Hoofdstuk 8: Nieuwe start

6 1 0
                                    

Nadat ik erover goed nadacht, viel ik in slaap. De volgende dag start ik meteen met een toets wiskunde. Pfff wat is er nu meer frustrerend dan de week starten met een toets wiskunde? Niets. Mijn ogen gaan lichtjes open, ik kijk door het raam en zie een mooie zon. Zodra dat ik goed wakker ben, vertrek ik naar de badkamer. In de spiegel kijk in naar mezelf met een glimlach. Ik poets met tanden en maak me schoon. Nadien ga ik naar mijn kamer waar ik me aankleed. Zoals ik daarvan hou, klassieke kledij. Nog alleen mijn haren staan niet goed, en ik mag gaan ontbijten. Bij het ontbijten herhaal ik toch de leerstof voor mijn toets zodat ik tenminste kan slagen voor mijn studies. 

Nu dat ik alles in orde heb gebracht, kan ik vertrekken naar school. Het hoofd koel staar ik naar de weg. Door het raam zie ik het landschap die de school omringt, daar valt niets aan te zien. Maar ik zag wel een auto, waaruit die jongen afstapte. Ik zag hem dus uit zijn wagen afstappen. Gênant keek ik hem aan, want de voorbije weekend was er een hele drama gebeurd met dat onnozele ex-vriendin. Zijn moeder was aan het stuur, ik naar haar en lacht dan. Ik lachte want ik had hem al eens gezegd dat ik medelijden had mijn zijn moeder. Dat ze zo'n zoon heeft als hij, maar verder trok ik daar geen aandacht aan. 

Aan de schoolpoort stapte ik af. Ik stapte naar de banken op de speelplaats. Daar vond ik een paar meisjes van mijn klas en ik ging bij hun aansluiten. Naast ons was er de groep van die jongen, je kon duidelijk zien dat die naar me staarde. Het is gênant wanneer iemand de hele tijd naar je staart. Ik deed alsof ik niet door had dat hij naar mij staarde en ik sprak gewoon verder met mijn klasgenoten. Nadien kwamen mijn beste vriendinnen, ik ging al lopend bij hun, want ik voelde me niet op mijn gemak bij die andere groep. Heel snel vertelde ik hun alles en ineens...

VerraadsterDonde viven las historias. Descúbrelo ahora