Mixed up worlds 3; Secrets (Nederlands) {💯%}

15. Ben je gestoord?!

Mal pov:
Nog steeds geen Mal pov omdat ze nog steeds versteend is.

Zed pov:
Skye en Malificent waren net weg en ik keek Harry en Uma aan.
"Zeg me dat ze een grapje maakt?"
Uma balde haar vuisten.
"Vindt je het gek? Skye heeft haar hele leven een leugen geleefd. Zij wil ook gewoon wraak."
"Nee." zei Harry kort.
"Hoezo nee? Het is toch duidelijk!" riep Uma.
Ik keek Harry aan.
"Waar heb je het over?"
"Skye heeft een plan."
"Hoe bedoel je?" zei Uma verbaasd.
"Voor ze zichzelf en Malificent weg toverde en jullie twee stom verbaasd naar elkaar keken, zei ze 'vertrouw me' zonder geluid tegen me. Ze heeft een plan en we moeten in haar geloven."
"Hoe weet je dat ze niet liegt?" zei Uma bot.
"Ik geloof Harry. Dat klinkt meer als iets wat Skye zou doen." zei ik.
Harry knikte en Uma zuchtte.
"Kom op, we moeten Hades zoeken." zei ik en die twee knikten.

Toen we in zijn kamer waren keek hij ons verbaasd aan.
"Wat is er aan de hand?"
"Malificent. We hebben U en Uw steen nodig!" zei Uma.
"Malificent heeft Mal tot steen veranderd en alleen uw steen is sterker dan Malificent's scepter." zei Harry.
"Wacht even, Mal is in steen veranderd?!" zei Hades verbaasd en toen leek het pas bij Harry door te dringen.
"Ja..." zei Uma zacht.
Hades had zijn steen naast hem liggen.
"Er is maar een iemand die jullie nu kan helpen. Maar dat ben ik niet..."
"Waar heeft U het over?" vroeg ik.
"Hadie. Mijn zoon en Mal's half broer..."
Wij keken elkaar verbaasd aan en Uma was de eerste die weer wat zei.
"En waar vinden we hem?"
"Ga naar het vergiftigde meer op het eiland. Als je hem roept en zegt wat er is komt hij vanzelf... Hier is de steen."
Hij gooide het naar Harry, die hem makkelijk ving.
Ik keek de anderen aan.
"We moeten opschieten, nu!"
"Hij heeft gelijk. Malificent weet dat jullie hier zijn en dat betekent niet veel goeds..."
"Zeker nu Skye bij haar is..." mompelde ik.

Skye pov:
Malificent keek me aan.
"Wordt je er niet zat van dat niemand je de hele waarheid zegt?"
"Ehh... Het is best irritant ja..."
"Irritant? Het zijn schurken, niemand kun je vertrouwen!"
"Hoe weet ik dan dat ik U kan vertrouwen?"
"Je begint het al te leren."
"Wat is het volgende plan?"
"Mal is van steen en Hades is niet instaat om zijn steen te gebruiken. Nu kunnen we doen wat we maar willen. Niemand kan ons nu nog stoppen!"
"Gaat U niet testen of U mij wel kunt vertrouwen?"
"Als ik dat denk, dood ik je."
Ik slikte en Malificent grinnikte.
"Dat was een grapje, dan verander ik je ook in steen."
Ze gooide een boekje naar me toe en ik keek er verbaasd naar.
"Wat is dit?"
"Dit is mijn oude spreukenboek. Ik gaf het ooit aan Mal, die ervoor zorgde dat een stomme AK het vernielde. Maar met een spreuk had ik de mogelijkheid om hem terug te krijgen."
"En U geeft me dit omdat...?"
"De spreuken kunnen handig zijn om die oude vrienden van je uit te schakelen als dat nodig is."
"Maar ik hoef ze toch niet echt iets aan te doen?"
Malificent keek me verbaasd aan.
"Ik dacht dat je wraak wilde?"
"Op de mensen die me pijn deden. Niet mijn vrienden."
"Skye, in deze wereld heb je geen vrienden. Alleen bondgenoten of slaven."
"Maar-"
"Zwijg! Sta je aan mijn kant of die van die sulletjes van je vrienden?"
Mijn ogen gloeiden blauw.
"Je hebt mijn vrienden pijn gedaan. Het is genoeg, nu moet je gaan!"
Malificent keek verbaasd naar haar handen en ze begon te vervagen.
"Kreng!"
Haar ogen gloeiden groen en ze schoot een spreuk op me af voor ze helemaal verdween.

