2. Stalkers

10 1 0
                                    

Vandaag was de dag, dacht Evany zenuwachtig, terwijl ze de veters van haar laarsjes vaststrikte.

Het ontbijt sloeg ze maar over, dat kreeg ze toch niet naar binnen. De gedachte aan een kommetje muesli of een stuk fruit maakte haar al misselijk.

Gewoontegetrouw wierp ze een blik op een foto van twee lachende meisjes samen op de schommel. Hun haarkleur van ze verschilden als dag en nacht. Maar ze hadden dezelfde vorm neus, die vrolijk opwipte. Dezelfde soort lach met het ene kuiltje in de wangen. Ondanks hun haarkleur kon elke toeschouwer zien dat het hier om zussen ging.

Spijtig streek Evany met haar vingers over het koele glas. Een paar vingerafdrukken bleven op het fotolijstje achter. Eén gebeurtenis en zo veel gevolgen. Eén moment en het verdriet en de pijn werd een constant aanwezige factor.

Evany staarde in het niets. Ze kon niet huilen. Al een hele tijd niet meer, al stroomde haar hart over van de tranen. Ze verlangde niet naar iets groots. Konden ze nog maar even... Konden ze nog maar even als gezinnetje aan tafel zitten. Gewoon een avondmaaltijd eten. Was alles maar gewoon gebleven. Vertrouwd. Omhuld door de warmte van het gezin. Mama's zachte armen. Papa's geruststellende stem. Het vrolijke gegiechel van haar zusje. Dat was pas leven. Nu was het meer overleven.

Hoewel ze de tijd niet terug kon draaien en hoe vaak ze dat ook wenste, ze kon alleen maar proberen haar zusje weer terug te krijgen. Uit een lege gevoelloze wereld waarin eenzame weeskinderen zich bevinden.

Vivian, haar zusje, had haar nodig en ze zou haar niet in de steek laten. 'Dat beloof ik', fluisterde ze in het luchtledige. Ze greep haar jas en handschoenen en snelde haar piepkleine woning uit. Vandaag zou hij komen. Vandaag kon ze het vragen. Ze mocht geen fouten maken. Het voelde als een laatste kans.

De hoofdingang van de printshop, Inkmagine, was nog dicht, toen ze via de zij-ingang het gebouw binnenliep. Er klonk geroezemoes uit de kantine. Jayden, haar neef, wilde vaak voor de werkdag begon, met de medewerkers doornemen of er nog bijzonderheden zouden zijn en waar ze extra op moesten letten. Vaak liep dat momentje uit tot een 'theekransje', zoals Claire dat altijd noemde. De winkel was al talloze keren een aantal minuten na officiële openingstijd geopend. Niet iemand dat erg vond. Het was ook niet zo dat er klanten te dringen stonden bij de ingang.

Ze was te laat. Een blik op de klok en een blik op de groep mensen in de kantine bevestigde het.

Evany mopperde stilletjes op zichzelf.

Zo onopvallend mogelijk probeerde ze zich bij de groep te voegen.

Met haar hoofd en schouders ingetrokken sloop ze naar binnen.

Evany was niet groot van postuur. Niet bepaald klein, maar ook niet groot. Toch merkte Jayden haar aanwezigheid op. Hij keek haar even aan, trok slechts een wenkbrauw op en mengde zich weer in het gesprek. Gideon zat naast hem en volgde zijn blik. Hij schonk haar een meewarige glimlach.

Juist. Nog even en ze zou zich opgelaten voelen, dat ze überhaupt de moed had gehad binnen te komen. Misschien dat Jayden haar later nog apart zo nemen voor hooguit een waarschuwing. Meer ook niet.

Hij en zijn medewerkers zaten aan tafel te praten over het nieuwsbericht van gisteren.

Ze bleef kort staan luisteren. De politie had een melding gekregen van een inbreker, maar achteraf bleek het een robotstofzuiger te zijn. Evany glimlachte om het voorval.

Eén van de collega's barstte in lachen uit. Blijkbaar hoorde hij de politieblunder voor het eerst. Evany's ogen scanden door het vertrek. Haar blik viel op Claire, die met haar handen over elkaar tegen het aanrecht geleund stond. Zij had ook al Evany's late binnenkomst opgemerkt. Met een vriendelijke blik wenkte ze haar.

Trust Fix HopeWhere stories live. Discover now