Het verloren Winterpaleis

10 1 1
                                    

          

Ooit al eens weken met je beste vriend doorgebracht in een mini stadje in de buurt van een miljoen kastelen? Wel dat ben ik op dit moment. We zijn samen op vakantie met onze ouders om Nieuwjaar te vieren. Oliver is een van mijn beste vrienden en een van de weinige personen die mijn vreselijk gevoel voor humor snapt. Wat ik het geweldigste vind aan deze reis is dat er sneeuw is. Dus terwijl ik nu in de keuken van ons vakantiehuis de hapjes voor vanavond sta klaar te maken, kan ik genieten van het witte landschap. Het enige dat ontbreek is een sprookjesverhaal over een betoverd paleis. Misschien met een vloek die alleen verbroken kan worden door ware liefde. In het paleis kunnen dan magische muziekinstrumenten de hele avond spelen terwijl er een bal is waar de prins zijn eeuwige liefde verklaart aan een prinses. Zo romantisch. Helaas word ik uit mijn dagdroom gehaald door een hand die in mijn kom met deeg wil gaan. 'Waag het met je handen in die kom te zitten!' roep ik tegen Olivier, terwijl ik een tik met de lepel op zijn vingers geef. 'Auw, dat deed pijn,' zegt hij met een droevig gezicht. 'Dat zal je leren,' steek ik mijn tong plagerig uit. 'Maar nu zit er wel deeg op mijn handen,' lacht hij. Ik rol met mijn ogen. 'Hulp nodig?' biedt Olivier aan. 'Als jij wil mag je het deeg voor de cake maken. Kun je weinig mis aan doen,' knipoog ik. 'Hoe moeilijk kan het zijn?' zegt hij stoer. Dit wordt lachen. Uit een van de kasten haal ik vormpjes voor mijn chocolade moelleux. Als ik daarmee klaar ben zet ik de oven op de juiste temperatuur om de cake te bakken. Dan ga ik kijken hoe ver Olivier met zijn deeg zit. We zetten de cake in de oven en besluiten een gezelschapsspel te spelen. Wanneer de cake klaar is, haal ik hem uit de oven. Net als ik de oven uit wil doen krijg ik een elektrische shock en spring achteruit. Even later valt de stroom uit. 'Leuk nu zitten we in het donker met ons tweeën. We kunnen maar beter gaan kijken waar onze ouders zijn. Misschien weten zij hoe we alles terug aan de praat moeten krijgen.

'Dus welke weg?' vraag ik. 'Die hier,' besluit Olivier. We lopen een kwartier voordat we ons realiseren dat we fout zijn gelopen en ons nu op een pad richting de middle of nowhere bevinden. 'En maar zeggen dat vrouwen slecht zijn in de weg vinden' zeg ik plagerig. 'Wat! Ben je soms bang als het donker wordt?' plaagt hij terug. 'Nee!' zeg ik zelfzeker. Olivier trekt zijn wenkbrauwen op. 'Echt niet!' herhaal ik. 'Kijk daar is licht, misschien is daar iemand die ons de weg kan wijzen', wijst hij.

We volgen het pad richting het licht terwijl ik nog wat plagerige opmerkingen geef over Oliviers slechte gevoel voor richting. Natuurlijk gaat hij daartegenin, maar dat is wat onze vriendschap zo uniek maakt. Wanneer we bij het licht komen, merken we pas dat het geen stad is, maar een kasteel. 'Misschien moet je jouw ogen eens laten testen. Kijk een stad! Het is een kasteel!' geef ik hem een por. 'Ik heb jou er anders niet tegenin horen brengen. Misschien had jij je bril moeten opzetten,' geeft hij me een por terug. Ik steek mijn tong uit. Waarna hij begint te lachen. 'Maakt niet uit. We kunnen nog steeds de weg vragen,' zegt hij. 'Misschien is het dat kasteel uit Beauty and the Beast en worden we begroet door een pratend theekopje!' roep ik enthousiast. 'Emily, dat bestaat niet,' roept Olivier achterom. Ik trek een spurtje om hem bij te benen tot bij de deur. Daar voeren we in stilte een discussie over wie aanklopt en de vraag stelt. Uiteindelijk geef ik mij gewonnen omdat het donker wordt en mijn neus er aan het afvriezen is. Ik klop op de deur en merk dat de deur vanzelf opengaat. Vragend kijk ik naar Olivier. 'Misschien is er een bal?' stel ik voor. 'Tuurlijk. Waar zijn de koetsen dan?' trekt hij zijn wenkbrauwen op. 'In pompoenen veranderd natuurlijk,' rol ik mijn ogen. 'Kom we gaan binnen kijken of er iemand ons de terugweg kan vertellen,' duwt Olivier mij naar binnen. Dan staan we allebei met onze mond vol tanden. Het kasteel is verlaten, het enige teken dat hier ooit mensen zijn geweest, zijn de meubels. We schrikken op van een klap achter ons. Natuurlijk is de deur dichtgevallen. Als ze nu opengaat is het heel fijn en kunnen we hier zo snel mogelijk weg. 'Uhm, we hebben een probleem,' wrijft Olivier over zijn hoofd. 'Laat me raden. Je had vaker naar de fitness moeten gaan?' lach ik. 'Laten we maar kijken of er een andere uitgang is' zegt hij, zonder mijn vraag te beantwoorden. 'Probeer nog een keer,' zeg ik terwijl ik al naar de deur loop om te helpen. We gebruiken al onze kracht om de deur terug te openen, maar het lukt ons niet. Gefrustreerd laat ik mijn hoofd tegen de deuren vallen. 'Leuk we zitten opgesloten in een kasteel!' zeg ik droog. Plotseling merk ik dat er een briefje naar beneden is gevallen.

You've reached the end of published parts.

⏰ Last updated: Dec 18, 2018 ⏰

Add this story to your Library to get notified about new parts!

Het Verloren WinterpaleisWhere stories live. Discover now