Ik word uit mijn gedachten gehaald door sterke armen die om me heen slaan. Ik weet dat het geen jongens armen zijn, want die zijn veel gespierder, maar dit meisje is ongelooflijk sterk. Ik draai me om in de armen en ik zie dat het Melanie is die mij in een wurggreep heeft. Voor een 15-jarige is ze ongelooflijk sterk. “Mel-,” zeg ik wanneer ze ze zich terug trekt en doorheeft dat ze me aan het verstikken was.

“Sorry,” zegt ze, haar stem een octaaf hoger dan normaal. “I'm just so excited. Tomorrow is my birthday and then I'm finally going to meet my ma-,” ze breekt zichzelf af in haar zin en begint dan opnieuw, “I'm finally allowed to date from Sam.” Ik kijk haar nieuwsgierig aan. Ze wou eerst wat anders zeggen, maar nu koos ze toch maar voor dit? Wat mag ik niet weten?

Dit soort hints heb ik de laatste tijd alleen maar meer en meer gehad en ik begin er onderhand wel genoeg van te krijgen, maar als ik ernaar vraag verwijzen ze me allemaal door naar Sam en Sam weigert om ook maar een woord erover te zeggen, dus verandert hij altijd het onderwerp naar eten – mijn zwaktepunt – of iets anders.

“I don't have a present,” zeg ik geschokt met mijn verschrikkelijke Engelse accent.

“No, don't give me anything,” zegt Melanie en ze wijst streng met haar vinger naar mij toe. Ik houd mijn handen in de lucht als overgave en besluit om maar gewoon iets emotioneels te verzinnen of zo. Misschien een speech? Ik bedoel, zestien is in Amerika dé leeftijd waarop je ineens alles mag – behalve alcohol drinken of het leger ingaan. Ja, er zijn vreemde regels hier, maar ze mag gaan autorijden.

“Okay, sorry,” zeg ik rustig, maar ondertussen zit ik al te plannen in mijn hoofd, want het voelt onbeleefd om geen enkel cadeau te geven. Melanie haalt haar schouders op en trekt me dan bij mijn arm de hal uit en naar de keuken waar het vol staat met ingrediënten en kommen en wat er allemaal nog meer zou kunnen staan.

“Help me to bake a cake?” vraagt ze en een kleine blos komt bij haar naar boven. Ik heb Melanie nog nooit zien blozen, dus dit is een bijzonder moment, laat ik het even in me opnemen. Zodra ik dat gedaan heb zeg ik, “Sure.” En dan gaan we aan de slag met bakken.

Drie uur zevenenveertig minuten en achtendertig seconden later ben ik dood en nee, ik heb niet echt geteld, ik verzin dit nu gewoon in het moment. Melanie en ik zijn erachter gekomen dat we verschrikkelijker bakkers zijn en nog niet zouden kunnen bakken om ons leven te redden. En omdat we bang zijn dat als we de taart afmaken we iedereen zullen vergiftigen neemt Sam me mee naar buiten naar de dichtstbijzijnde bakker.

Natuurlijk had Sam me van tevoren meerdere malen laten beloven dat ik niet zal wegrennen of welke vorm van ontsnapping dan ook en uiteindelijk heeft Mel hem ervan te weten overtuigen dat ik echt niet ga wegrennen. Normaal zou het idee me alsnog in het hoofd flitsen – niet dat het idee nu niet door mijn hoofd gaat –, maar het is morgen Melanies zestiende verjaardag, dus heb ik maar besloten om het nog een tijdje uit te stellen – voor het belang van Melanie natuurlijk, tenminste, dat is wat ik mezelf probeer wijs te maken. Een klein stemmetje achter in mijn hoofd gaat er anders zwaar tegenin, maar die probeer ik zo veel mogelijk te negeren, het is niet gezond om gevoelens te ontwikkelen voor mijn kidnapper.

Sam heeft me een blinddoek omgedaan, omdat ik niet mag weten welke wegen en routes hij neemt op weg naar het dichtstbijzijnde door, want dat zou ik kunnen gebruiken als ontsnappingsroute. Natuurlijk ben ik niet zo dom om helemaal geen aandacht te geven aan de weg, dus probeer ik te letten op hoeveel tijd er zit tussen de afslagen en welke kant hij dan oprijdt.

Na een andere ongelooflijke lange tijd – lang omdat ik niet eens naar de omgeving kan kijken en het echt saai wordt op een gegeven moment – komt de auto eindelijk langzaamaan tot een stilstand. “Je mag je blinddoek afdoen,” zegt Sam met zijn Amerikaanse accent – die trouwens extreem sexy klinkt.