Een tijd later hoorde ik mensen mijn naam zeggen.
"Skye!"
Ik kon ze niet zo snel herkennen qua stem en langzaam opende ik mijn ogen.
"Skye, gelukkig ben je oké!" zei Zed.
"Waar is Malificent?" vroeg Uma.
"Ik..."
Zed hielp me overeind en ik keek rond.
De scepter lag op de grond en ik schrok.
"Nee toch... Wat heb ik gedaan...?"
Harry keek me verbaasd aan.
"Ehh... Wat heb je gedaan?" vroeg hij verward.
Ik wees naar de scepter.
"Malificent... Ze... Ze is weg..."
"Waarheen?" vroeg Zed.
"Weg."
Uma keek me vragend aan.
"Je gebruikte magie?"
"Ja... Malificent. Ze gaf me dit, ik bladerde erdoor en vond een spreuk... Toen verdween ze..."
Uma pakte het spreukenboek uit mijn handen.
"Die spreuk... Die gebruikten Mal en im een keer toen we vast zaten dankzij Audrey toen. Malificent... Je hebt haar weggevaagd...!"
"Ik heb wat?!"
Harry keek me verbaasd aan.
"Maar hoe dan? Alleen Hades' steen in sterker dan Malificent."
"Nee, dan haar Scepter." verbeterde Uma hem.
"Maar wacht, wat doen jullie hier?" vroeg ik verbaasd.
"We waren onderweg naar het vergiftigde meer om Hadie te zoeken, Hades zijn zoon, Mal haar half broer. Hij is de enige die de steen kon gebruiken tegen Malificent maar-"
"Zed hou je kop. Als Malificent weg is..." begon Uma.
"...Moet Mal weer normaal zijn!" vulde Harry aan.
"Waar wachten we nog op, kom op!" zei ik.

Maar Mal was nog steeds van steen...
"Nee..." zei Harry verslagen en hij keek Mal aan.
Ik voelde me zo kloten.
Malificent was weg en Mal was nog van steen...
Hoe kregen we haar nog terug?
Zed keek Harry aan.
"Heb jij die steen nog? Van Hades?"
"Ja, hoezo?"
"Geef hier. Uma, wij gaan die Hadie gast zoeken. Skye, Harry blijf bij Mal. We zijn zo terug!"
Die twee gingen er vandoor en Harry liet zich tegen de muur op de grond zakken.
Ik ging naast hem zitten.
"Het spijt me..."
"Het is niet jouw schuld."
"Deels wel. Dankzij mij is Malificent weg en-" maar ik maakte mijn zin niet af.
Ik had de moeder van een van mijn beste vrienden laten verdwijnen. En misschien wel vermoord!
Harry keek me vragend aan.
"En?"
"Ze is weg. Ik heb Mal's moeder voor altijd weg getoverd! Holy shit..."
Harry zuchtte en keek naar Mal.
"Zolang we Mal niet normaal kunnen krijgen, zou ik me er geen zorgen over maken..."

Na een lange poos kwamen Zed en Uma terug met een jongen, iets jonger dan ons, met een blauw haar net als Hades.
Harry en ik stonden snel op.
"Dus jij kan helpen?" vroegen Harry en ik tegelijk.
Hadie had Hades zijn steen vast en hij knikte.
"Ik denk het wel..."
Harry, Uma, Zed en ik gingen naar achteren terwijl Hadi voor Mal ging staan.
Er kwam een blauwe gloed in de kaner en Hadie keek Mal gefocust aan.
Maar er kwamen scheuren in Mal.
"Hadie, stop! Dit gaat fout!" riep ik.
Harry zag het ook.
"Mal!"
Maar Hadie stopte niet.
De blauwe gloed werd meer en Mal kon ieder moment stuk barsten.
"Hadie je moet stoppen!" riep Uma.
Maar er kwam een felle blauwe flits.