2 ☾

419 40 3
                                    

Trick or Treat.

'Moeten we hier wezen?' vroeg ik. 'Ja!' zei Sabine en ze wees naar iets wat verderop was. Daar stond een vogelverschrikker met rode oplichtende ogen en een uitnodiging op zijn buik geprikt. 'Dan gaan we dus nog even verder' zei Steve.

Steve stuurde richting het zandpad die we moesten volgen en reden verder. Langs het zandpad zagen we af en toe dingen die met het feest te maken hadden. Een pompoen uitgehold en verlicht. Ballonnen met iets erin waardoor ze oplichtte en twee gezichtjes lieten zien. Het zag er wel leuk uit eigenlijk.

We reden verder en zagen op een gegeven moment lage mist. Daar moesten we doorheen en ineens hield het bos op en kwamen we uit op een kale vlake. Er stonden al wat auto's maar ook motoren en fietsen. Blijkbaar was hier de parkeerplek. We zochten een plekje op en toen we er één vonden stapte we uit. Hier was de lage mist weer weg.

Ik keek om me heen om te zien waar we naartoe moesten, ik zag nog geen huis namelijk. Ik hoorde een auto komen en uiteindelijk zag ik ook licht door de mist heen. Twee auto's kwamen uit het bos en reden rustig langs ons heen.

'Deze kant op' zei Steve. Ik volgde zijn blik en zag tussen twee auto's een paadje. We liepen er naartoe en al gauw merkte we dat het slecht verlicht was. Op de grond lagen licht gevende dingen, ik kon niet eens zien wat het was. Op een gegeven moment waren die er ook niet meer en moesten we het doen met de maan die af en toe verdween achter de wolken.

'Ik vind het nu al niks' zei Sabine. Ik knalde tegen iets en strompelde daardoor naar achter. 'Wat in hemelsnaam...' fluisterde ik. Ik strekte mijn handen uit en voelde stro. Een vogelverschrikker? De maan kwam even tevoorschijn en ik zag dat het een punt van stro was. Wat moet dat voorstellen? Snel keek ik om me heen en zag ik dat ik midden in een veld stond met tientallen van die dingen. Iets verderop zag ik wat oplichten.

'Sabine? Steve?' riep ik. 'Hiero!' hoorde ik Sabine zeggen. 'Ik gel-' vervolgens hoorde ik een dof geluid alsof ze ergens tegen aanliep. 'Wat is dit!' hoorde ik haar zeggen. Blijkbaar had zij ze nu ook gevonden. Ik liep naar datgene wat licht gaf en zag dat het weer een vogelverschrikker was. Zijn ogen waren hetgeen wat licht gaf, rood dan wel.

Met de maan erbij zag ik dat het geen leuke vogelverschrikker was. Het had een pompoen als hoofd en zijn gezicht had een enge grimas gekregen. Er droop ook iets vanuit zijn mondhoek. Zijn kleren waren vies, gescheurd en stonken. Bah. Ik zocht Sabine en Steve op wat even duurde.

'Er staan hier echt hele smerige dingen' zei ze toen ik hun vond. 'Vertel mij wat want ik zag daarnet een griezelige pompoenen vogelverschrikker' zei ik. 'Oh, dan heb je deze nog niet gezien' en ik werd gelijk meegesleurd. 'Steve?' zei ze.

Steve deed het licht van zijn mobiel aan en wat ik zag bezorgde mij kippenvel. Het was ook een vogelverschrikker maar één die ik nog nooit had gezien. Het had een hoofd van stof maar geen gezicht. De rest was gewoon een lichaam maar dan één waarvan het leek alsof het ooit gemummificeerd was. Het had een ribbenkast en geen benen meer. De polsen waren vastgebonden aan de stokken die achter de schouders langs gingen. De handen hingen naar beneden en waren zo gevormd alsof ze iets wilde grijpen. Een rilling ging over mijn lichaam heen.

'Gatver, het lijkt net een echt lichaam' zei ik. 'Het stinkt ook enorm' zei Sabine. 'Degene die ik tegen kwam ook al' mompelde ik. 'Misschien had de eigenaar wateroverlast en lagen deze in het water, dan gaan ze schimmelen, stinken en wat nog meer' zei Steve. 'Laten we het pad weer vinden' zei ik tegen de twee. Ik hoorde verderop op het pad waar we vandaan kwamen meer mensen arriveren, ik zag alleen niet veel, alleen wat schimmen. We zochten verder en moesten langs wat bomen heen met hoog uitstekende wortels.

'Jeetje hé, wil die gast dat we onze nekken breken voordat we het feest bereiken?' mopperde Steve. Hij had één hand afgedaan zodat hij met zijn mobieltje kon bijschijnen. Sabine en ik hadden niks meegenomen want we hadden nergens zakken. Ik had er wel twee maar één was nep en de ander was net groot genoeg om onze huissleutel in te stoppen.

We liepen ineens naar beneden en goed ook en toen we een bocht maakte kwam uit het niets een groot huis opdoemen. Het was oud en victoriaans, heel mooi vond ik maar het mocht wel even een onderhoudsbeurt krijgen. Voor zover ik kon zien zat er een gat in het dak aan de voorkant. Zaten er planken voor de ramen en zag ik dat er stukken bakstenen op de hoeken ontbraken. Ik hoorde wel wat muziek van binnenuit komen maar hard was het niet.

Het had een veranda en toen Steve daar met zijn mobiel op scheen zag ik dat het vol was gehangen met spinnenwebben. Het was heel fijn uitgetrokken zodat het heel de verande bedekte, de open stukken althans. 'Laten we naar binnen gaan' zei Steve.

--------------------------------------------

Lees verder....

Deadman CrossingWhere stories live. Discover now