Ik doe de blinddoek af en merk meteen op dat we in een parkeerplaats staan op een klein, gezellig pleintje. Er staan rondom het parkeerterrein bomen en er is daardoor een knusse uitstraling die me meteen thuis laat voelen. Voor ons staat een kleine bakkerij en ik weet dat ze daar het perfecte soort taart zullen hebben, zo'n taart die smaakt naar oma's eigen recept.

Terwijl ik de omgeving bekijk verschijnt Sam ineens aan mijn kant en opent de autodeur voor mij. Ik bloos als ik merk dat ik al een hele tijd gewoon aan het staren ben. Ik stap uit de auto en knik naar Sam, nog volledig afgeleid door het knusse pleintje.

De vogels vliegen overal rond in grote groepen, de bladeren van de bomen maken dat unieke geluid waar ik zo van hou en de wind huilt om ons heen. Het is prachtig hier.

Sam pakt mijn hand vast en ik kom uit mijn diepe gedachten en focus me op de bakkerij. We moeten de perfecte taart gaan uitzoeken voor Melanies verjaardag, die trouwens achter mij aan loopt, maar vreemd genoeg doodstil is.

Als we de bakkerij inlopen groet een mevrouw ons. Ze heeft bruingrijs haar, opvallende bruine doordringende, maar toch lieve ogen. En ik weet dat ze het soort type is waar je altijd bij uit kunt huilen, maar die geen leugens aanhoort.

"Good afternoon, alpha," zegt de vrouw en ik merk weer dat ene woord op. Heel veel mensen vergissen zich constant in dat. Ze zeggen Alpha en verbeteren zichzelf dan snel, maar deze vrouw is niet zo. Ik mag haar gelijk.

"Hello, we're looking for a birthday cake, because these two failed at making one," zegt Sam en als ik opkijk naar zijn gezicht zie ik dat er een glimlach dreigt op te komen. Hij lacht ons uit.

Voordat ik er iets van kan zeggen gaat de vrouw in op zijn verzoek. "Of course, if you'll follow me." Sam pakt mijn hand weer vast en volgt de mevrouw die ondertussen naar de achterkant van de bakkerij is gelopen. Ze leidt ons naar een vitrine waar verschillende taarten worden geshowd.

"Which one would you like?" vraag ik aan Melanie. Ze kijkt even goed naar de verschillende taarten en wijst dan naar een grote chocoladetaart. Ik probeer de teleurstelling niet te laten zien op mijn gezicht. Dat wordt dus geen taart voor mij - gezien het feit dat ik alleen maar aardbeien- of slagroomtaart lust.

"Okay," zegt Sam, "Could you make twenty chocolate cakes, ten strawberry cakes, and about eighty small cakes with different flavors for tomorrow?" Sam kijkt de vrouw vragend aan en mijn mond valt haast open in schok. Ik ben nog steeds niet gewent aan het feit dat er nog honderd andere mensen wonen in het huis – wat me eraan herinnert dat ik Sam nog steeds moet vragen hoeveel mensen er precies in het huis wonen. Het huis ziet er namelijk uit dat het wel meer dan duizend mensen onderdak zou kunnen geven en dat is geen grapje.

“Of course, alpha,” reageert de vrouw en dan leidt Sam me weer naar buiten. Ik heb de helft van het gesprek verstaan, dus ik heb een redelijk euforisch gevoel. Ik ga langzaamaan vooruit met mijn Engels, ook al zou ik willen dat het toch een paar versnellingen hoger zou gaan, maar daar heb ik geen zeggen in. Het enige wat ik kan doen is dagelijks drie à vier uur met Sam en Jace oefenen. En daarna natuurlijk met enorme hoofdpijn de rest van de dag doorgaan.

Sam opent de autodeur aan de passagierskant voor mij – ongetwijfeld om zeker te weten dat ik er niet ineens vandoor ga – en geeft me de blinddoek weer aan voordat we beginnen te rijden richting het huis. Ik zou eigenlijk nog met Sam moeten regelen dat ik naar het winkelcentrum kan gaan om een cadeautje te kopen voor Melanie. En ik weet al precies wat ik haar ga geven, maar ik zal er wel de tijd voor nodig hebben. Smeken bij Sam dus.

JEEY :) weer lekker snel geudate! Ik moet namelijke vóór 15 decemeber het verhaal hebben voltooid voor de Wattys, dus jullie zullen nu veel sneller updates krijgen ;)

Ik ben benieuwd wat jullie ervan vinden. Laat het me weten door te reageren en te stemmen! En misschien volgen? :D

xXx

Jij Bent Van Mij | CompleetWhere stories live. Discover now