En me daarna alleen achterliet...

     'Ja, was ook wel gezellig. Echt een stelletje gestoorde gozers', lach ik. Ik denk aan Kevin en Lars, die de truc waarschijnlijk al vaker hebben uitgevoerd om hun zin te krijgen. Ze waren te goed op elkaar ingespeeld om het niet een bekende list te laten zijn.

     'Heeft Felix nog iets gezegd?' vraagt ze. Stomverbaasd kijk ik naar haar om en voel mezelf knalrood worden. Weet ze meer?
     'Nee. En ik wil het er ook niet over hebben nu, want ze komen er al aan', kap ik het onderwerp bot af en gebaar naar Bente en Felix, die onze kant op komen fietsen.
     'Bente stuurde me pissig een berichtje dat Felix met jou in het park was en haar niet antwoordde', fluistert Mirre nog, waardoor ik haar verbijsterd aankijk.
     Ik wil verder vragen, maar ze gaat al voor me fietsen om plaats te maken voor Bente naast haar. Verdwaasd kijk ik naar het koppeltje. We groeten elkaar enthousiast.

     Maar in plaats van dat ze zich verdelen over ons, blijven ze stug naast elkaar fietsen. Verward zakt Mirre naast me terug. Pissig haak ik mijn ogen vast in die van Felix. Gebroken en schuldig kijkt hij me aan, maar richt zich dan weer tot Bente.

     Twijfelend komt Mirre weer volledig naast me fietsen. Met een steek in mijn hart kijk ik naar Felix' dansende zwarte haren op zijn achterhoofd. Tuurlijk doet hij weer zo. Het was te verwachten. Was het niet al duidelijk na Bentes foto van gisteren?

     Ik vraag me af waarom ik iedere keer zo dom ben om erin te trappen, me iedere keer weer vol hoop erop laat storten, om vervolgens elke keer weer volledig gesloopt te worden.

     Ik kijk naar mijn misvormde weerspiegeling in de dop van mijn fietsbel. Het gezicht van een gesloopte jongen.

     Mirre stoot me aan en schrikt me zo op. Ze leunt naar me toe. Haar blik is serieus en bezorgd.
     'Wat is er gisteren tussen jullie gebeurd?' fluistert ze.
     Ik voel tranen in mijn ogen springen. 'Niets', sis ik. Mirres blik is niet overtuigd.
     'Weet je dat zeker? Want elke keer als er iets gebeurd is tussen jullie twee, doet Felix zo', zegt ze. Ik ben bang dat het koppeltje ons zal horen, maar ze zijn te druk in gesprek met elkaar.

     'Mirre, er is niets. Ik wil het er niet over hebben', zeg ik. Mirre kijkt me kort strak aan, maar kijkt dan weer voor zich. Ik slik de brok in mijn keel weg en doe hetzelfde.
     Ik kijk naar Felix. Zijn nek staat vol met zuigzoenen en het wil me laten braken. Er is geen twijfel over mogelijk dat ze het gisteren gedaan hebben.

     Een traan weet uit mijn oog te ontsnappen. Meteen veeg ik hem weg. Niemand mag zien dat ik huil, dan zullen er vragen gesteld worden waar ik geen antwoorden op kan geven.
     Ik weet niet of mijn uitleg wel nut zal hebben, het waard zal zijn. Gisteren heb ik ook verteld wat er aan de hand was. Was het het toen waard? Blijkbaar niet.

     'Levi?' schrikt Felix me op. 'Alles oké?'
     Het liefst zou ik hem nu helemaal verrot schelden, maar ik houd verstandig mijn mond. Op dit moment zou ik geen één positief woord over hem kunnen spreken, dus is het beter als ik zwijg.
     'Leviworst?' klinkt hij behoed. Pissig kijk ik hem aan, hoop zo mijn boodschap duidelijk te maken.
     'Gewoon een beetje in gedachten verzonken', snauw ik. Beduusd knikt Felix. Voorzichtig begint hij weer met Bente te praten, zijn geliefde vriendinnetje.

     'Levi?' klinkt Mirre voorzichtig en legt haar hand op mijn onderarm. Met brandende ogen kijk ik haar aan. Ik merk dat het koppeltje voor ons ook naar me kijkt.
     Abrupt trek ik mijn arm weg en sla mijn ogen neer naar de straat. Niet huilen, Levi. Houd het binnen. Bewijs nou eens een keer dat je wel sterk kan zijn. Al deze tijd ben je alleen maar een mietje geweest, breng daar verandering in. Je bent zo verdomd zwak, maar vecht nou eens een keer terug, zwakkeling.

40 seconden met één jongen - herschreven versieWhere stories live. Discover now