Hoofdstuk 13

1 0 0
                                    


Storm stond in de deuropening van River's ziekenhuiskamer, zijn hart bonzend in zijn borst terwijl hij de scène voor zich opnam. River's vader stond aan het bed van zijn zoon, zijn gezicht vertrokken van woede en frustratie, terwijl River zelf er bleek en bedrukt uitzag.Hij slikte zijn zenuwen weg en stapte resoluut de kamer binnen, vastberaden om River te laten weten dat hij er voor hem was. "Hallo, meneer," begroette hij River's vader beleefd. "Ik ben Storm."River's vader keek hem met verbazing aan, alsof hij niet wist wat hij met de plotselinge verschijning van Storm aan moest. Maar Storm liet zich niet afschrikken. Hij wist dat hij hier was om River te steunen, en niets zou hem daarvan weerhouden.Hij liep naar River's bed en pakte zijn hand vast, zijn blik vol zorg en liefde. "Hoe voel je je, River?" vroeg hij zachtjes, zijn stem gevuld met bezorgdheid.River keek hem aan, een glimlach van dankbaarheid en opluchting op zijn gezicht. "Beter nu jij er bent," antwoordde hij eerlijk, zijn stem zwak maar vastberaden.Storm voelde een golf van warmte door zich heen gaan bij de woorden van River. Hij wist dat hij hier moest zijn, dat hij River moest steunen in zijn tijd van nood. En terwijl hij naast River's bed stond, voelde hij een diepe verbondenheid met de man van wie hij was gaan houden, vastbesloten om hem door alle uitdagingen heen te helpen, wat er ook zou gebeuren.Terwijl Storm en River elkaar aankeken, voelden ze de kracht van hun liefde, sterker dan ooit tevoren. En hoewel ze wisten dat er moeilijke tijden voor hen lagen, wisten ze ook dat ze samen alles aankonden, zolang ze maar bij elkaar waren.

Verstrengelde ZielenWhere stories live. Discover now