maar hij antwoordde nu wel. ‘Ik wil gewoon niet dat jou hetzelfde overkomt als mij overkomen is. En graag niet meer tegen dat bed aan schoppen, dat is nu dus de mijne.’ Verbaasd keek ik hem aan. Hij reageerde zo beheerst, als je bedacht wat hij dan allemaal beleeft moest hebben! Hij had dus ook al vaker een ontsnappingspoging gedaan, en de straffen daarvoor aanvaardt. Ik glimlachte even naar hem, en antwoordde: ‘Dankje.’

Achter hoorde ik Sem gniffelen en fluiten. ‘Oeh… Die vinden elkaar wel leu-euk!’ Ik draaide me om en wilde naar hem toe stampen om hem een klap op zijn gezicht te geven, maar iemand hield me tegen. Ik draaide me om en zag Samuël staan. Zijn rechterhand, de hand waarmee hij zijn pistool had vastgehouden, dat ik had weggetrapt, was blauw geworden.

Locked upWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu